98
Een moeilijkheid, die daaruit voortspruit, is echter, dat er op het aantal uitge
reikte vrijkaarten geen controle kan worden uitgeoefend. Er zijn zelfs exploitan
ten, die op hun recettestaat eenvoudig een rond bedrag voor vrijkaarten van de
ontvangst aftrekken. Het ware wenselijk het gebruik van afzonderlijke toegangs-
kaarten voor vrijkaarten voor te schrijven, zodat het verschil tussen gewone
kaarten en vrijkaarten duidelijk opvalt. Daarbij heeft het bestuur als zijn over
tuiging uitgesproken, dat tegen dit systeem van de zijde der gemeentebesturen
geen bezwaar kan worden gemaakt, indien althans steeds de normale belasting over
de door houders van vrijkaarten ingenomen plaatsen wordt betaald en zulks ook
op de vrijkaarten wordt vermeld. Blijkbaar zitten er aan deze zaak nog andere
moeilijkheden vast, want een bevredigende oplossing is nog niet bereikt.
Klachten over het veelvuldig verloren gaan van begin- en eindstukken van
films tengevolge van nonchalance der bioscoop-operateurs, waardoor ook het
onderscheid tussen brandbare en onbrandbare films bemoeilijkt wordt met de
daaruit voortvloeiende narigheden bij het lassen, hebben het bestuur aanleiding
gegeven het Hoofdbestuur te verzoeken hiertegen maatregelen te beramen. Op
dit euvel is de aandacht gevestigd door een publicatie in het Bondsorgaan.
Enige malen is gesignaleerd, dat buitenlandse producenten, die min of meer
regelmatig zaken met onze leden doen, 16 mm. rechten van oude en zelfs wel van
nieuwe films aan niet bij de Nederlandsche Bioscoop-Bond aangesloten onder
nemingen verkopen. Het bestuur zag zich genoodzaakt de leden uit te nodigen
hun buitenlandse leveranciers er op te wijzen, dat dit op de duur het zaken doen
met de leden van de Bond onmogelijk zal maken.
In de jaarvergadering van 28 Januari is na behandeling van de jaarstukken een
bestuursvoorstel aangenomen om het aantal bestuursleden van negen tot zeven
te verminderen. Met het oog daarop hadden alle bestuursleden hun mandaat ter
beschikking gesteld. Voor de zeven plaatsen waren candidaat gesteld de heren
H. S. Boekman, J. S. Croeze, L. Groen, D. J. van Leen, L. L. Lioni, L. Paerl,
C. S. Roem, F. L. D. Strengholt, Weening en K. F. Wijsmüller. Voordat tot
verkiezing werd overgegaan, werd op voorstel van de heer J. de Wilde een
motie aangenomen, behelzende, dat het nocj steeds als een noodzaak wordt be
schouwd, dat in het Hoofdbestuur namens de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders
uitsluitend leden zitting hebben, die deel uitmaken van het bestuur der Bedrijfs
afdeling en dat derhalve verlangd moest worden, dat leden-filmverhuurders van
het Hoofdbestuur, die niet tot lid van het Afdelingsbestuur herkozen mochten
worden, hun mandaat als lid van het Hoofdbestuur ter beschikking stellen, opdat
in de ontstane vacature(s) onmiddellijk kan worden voorzien.
Daarna werden achtereenvolgens tot leden van het Afdelingsbestuur gekozen
de heren Strengholt, Paerl, Van Leen, Lioni, Groen, Boekman en Croeze. Uit
deze zeven bestuursleden werden gekozen tot voorzitter de heer Strengholt, tot
vice-voorzitter de heer Croeze, tot secretaris de heer Van Leen en tot penning
meester de heer Groen.
Tengevolge van het overlijden van de heer Strengholt ontstond er reeds korte
tijd later een nieuwe vacature van voorzitter en bestuurslid. De ledenvergade
ring van 19 Mei moest voor de benoeming tot bestuurslid een keuze doen pit
twee candidaten, te weten de heren J. Weening en J. de Wilde, waarvan de
laatste de meeste stemmen verwierf. Voor de voorzitterspiaats werden candidaat
gesteld de heren J. S. Croeze en L. Groen, waarvan eerstgenoemde de meerder
heid verkreeg.
Van de bestuursleden hadden zitting in het Hoofdbestuur de heren J. S. Croeze,
L. Groen en L. L. Lioni.
De vierde plaats van lid-filmverhuurder van het Hoofdbestuur werd ingenomen
door de heer C. S. Roem, die niet bereid was zijn plaats af te staan ten behoeve
van een der bestuursleden van de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders. Het Hoofd-