Afdeling Den Haag
77
In het verenigingsjaar 1957 werden twee Bestuurs- en
twee Ledenvergaderingen gehouden.
Op de jaarvergadering werden de volgens rooster aan
de beurt van aftreden zijnde bestuursleden, de heren
Mr. Wilton, Schaap, Gielisse en Barnstijn herkozen.
De afvaardiging van de heer S. Barnstijn naar de
Ledenraad werd gecontinueerd. Het Afdelingsbestuur
herbenoemde Mr. Wilton als zijn vertegenwoordiger
bij de Afdelingsraad.
In November zag het bestuurslid, de heer D. Raphel,
zich genoodzaakt ontslag te nemen wegens zijn be
noeming in een andere functie bij de Fox Film Corp.
te Parijs. De Afdeling verloor in hem een verdienste
lijk en sympathiek bestuurslid.
Het verslagjaar was voor onze Afdeling wel zeer be
langrijk door het besluit van het Hoofdbestuur om
het tweede Filmfestival te 's-Gravenhage te doen
plaatshebben en wel van 17 tot 22 Juni.
Hoewel het te ver zou voeren van alle festival-gebeur
tenissen in dit verslag melding te maken (het Bonds
orgaan heeft de leden hieromtrent overigens zeer
uitvoerig geïnformeerd), mag echter een uitzondering
worden gemaakt voor de ontvangst van de buiten
landse gasten door onze Afdeling aan een lunch in
het Motel „Hoornwijck" te Rijswijk op 20 Juni. Deze
lunch kenmerkte zich door een ongedwongen verkeer
tussen de buitenlandse vakgenoten en onze leden,
hetgeen zeer werd bevorderd door aan elke van de
vele tafels een gemengd gezelschap van buitenlanders
en leden te doen aanzitten. Tijdens deze lunch werd
het woord gevoerd door de Bondsvoorzitter, de heer
Joh. Miedema, onze Afdelingsvoorzitter, de heer Uges,
alsook door de heer A. Trichet, Voorzitter van de
Fédération Nationale des Cinémas Francais en Secre
taris-Generaal van de Union Internationale de 1'Exploi-
tation Cinématographique, die ook een zeer geestig
dankwoord sprak.
Het is helaas maar al te waar, dat de prognose van
onze Voorzitter voor het verslagjaar is uitgekomen.
Vergeleken bij 1956 liep het bezoek aan de Haagse
bioscopen met bijna 600.000 personen achteruit. De
bruto recettes waren rond 170.000.en de netto
recettes bijna 160.000.lager. De gemeente inde
dientengevolge rond 5.000.minder vermakelijk-
heidsbelasting. Toch maakte deze belasting een hoger
percentage (23.1) van de netto recette uit dan in
1956 toen dat 22.88 was.
De teruggang deed zich in aanzienlijke mate na de
grote vakanties gevoelen en het is te hopen, dat zij
zich in 1958 niet verder zal voortzetten, temeer daar
de steeds stijgende lasten aan ons bedrijf onevenredig
zware eisen gaan stellen, wanneer de omzet blijft
teruglopen.
Ter vergelijking volgen hierna de cijfers over de jaren
1955, 1956 en 1957:
1955
1956
1957
Aantal bezoekers 7.160.705
Bruto recette 8.081.343
Netto recette 6.576.746
Betaalde verm.bel. 1.504.597
Verm.belasting in
v. d. netto ree. 22.68
7.436.879
8.631.540
7.035.622
1.595.918
22.88
6.889.095
8.466.556
6.876.045
1.590.511
23.1
Uit vorenstaande cijfers blijkt voorts, dat het bezoek
zelfs nog aanzienlijk minder was dan dat in het jaar
1955.
Evenals in 1956 waren de betrekkingen met de Ge
meentelijke autoriteiten van zeer aangename aard, van
welk feit met voldoening gewag wordt gemaakt.
's-Gravenhage, 19 Maart 1958.
M. S. SCHAAP,
Secretaris.