der Linden, „De kring om de maan" („Moon- glow") van Marten Toonder en Joop Geesink's „A dream comes true". Op welk een voortref felijk peil de productie van Nederlandse pro paganda- en reclamefilms kan bogen, bewees onder meer Joop Geesinks „No Tax on Tips", welke de eerste prijs verwierf in de categorie „Animated models and objects" op het Inter nationale Festival voor Commerciële Films te Monte Carlo. Voor de Nederlandse filmindustrie was de be langrijkste gebeurtenis van het jaar ongetwij feld de onderscheiding, welke ten deel viel aan de door Wolfgang Staudte voor de Film productie Maatschappij „Amsterdam" N.V. geregisseerde speelfilm „Ciske, de Rat". Aan deze film werd op de Biënnale te Venetië een zilveren Leeuw van San Marco toegekend, ter wijl zij van het Office Catholique International du Cinéma (O.C.I.C.) een eervolle vermelding ontving. In de loop van 1955 hebben zich verschillende gebeurtenissen voorgedaan, welke de verwach ting wettigen, dat men ook in ons land metter tijd een ernstige poging zal ondernemen om lot meer continuïteit in de speelfilmproductie te komen, een poging welke een gemeenschap pelijke inspanning van bedrijf en Overheid dat wil zeggen niet alleen van de Regering maar ook van de gemeenten zal vergen. Uit het hoofdstuk „Hoofdbestuursvergade- ringen" blijkt, dat het Hoofdbestuur zich hiermede in het afgelopen jaar intensief heeft bezig gehouden en in beginsel besloten heeft steun te verlenen aan een verantwoorde poging ter bevordering van de continuïteit in de speelfilmproductie. De Bedrijfsafdeling Film fabrikanten en Filmproducenten heeft aan dit vraagstuk eveneens een uitvoerige studie ge wijd, welker resultaten zijn samengevat in een Memorandum in zake de Filmproductie, dat aan het einde van het verslagjaar aan het Hoofdbestuur werd voorgelegd. Herhaalde malen heeft men er van bevoegde zijde op gewezen, dat het beleid van de Neder landse gemeenten op het gebied van de ver- makelijkheidsbelasting een funeste invloed uitoefent op de toch al moeilijke verhouding tussen de begrensde amortisatiemogelijkheden van de Nederlandse filmmarkt en de produc tiekosten en bijgevolg iedere poging tot co- ordinering van incidentele initiatieven, ten einde tot een zekere regelmaat in de vervaar diging van speelfilms te komen, frustreert. Amsterdam nu heeft, zoals onder het hoofd stuk „Vermakelijkheidsbelasting" in dit ver slag wordt vermeld, als eerste gemeente in ons land in 1955 een beslissende stap gedaan naar een oplossing van dit vraagstuk door de Neder landse hoofdfilms niet hoger dan met 10 te belasten. Dit voorbeeld is door Leeuwarden en Utrecht geheel en door Den Haag gedeel telijk gevolgd. Indien ook de overige gemeen ten in ons land zich bewust worden van haar verantwoordelijkheid met betrekking tot dit nationale vraagstuk, dat ondanks eventuele subsidies van de Regering zonder mede werking en begrip van de zijde van de Neder landse gemeenten nimmer tot oplossing kan worden gebracht, zal dit de amortisatiemoge lijkheden en inzonderheid het concurrentie vermogen van de nationale film gunstig be ïnvloeden. In de loop van het jaar werden in de Cinetone Studio's te Duivendrecht twee speelfilms vol tooid, namelijk „Het wonderlijke leven van Willem Parel" en „Ciske, de Rat". Van deze laatste film werd bij Cinetone tevens een Duitse versie vervaardigd. De journaalfilmproductie handhaafde haar goede reputatie, terwijl daarnaast de productie van actualiteiten voor de televisie en voor het buitenland een verdere stijging vertoonde. De uitwisseling van journaalonderwerpen met en de export van actualiteiten naar het buiten land zorgden, zoals in de voorafgaande jaren, voor een onafgebroken vertoning van Neder landse evenementen in andere landen. Deze vertoningen in de bioscopen en door de tele visie maken over liet algemeen voor ons land een uitstekende propaganda en hebben zeer tot ontwikkeling van het vreemdelingenver keer naar ons land bijgedragen. De productie van opdracht-, reclame- en televisiefilms vertoonde een geleidelijke stij ging, waarbij inzonderheid het toenemende gebruik van kleurenmateriaal opviel. Tal van deze films werden voor buitenlandse rekening vervaardigd. Het toenemende gebruik van kleurenmateriaal gedurende de laatste jaren brengt voor de 12

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1955 | | pagina 13