96
Hoofdbestuur te brengen, dat de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders het stand
punt inneemt, dat genoemde film niet kan worden gerangschikt onder de docu
mentaire films.
Daarbij deed zich nog de moeilijkheid voor, dat er een misverstand was ge
rezen over bepaalde inlichtingen, die Polygoon aan het Hoofdbestuur ter zake
van deze film zou hebben verschaft. Van laatstgenoemd college werd tenslotte
bericht ontvangen, dat het onder de gegeven omstandigheden op de gevallen
beslissing niet kon terugkomen, maar dat het in de toekomst met het standpunt
der Bedrijfsafdeling Filmverhuurders voor wat betreft de distributie van films
als bedoeld in artikel 2, C, b van het Algemeen Bedrijfsreglement rekening zou
houden.
Er is door het Bestuur nog een poging ondernomen om Polygoon er toe te
bewegen de distributie van de onderwerpelijke film over te dragen aan een der
leden-filmverhuurders, die ingevolge zijn inschrijving in het Bedrijfsregister wel
gerechtigd is speelfilms te distribueren, maar de daaraan door Polygoon ver
bonden eisen waren blijkbaar te zwaar om een oplossing in deze zin mogelijk
te maken.
Mede naar aanleiding van door verschillende leden gestelde vragen heeft het
Bestuur zich beraden over de consequenties, die voor het bedrijf en de organisatie
verbonden zouden kunnen zijn aan het R.K. Centrum van Bioscoopexploitanten,
hetwelk in het verslagjaar is opgericht.
Op 1 April heeft een bespreking plaats gevonden tussen het Hoofdbestuur
van de Bond en het bestuur en de geestelijke adviseur van genoemde instelling.
Een résumé van deze bespreking is behandeld in de ledenvergadering van 19 Mei.
Gememoreerd moge worden, dat de vertegenwoordigers van het Centrum be
vestigd hebben, dat zij bereid zijn enige artikelen in de Statuten van het Centrum,
waartegen van bedrijfszijde bezwaren waren gemaakt, te wijzigen.
Enige leden hebben in het verslagjaar de aandacht van het Bestuur er op
gevestigd, dat sommige filialen van Amerikaanse filmmaatschappijen in Neder
land Europese films distribueren. Het betreft hier films, waarvan de distributie
rechten door de Amerikaanse maatschappijen van de Europese producenten zijn
gekocht, alsmede films, die genoemde maatschappijen in Europa hebben doen
vervaardigen.
Dit alles heeft het Bestuur aanleiding gegeven op deze ontwikkeling de aan
dacht van het Hoofdbestuur te vestigen, aangezien de vestiging van filialen van
Amerikaanse productiemaatschappijen van meet af aan bedoeld is voor de dis
tributie van de door die maatschappijen in Amerika vervaardigde films.
Tevens is het Hoofdbestuur verzocht met de Amerikaanse vertegenwoordigin
gen overleg te plegen, ten einde na te gaan wat er te dezer zake kan worden
ondernomen.
Van bet Hoofdbestuur is bericht ontvangen, dat het aantal Europese films,
waarop deze kwestie betrekking heeft, tot dusver zeer beperkt is gebleven, maar
.dat genoemd college wel het standpunt inneemt, dat uitbreiding van dit aantal
in strijd zou kunnen zijn met het algemeen bedrijfsbelang.
Er hebben zich in het verslagjaar enige malen moeilijkheden voorgedaan bij
de candidaatstelling voor de leden van het bestuur en de Ledenraad. Het Afde
lingsreglement laat immers de mogelijkheid toe, dat staande ter vergadering mon
deling candidaten worden gesteld. Weliswaar heeft het bestuur de leden steeds
tijdig van de vacatures in kennis gesteld en om schriftelijke opgave van candi
daten gevraagd, maar sommige 'leden hebben zich daaraan niet altijd gehouden.
Dit heeft het bestuur aanleiding gegeven om een wijziging van het Afdelings
reglement te ontwerpen, die echter in het verslagjaar niet meer ter behandeling
aan de ledenvergadering kon worden voorgelegd.
In het verslagjaar is de productie van een grote Nederlandse speelfilm ter
hand genomen, die echter eerst in 1953 in vertoning is gekomen. Wij hopen, dat
deze film de eerste mag zijn van een lange reeks van succesvolle Nederlandse