matig behoeften gaat kweken bij de massa, waardoor ondanks haar
berooidheid nieuwe kostenproblemen gaan ontstaan, die op de
uiterst gevoelige bestedingsmogelijkheden in de ontspanningssector
van invloed kunnen zijn, méér van invloed kunnen zijn naar ge
lang de koopkracht laag blijft. Dit laatste is voorlopig het geval
en verklaart wellicht de beperkte resultaten tot heden in het expe
rimentele stadium verkregen. Zouden deze groter worden, dan zou
dit mede kunnen gaan ten koste van ons bedrijf. Daarom is grote
waakzaamheid geboden.
Ten slotte is datgene, wat de televisie biedt en bieden kan in de
verste verte niet te vergelijken met de rijke mogelijkheden in de
programmering der bioscopen. Dank zij het technisch welhaast
perfecte apparaat, dat ons bedrijf in de loop der jaren heeft opge
bouwd, is de distributie van dit alles onder de massa mogelijk voor
een luttel bedrag, telkenkere opnieuw. Het is veeleer aan ons te
zorgen, dat het publiek de geringe bedragen, welke het voor ont
spanning beschikbaar heeft, op de voordeligste en meest bevredi
gende manier besteedt. De populariteit van film en bioscoop is
groot. Wij hebben echter nog altijd de middelen niet uitgeput haar
te verhogen. Dit laatste is zelfs een actuele eis, meer de belangstel
ling waard dan de toevallige raakpunten die televisie en film heb
ben en die bij verstandig beleid niet even zovele wrijvingspunten
behoeven te zijn.
De middelen waarop wij doelen zijn: de zaken up to date houden,
waar en zodra mogelijk tot weloverwogen expansie overgaan, zor
gen, dat het gamma van import en productie, ruim voldoende aan-
onze behoeften, verhoudingsgewijs in de individuele bioscooppro
gramma's tot uitdrukking komt, waarbij maatschappelijke oriënte
ring en kennis van de snel wisselende verlangens van het publiek als
belangrijk onderdeel der vakbekwaamheid onophoudelijk moeten
worden vernieuwd en uitgebreid. De man onder ons die zegt: „Wij
weten het nooit!", is de wijste man.
Ten slotte: Bevordering van de Nederlandse filmproductie en
goede en ruime publiciteit!
Het is zeer te betreuren, dat de gemeentelijke fiscus de laatste
jaren onze bedrijven' heeft afgeroomd, door een extra last op onze
ondernemingen, die bovendien nog eens bijna het dubbele bedraagt