Afdeling Het Noorden 80 Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 12 van het Uniform Reglement van de Provinciale en Plaatselijke Afdelingen van Exploitanten, heb ik de eer U aan te bieden het jaarverslag van de Afdeling over het jaar 1957. Het afgelopen jaar is voor onze Afdeling rustig ver lopen. Er hebben zich geen grote gebeurtenissen voorgedaan. Op 7 Februari kwam de Afdeling voor het eerst weer bijeen in „Frigge", onder Vice-Voorzitterschap van de heer Zondervan. De jaarverslagen van Penningmeester en Secretaris werden goedgekeurd. In deze vergade ring werden de heren Bisschop, Thedinga en Zonder van herkozen. In de vakature ontstaan door het over lijden van onze Voorzitter, de heer H. J. de Vries, werd mevr. F. F. de Vries-Evenhuis gekozen. Daar de Afdeling tot op dat ogenblik zonder Voorzitter was, werd de heer Zondervan als zodanig gekozen. De heer Z^ndervan zei gaarne het voorzitterschap op zich te namen, al wist hij dat hij een zware taak op de schouders nam. Hij zal de opvolger moeten zijn van twee eminente voorzitters. Het Bestuur ziet er dus nu zo uit: H. Zondervan, Voorzitter; Mevr. F. F. de Vries-Evenhuis, Vice-Voor- zitter; G. Schepel, Secretaris; H. Bisschop, Penning meester, en J. S. Thedingas lid. In de Afdelingsraad wordt onze Afdeling vertegen woordigd door de heren: Bisschop, Schepel en Zon dervan. In de Ledenraad nam de heer Zondervan zitting. Op 21 Maart kwam de Afdeling voor de tweede maal bijeen. Het voornaamste onderwerp was de behande ling van de agenda met bijbehorende stukken voor de ledenvergadering te Amsterdam. Men was zeer opge togen over de keurige verzorging van het jaarverslag van de Bond. Tijdens de besprekingen aangaande het Pensioenfonds vond men het een verheugend verschijn sel dat de Bond er in was geslaagd om voor de oude dag van de werknemers te kunnen zorgen. De laatste vergadering werd gehouden op 30 October. Hier was het belangrijkste punt het voorstel van het Hoofdbestuur tot vaststelling van een nieuw Algemeen Bedrijf sreglement. Ofschoon het dit jaar dertig jaar geleden was, dat onze Afdeling is opgericht werd afgezien van een viering hiervan. In Paterswolde werd in Februari het nieuwe Maxwill Theater geopend en in December vierde men in Leeuwarden de opening van de gerestaureerde Cinema Palace. Het laatste kwartaal van dit jaar was over het alge meen in verband met de heersende A-griep, de puzzle- woede en de televisie iets minder goed, dan verwacht werd. Ook de cijfers in de textielwereld bijvoorbeeld geven een verlaging te zien. Evenzo zal de door de regering uitgevonden bestedingsbeperking hier zeker geen goed aan hebben gedaan. Toch moeten wij hoopvol 1958 tegemoet gaan treden, ondanks de huidige economische toestand. Laten we daarom vooruit zien en onze programma's zo kiezen dat het publiek wil komen. Er ligt hier een dankbare taak voor de producenten en filmverhuurders om films te maken en aan te bieden die het zullen doen. Door juist als exploitant vooruit de koers te bepalen die natuurlijk voor elke situatie weer anders is zoals in de scheepvaart ook gebeurt, voorkomen wij, dat er op een gegeven ogenblik geen ruimte meer in onze programmering is om snel belangrijke werken te kunnen vertonen. Want het is toch nog vaak zo, dat menige exploitant bang is dat hij niet alles krijgt en zich zodoende direct voor een heel jaar of zelfs langer „vol" zet. Vertrouwende op het juiste beleid in alle bonds- besturen en -raden en -afdelingen gaan wij met een gerust hart 1958 tegemoet. Delfzijl, Januari 1958. G. SCHEPEL, Secretaris.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1957 | | pagina 80