Toepassing Reglementen en na enige formele redactiewijzigingen, welke een verduidelijken de strekking hadden, aangenomen. Aangezien de handhaving van het besluit van de Ledenraad van 13 December 1949, waarbij het de leden verboden werd om films, vervaardigd in Duitsland in het tijdvak van 28 Februari 1933 tot 5 Mei 1945, en films, vervaardigd in Oostenrijk in de periode van 12 Maart 1938 tot 5 Mei 1945, te verhuren en/of te vertonen, be zwaren van formele aard opleverde, heeft het Hoofdbestuur aan de Ledenraad voorgesteld dit besluit in te trekken. De Raad heeft in zijn vergadering van 15 Juli dienovereenkom stig besloten. Uitvoerig overleg is door het Hoofdbestuur gepleegd zowel met de Afdelingsraad als met het Bestuur van de Bedrijfsafdeling Film verhuurders over de verlenging van de in het Bedrijfsbesluit in zake de Uitvoering der Deviezenregeling omschreven verplichting om gedurende ten minste twaalf weken per jaar niet-Amerikaanse hoofdfilms te vertonen. Daarbij kwam vast te staan, dat verlenging van het Bedrijfsbesluit noodzakelijk was. Het Hoofdbestuur heeft derhalve aan de Ledenraad het voorstel gedaan tot het vaststellen van een nieuw Bedrijfsbesluit in zake de Uitvoering der Deviezenregeling, overeenkomstig de tekst van het tot dan toe vigerende bedrijfsbesluit van die naam. Dit voorstel is door de Raad in zijn op 15 December gehouden vergadering aanvaard. Door het Bestuur van de Nederlandsche Vereeniging van Bioscoopreclame-Exploitanten is het Hoofdbestuur ter bestudering toegezonden een ontwerp-Algemene Voorwaarden voor het Ver pachten en Pachten van Projectiereclame. Het Hoofdbestuur heeft dit ontwerp in studie genomen en het tevens ter kennis gebracht van het Bestuur van de Afdelingsraad. Het is de Commissie Nieuwe Zaken en de Commissie Beroep Nieuwe Zaken op grond van de artikelen 15D en 18E van het Ge wijzigd Algemeen Bedrijfsreglement toegestaan aan haar beslissin gen zekere voorwaarden te verbinden. Beide Commissies hebben zulks herhaalde malen gedaan. De vraag deed zich nu voor of deze condities na verloop van tijd ingevolge inmiddels gewijzigde om standigheden kunnen worden herzien of wellicht geheel opgeheven. 63

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1952 | | pagina 67