Het ligt voor de hand dat onze leden zich niet aan de indruk konden onttrekken, dat zij in de eerste plaats hun cijns tot dit alles hadden bij te dragen. Zij zagen als het ware hun reserves over geheveld naar de gemeenten terwijl zij hoe langer hoe meer met de noodzakelijkheid van grote investeringen geconfronteerd werden alsmede met nieuwe concurrentiefactoren. Met lede ogen zagen zij daarbij toe hoe het overige vermaak bevorderd en bevoordeeld werd met een belasting van 20 In vele gevallen verloren zij daardoor hun geduld en wensten zij hun gerechtvaardigde verlan gens door acties kracht bij te zetten. Vandaar dat zich in een aantal gemeenten conflicten voordeden, welke publiekelijk de aan dacht vestigden op de belastingstrijd. Een conflict van zeer grote omvang, waarin uiteraard de orga nisatie werd gemengd, dreigde toen de exploitanten in de gemeente Haarlem blijk gaven niet langer voornemens te zijn de exploitatie van hun zaken, onder de bestaande last voort te zetten. Nadat de exploitanten zich enige keren vruchteloos tot Burgemeester en Wethouders gewend hadden met een verzoek om de plaatselijke vermakelijkheidsbelastingverordening te herzien, hebben zij op 25 November 1952 een uitvoerig adres tot de Raad gericht. Hierin hebben zij een overzicht gegeven van de historie van de verma- kelijkheidsbelasting sedert 1947 en met klem van argumenten aan getoond dat de verhoging van de belasting niet viel te handhaven Zij schreven in dit adres onder meer: „Wanneer wij de jaarperiode die onmiddellijk voorafging aan de verhoging, namelijk April 1947 tot en met Maart 1948, vergelijken met de laatste, overeenkomstige periode, namelijk April 1951 tot en met Maart 1952, dan blijkt dat de theaters in de laatste periode f 260.000,— minder ontvingen, terwijl de fiscus f 104.000,— meer toucheerde. De bruto-inkomsten van het bedrijf daalden derhalve met niet minder dan f 364.000,— per jaar of wel bijna 24 In het lopende jaar is door de uitbreiding van het aantal theaters de gemeentelijke belastingopbrengst wederom aanzienlijk gestegen, namelijk met f 16,685,— tot 1 November j.1., terwijl voor de'be- staande theaters exclusief de uitbreiding andermaal de op brengsten verminderden met f87.199, Hierbij moge Uw Raad in aanmerking nemen, dat bovendien de lasten in de laatste jaren aanzienlijk zijn gestegen. Wij releveren een aantal voorbeelden: de huurzaken ondergingen een verhoging van huurlasten mei 15 terwijl een nieuwe huurverhoging in het naaste verschiet ligt, welke volgens de verwachtingen 30 of meer zal belopen; de lonen van het personeel zijn sedert; 1949 met 12 gestegen. Een nieuwe loonsverhoging zal binnenkort onvermijdelijk zijn. Hierbij dient opgemerkt dat de Haarlemse zaken zeer arbeids intensief zijn; 8

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1953 | | pagina 7