Afdeling Het Centrum f\P de algemene jaarvergadering werd het Bestuur als volgt samengesteld: A. F. Wolff, Voorzitter; J. Nijland, Secretaris (herkozen); van Bentum, Penningmeester; L. van Dommelen, J. Visser, J. van Willigen Jr. en Ch de Lange, leden. In de AfdelingsraacJ werd herbenoemd de heer J. Nijland, terwijl de heer A. F. Wolff zitting hield. In de Ledenraad werd ingevolge de nieuwe reglementen, permanent benoemd de heer A. F. Wolff. Het jaar 1953 heeft voor een belangrijk deel in het teken gestaan van bespre kingen, welke uiteindelijk hebben geleid tot het wijzigen van de Algemene Voor waarden van Verhuur en Huur van Films. Deze aangelegenheid was voor onze Afdeling van het allergrootste belang daar dit voor het grote aantal kleinere ex ploitaties in onze Afdeling, mede door de huidige zware belastingdruk, een be- staanskwestie werd. Enige malen heeft dan ook dit jaar onze Afdeling deze nieuwe aangelegenheid besproken. Zeer belangrijk waren de grafische voorstel lingen, die één van de leden de anderen kon tonen en de waarschuwingen die deze inhielden. Ook het uitwisselen van gedachten over deze nieuwe en uiterst moeilijke materie zal voor velen een welkome gebeurtenis zijn geweest. In vele plaatsen van onze Afdeling moest men, mede in verband met het bovenstaande en de steeds stijgende kosten, de entreeprijzen herzien. Op elke vergadering en bijeenkomst werd zoveel mogelijk de stand van zaken omtrent de vermakelijkheidsbelasting bekend gemaakt. Hoewel enige, klei nere plaatsen gedurende dit jaar hun belasting verlaagden, werd toch vrijwel in alle andere plaatsen van onze Afdeling de belasting op het onverantwoord hoge niveau gehandhaafd. Het was daarom van groot belang dat er aan het eind van het jaar een verklaring kwam van regeringszijde, waarin melding werd gemaakt van het feit, dat de gecontroleerde gang van zaken in het bioscoopbe drijf het niet meer rechtvaardigt een dergelijk hoge belasting, als destijds was opgelegd, te handhaven. De gemeenten werden derhalve vrijgelaten om stappen te ondernemen om de belasting te herzien. Ook in onze Afdeling zijn diverse zaken als normbedrijf voor de bovengenoemde controle aangewezen. Een algehele herziening van deze onrechtvaardige belastingdruk is nu misschien een stap naderbij gekomen, hoewel de gemeenten natuurlijk hierbij het laatste woord spreken. De Afdeling zal voortgaan, waar nodig, van advies te dienen. De Ledenraadsvergaderingen werden steeds vooraf gegaan door vergaderingen van onze Afdeling. Hierop werden dan de agendapunten, welke als bedrijfs- aangelegenheid te beschouwen waren, behandeld. Onze vertegenwoordiger was zodoende steeds op de hoogte van de mening van zijn Afdeling. De belegde vergaderingen werden door een klein aantal leden bezocht. Het betreft hier een vaste kern, die bijna nooit ontbreekt, maar het aantal is te gering. Dit jaar werd in vele gevallen het gemis gevoeld van een vertegenwoordiger in het Hoofdbestuur. Het was daarom en mede om de principiële kwestie, waar bij onze Afdeling voor elke beschikbare plaats twee candidaten gesteld wil zien, dat onze Afdeling haar Voorzitter, de heer A. F. Wolff candidaat wenste te stellen voor het Hoofdbestuur. Enge malen werd dit jaar door het Bestuur geadviseerd inzake vestiging van nieuwe theaters. 131

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1953 | | pagina 135