De gebeurtenissen van de rampspoedige Februaridagen voerden de journaalfilmproductie tot nieuwe hoogtepunten. In niet geringe mate hebben de sobere maar indrukwekkende verslagen van de Nederlandse filmers bijgedragen tot de spontane reacties van het buitenland. Andermaal werd op ondubbelzinnige wijze bewezen hoe de film, meer dan welk ander medium ook, in staat is andere volkeren mede te laten leven in hels wel en wee onzer natie. Het Nederlandse filmproductiebedrijf heeft in 1953 met goed succes buitenlandse opdrachten verwerkt betreffende films, die be stemd waren voor de televisie. Daarmede heeft de Nederlandse filmindustrie een deel van de activiteit aan zich weten te trekken, welke gedurende het verslagjaar in onderscheiden Europese film productiecentra heerste ingevolge vele opdrachten voor de buiten landse televisie, inzonderheid de Amerikaanse. Ten aanzien van de Nederlandse televisie beperkte zich de werkzaamheid van. onze filmers tot een regelmatige vervaardiging van losse actualiteiten en enkele documentaires voor de Nederlandse Televisie Stichting. Er viel bij de Nederlandse productie een geleidelijke toeneming te constateren van het gebruik van kleurenfilms. De in 1953 vol tooide film „Vincent van Gogh" is de eerste kleurenfilm van een dergelijke lengte? (600 meter) welke in Nederland op 35 mm. for maat is vervaardigd. De overgang van de wereldfilmproductie van zwart-wit op kleuren heeft voorlopig voor de filmfabricagebedrijven zijn scha duwzijde, omdat de Nederlandse filmfabrieken geen Technicolor- procédé kunnen toepassen. Niet minder dan 32 van het aantal in 1953 ingevoerde hoofdfilms bestond uit kleurenfilms tegen 23 in 1952 en 20% in 1951. Zoals te verwachten was heeft* de hier mede gepaard gaande geleidelijke daling in de invoer van nega tieven zich ook in 1953 voortgezet} hetgeen voor de Nederlandse laboratoria wederom een vermindering van opdrachten tot het copiëren van films betekende. In de Cinetone Studio's werd, zoals reeds gememoreerd, een Nederlandse speelfilm vervaardigd. Het laboratorium van de Studio voerde ook in 1953 tal van buitenlandse orders uit en verleende kinotechnische service bij de productie, van opdrachtfilms. In de Raad van Beheer der Studio was het Hoofdbestuur in het verslagjaar vertegenwoordigd door de heren J. S. Croeze (t), Joh. Miedema en W. K. G. van Roven, die het Voorzitterschap bekleed de. Namens de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschap pen hadden in deze Raad zitting de heren Mr. P. K. van Ginneken en. G. van der Wiel. Aan het einde van het verslagjaar is de heer Loet. C. Barnstijn op 74-jarige leeftijd te Kings Point, New York, overleden. De heer 25

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1953 | | pagina 25