Bondsarbitrage
De samenstelling van de Commissie van Ge
schillen onderging in dit verslagjaar geen
wijziging, daar alle zitting hebbende leden
door het Hoofdbestuur werden herbenoemd.
Dat waren de heren C. van Willigen, Voorzit
ter, J. Weening, plaatsvervangend Voorzitter,
J. v. d. Horst, L. W. R. Meyer, H. J. de Vries,
J. de Wilde, C. v. d. Wilden en A. F. Wolf f,
leden. Door loting werden de kamers als volgt
samengesteld
Eerste Kamer: H. J. de Vries, Groningen en
J. de Wilde, Amsterdam;
Tweede Kamer: L. W. R. Meyer, Amsterdam
en A. F. Wolf f, Utrecht;
Derde Kamer: J. v. d. Horst, Amsterdam en
C. v. d. Wilden, Haarlem.
Als Secretaris trad wederom op de lieer H. W.
Hagenberg.
In het verslagjaar werden 8 zittingen gehou
den, waarvan er 6 zijn gepresideerd door de
heer C. van Willigen en 2 door de heer J.
Weening.
In totaal zijn in 1955 24 geschillen aanhangig
gemaakt tegen 25 in 1954. Voorts zijn twee
geschillen behandeld, welke in 1954 waren
aanhangig gemaakt; drie andere geschillen
kwamen in het verslagjaar niet meer in be
handeling. In drie geschillen kwam door be
middeling van de Commissie een minnelijke
schikking tot stand. Tenslotte werden drie
geschillen, die in 1954 aanhangig gemaakt
waren, in 1955 ingetrokken.
Samenvattende leidt dit tot het volgende
totaaloverzicht
Aantal geschillen in 195524
Aantal geschillen uit 19545
29
Niet behandeld in 19553
Ingetrokken geschillen in 1955 13
Minnelijke schikkingen in 1955 3 19
In 1955 behandelde geschillen waarin
vonnis werd gewezen10
(1954: eveneens 10)
De 24 geschillen uit 1955 zijn als volgt aan
hangig gemaakt:
8 door ledeii-filmverhuurders contra leden
exploitanten
5 door leden-exploitanten contra leden-film-
verhuurders
1 door een lid-exploitant contra een lid-ex-
ploitant
1 door een lid-filmfabrikant contra een lid-
t'ilmf abrikant
1 door een lid-exploitant contra een donateur
1 door een lid-filmfabrikant contra een do
nateur;
3 door donateurs contra leden-exploitanten;
3 door donateurs contra Ie den-filmverhuur
ders
1 door een donateur contra een lid-filmfabri-
kant.
Twaalf van de hierboven genoemde geschillen
waren zogenaamde betalingsgeschillen. Daar
van werden er acht voor de openbare behan
deling ingetrokken en zijn er drie nog niet
behandeld. De behandelde geschillen geven
iïeen aanleiding om daaraan een nadere be-
schouwing te wijden. De vonnissen zijn gepu
bliceerd in het orgaan Film.
Raad van Beroep
Door omstandigheden geschiedde de benoe
ming van arbiters in het verslagjaar niet on
middellijk na de jaarvergadering, doch in
December. In 1955 werden hierdoor alle hoger
beroepen door de in 1954 benoemde leden van
de Raad van Beroep behandeld. De benoe
mingen op 6 December door het Hoofdbestuur
brachten in de samenstelling van de Raad
enige wijziging, doordat de heer C. S. Roem
zijn functie als Voorzitter ter beschikking had
2»