AFDELING HET WESTEN 117 'T1 ER voldoening aan het bepaalde in artikel 12 van het Uniform Reglement van dei Provinciale en Plaatselijke Afdeling van Exploitanten heb ik de eer U hierbij het verslag aan te bieden van de werkzaamheden gedurende het jaar 1951 van de Afdeling „Het Westen" van de Nederlandsche Bioscoop-Bond. Per 31 December 1951 waren bij de Afdeling aangesloten 49 leden met 77 theaters, waarvan er 3 verwoest zijn. In het verslagjaar vergaderde de Afdeling vier maal en het bestuur zeven maal. De opkomst der leden op de vergaderingen was vrij behoorlijk en de dis cussies werden steeds in opbouwende zin en zakelijk gevoerd. De traditie getrouw werd aan de leden gelegenheid gegeven op de bestuursvergaderingen verschil lende vertrouwelijke zakelijke en privé-kwesties te behandelen met het bestuur; de resultaten hiervan waren steeds voor ieder bevredigend. Desgevraagd door het Hoofdbestuur of de Commissies Nieuwe Zaken werden aan deze Colleges over verschillende onderwerpen adviezen c.q. inlichtingen ver strekt na een1 grondig onderzoek en naar beste vermogen. Enige afdelingsvergaderingen werden te Dordrecht gehouden, welke vooraf gegaan werden door trade-shows van nieuw-uitgekomen films waarvoor het bestuurslid, de heer A. J. Ch. Silvius, zijn theater welwillend beschikbaar stelde. Meerdere malen vaardigde het bestuur één of meer zijner leden af naar jubilea enz. Het bestuur werd op de jaarvergadering van 5 April 1951 als volgt samengesteld: J. van Bentum te Wassenaar, voorzitter; A. Silvius te Dordrecht, vice- voorzitter; F. J. de Jong te Gorinchem, secretaris; C. van Liere te Goes, pen ningmeester en T. V. d. Tooren te Gouda, lid. In de plaats van de heer F. J. de Jong te Gorinchem, welke tussentijds als bestuurslid aftrad, werd de heer T. J. v. d. Tooren te Gouda tot secretaris benoemd, en werd in de vergadering van 4 December 1951 in de aldus ontstane bestuursvacature voorzien door de benoeming van de heer K. J. Kaptein te Middelharnis tot lid. Een greep doende uit de behandelde agendapunten in dit verslagjaar op de vergaderingen, memoreer ik, dat in de vergadering van 2 Augustus 1951 bij de rondvraag de televisie even om de hoek kwam kijken door het stellen van een vraag over het beschikbaar stellen van journaals voor de televisie-uitzen dingen. In het komende jaar of nog later zal over de televisie wel meerdere malen moeten worden gesproken. Door de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders werd een voorstel ingediend tot wijziging van artikel 10 van het Bedrijfsreglement ter zake ener Aanvulling van de Algemene Voorwaarden van Verhuur en Huur van Films in dier voege, dat als minimum filmhuur steeds een bedrag van f 40,zou worden betaald. Daar de Afdeling zich met dit voorstel niet kon verenigen, heeft zij het ter zake door de Afdeling Het Centrum ingediende amendement ondersteund, dat hierop neerkwam, dat de auteursprijs naar keuze van de verhuurder bedongen zou kunnen worden öf als percentage óf als vast bedrag van maximaal f 30,waar bij, in het laatste geval, een eventuele matineefilm begrepen zou moeten zijn. Ten slotte zij nog vermeld dat een uitgebreide discussie heeft plaats gevonden over de situatie, welke is ontstaan door de oprichting van het Katholiek Cen trum Bioscoopexploitanten.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1951 | | pagina 119