Aantal zaken
Het aantal in bedrijf zijnde permanente bioscopen bedroeg 506
op 1 Januari 1952 tegen 507 op 1 Januari 1951.
Het aantal filmverhuurkantoren en filmimportzaken daalde van
43 op 1 Januari 1951 tot 39 op 1 Januari 1952.
Voor verdere gegevens met betrekking tot de aantallen bij de
Bond ingeschreven zaken zij verwezen naar de hiernaast opgeno
men tabel.
Zij nog vermeld, dat ook in het afgelopen jaar verscheidene
bioscopen werden gemoderniseerd en gerestaureerd, terwijl in En
schede, Heemstede, Vlijmen en Volendam enige uitstekend ge
outilleerde nieuwe bioscopen werden geopend.
Een bioscoop moest in April worden gesloten wegens beëindi
ging van de huur door verhuurder. De ondernemer verzuimde een
beroep te doen op artikel 11 van het Gewijzigd Algemeen Bedrijfs-
reglement. Tenslotte wendde hij zich te elfder ure tot de rechter,
die hem in het ongelijk stelde op grond van de overweging dal
bedoeld lid zich blijkens zijn houding sedert de opzegging der over
eenkomst, daarbij had neergelegd.
Heel veel tijd heeft het Hoofdbestuur moeten geven aan de on
dankbare taak om een beslissing te nemen in de belangenstrijd
tussen twee leden om het exploitatierecht van een bioscoop in het
Luxor Theater te Rotterdam, een strijd welke niet alleen de belang
stelling had van de pers, maar ook van de gemeentelijke autoriteiten.
De verhuurster, de Rotterdamse Kunststichting, die sedert de
Bevrijding al verscheidene malen van exploitant veranderd was,
had voor de zoveelste maal de overeenkomst opgezegd en met een
ander lid een contract gesloten.
In het tussen verhuurster en de vorige huurder ontstane geding
sprak de arrondissementsrechtbank te 's-Gravenhage uit, dat de
overeenkomst op 1 Juni 1951 geëindigd was en de bepalingen van
de Huurwet daarop niet toepasselijk waren, aangezien het hier
geen huurovereenkomst betrof. Het betrokken lid, dat intussen
nimmer het door hem aangekondigde beroep op de bescherming
volgens artikel 11 van het Gewijzigd Algemeen Bedrijfsreglement
had gedaan, deelde mede hiervan in beroep te zullen gaan, zag
daarvan later af en deed ter elfder ure toch een beroep op de regle
mentaire bescherming, die de andere partij, nu de zaak in eerste
instantie voor de rechter had gediend en door haar was gewonnen,
niet meer wilde aanvaarden. Hoewel de oude huurder het door zijn
twijfelachtige houding het Hoofdbestuur niet gemakkelijk had ge
maakt, wees het Hoofdbestuur zowel de twee aanvragen van het
tweede lid om inschrijving van het Luxor Theater te haren name
in het bedrijfsregister, als het verzoek om plaatsing op de Lijst van
Geen Bezwaar af, omdat het zich met de ingediende aanvrage niet
48