AFDELING HET OOSTEN T~\OOR het bedanken van de heer Ch. van Biene als voorzitter en als lid van het Afdelingsbestuur, leed dit bestuur een gevoelig verlies. Het zij hier ver meld, dat zowel door het bestuur als door verschillende leden van onze Afde ling pogingen zijn aangewend, om de heer Van Biene, die zovele jaren voor treffelijk leiding aan onze Afdeling gaf, voor ons bestuur te behouden. Het mocht evenwel niet baten. In dit verslag achten wij een woord van dank op zijn plaats voor alles, wat de heer Van Biene voor onze Afdeling in het bijzonder en voor ons bedrijf in het algemeen heeft gepresteerd. Het Afdelingsbestuur kreeg in 1951 de volgende samenstelling: C. M. Westland, Wageningen, voorzitter. J. H. Kroon, Zwolle, vice-voorzitter. A. Jansen, Deventer, secretaris-penningmeester. W. G. Veldhuizen, Apeldoorn, Afgev. voor het Bio-Vacantieoord. H. J. Snelders, Ee, lid. Het Afdelingsbestuur betreurt in het afgelopen jaar het heengaan van twee leden: Op 22 September 1951 overleed te Hengelo (O.) de Heer Everhardus Jo- hannes Veenhuizen in de leeftijd van 32 jaar. Wij beseffen ten volle, wat het verlies van deze ijverige en jeugdige exploitant voor zijn nabestaanden moet betekenen. Op 6 October 1951 trof onze Afdeling andermaal een gevoelig verlies. De heer Jan Deutekom te Kampen stierf vrij plotseling op 54-jarige leeftijd. Zijn verscheiden maakte op de talloze vrienden, die hij in de loop der jaren in ons bedrijf door zijn beminnelijk karakter maakte, diepe indruk. Hun nagedachtenis zal door de Afdeling steeds in ere worden gehouden. Het is gewoonte geworden, om in de Jaarverslagen van ons bedrijf ruimte te reserveren voor een beschouwing over de vermakelijkheidsbelasting. Wie meent, dat alle gemeentebesturen, die indertijd tot verhoging overgingen, na het weg nemen van de zogenaamde1 „stok achter de deur" van de minister, deze verho ging ongedaan zouden maken, heeft misgerekend. Gemeentebesturen, die exploi tanten destijds verzekerden, dat zij zelf niet tot verhoging van genoemde be lasting zouden zijn overgegaan, treuzelen nu met het terugbrengen tot het nor male percentage. Sommige gemeentebesturen beschouwen bioscoopexploitanten als hun ambtenaren. Men probeert inzage te krijgen van de exploitatie-uitkom sten en matigt zich het recht aan, het salaris van de betreffende exploitant vast te stellen. Blijkbaar zijn deze gemeentebesturen vergeten, dat zij in dienst zijn van de gemeenschap en dat de belastingbetaler niet in betrekking is bij hen, die door deze belastingbetaler zijn gekozen. Naar het schijnt past men deze me thoden alleen op ons bedrijf toe, want wij hoorden nimmer van fabrikanten, die na een paar voorspoedige jaren hun omzetbelasting tot 35 zagen verhoogd. Het jaar 1951 kan voor Nederland gevoeglijk worden aangemerkt als het jaar van de televisie. Vele exploitanten hebben zich reeds jaren lang beangst ge maakt voor deze nieuwe vorm van publieke ontspanning. De start van deze nieuwigheid is niet gelukkig geweest en kan geen aansporing worden genoemd voor onze exploitanten, om onverwijld tot aanschaffing van een duur projectie toestel op dit gebied over te gaan. In Amerika schijnt men bovendien een nieuwe methode voor projectie van televisie te hebben ontwikkeld, welke vin ding de gebruikelijke kathodestraalbuis uitschakelt en door het gebruik van onze normale H.I. lamp, een lichtsterk beeld schijnt te garanderen, waardoor dus het geheel aan bedrijfszekerheid belooft te winnen. 115

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1951 | | pagina 117