Nederlandse filmindustrie
14
1960 was voor wat de Nederlandse filmproduc
tie betreft een bijzonder jaar want er kwamen
niet minder dan zes hoofdfilms gereed en bo
vendien 32 korte films. Daarenboven werden
meer dan 100 reclamefilms geproduceerd,
talrijke voornamelijk voor het buitenland be
stemde televisiespots en circa 2000 onderwer
pen voor het journaal respectievelijk voor tele
visie actualiteiten.
Voor wat de hoofdfilms aangaat presenteerde
Herman van der Horst zijn lange documentaire
film in kleuren „Faja Lobbi" op 23 juni in
het Metropole Tuschinski Theater te 's-Graven-
hage in aanwezigheid van H.M. de Koningin,
de Vice Minister President en vele andere ver
tegenwoordigers van overheid en bedrijf.
Op 29 september vond in het Tuschinski Thea
ter te Amsterdam de gala-première plaats van
„De Zaak M.P." een speelfilm van Bert Haan
stra, geproduceerd door Sapphire Film Pro
ductie N.V.
De film „Makkers staakt Uw wild geraas" ge
produceerd door de N.V. Nederlandse Film
productie Maatschappij en geregiseerd door
Fons Rademakers beleefde vervolgens op 27
oktober zijn gala-première in het Lumière
Theater te Rotterdam, in aanwezigheid van
Z.K.H, de Prins der Nederlanden.
Tenslotte werd de gewijzigde versie van de
film „Stranding" van de N.V. Standaardfilms,
Caribe Pictures N.V. en Spectrum Film, onder
regie van Louis A. van Gasteren, op 5 februari
in het City Theater te Amsterdam in première
gebracht.
Daarnaast is op het gebied van de jeugdfilms
Rex Film, van H. J. v. d. Linden, ook in 1960
diligent geweest. Er kwamen twee nieuwe films
gereed, te weten „Dik Trom en het Circus" en
„De Avonturen van een Zigeunerjongen". Zij
beleefden respectievelijk op 22 juli en 23 de
cember hun premières in het Capitol Theater
te 's-Gravenhage.
Rex Film heeft hiermede sedert 1950 het res
pectabele aantal van negen jeugd-speelfilms,
waaronder twee 16 mm. films, op haar naam
gebracht en had tegen het einde van het ver
slagjaar haar tiende film „De Zwarte Roof
ridder" in voorbereiding.
Ook op het gebied van de normale speelfilm
productie werd na het gereedkomen van de
genoemde films doorgewerkt. De N.V. Neder
landse Filmproductie Maatschappij had aan
het einde van het jaar haar derde film „Het
Mes" vrijwel voltooid en bij andere producen
ten werden voorbereidingen getroffen voor de
vervaardiging van nog twee speelfilms.
De Stichting Productiefonds voor Nederlandse
films, waaromtrent elders in dit verslag na
dere bijzonderheden voorkomen, verleende bij
alle producties haar onmisbare financiële
steun. De overheid volhardde daarentegen ook
ten opzichte van het nationale product, in haar
reeds zovele malen gewraakte houding aan
gaande de heffing van vermakelijkheids- en
omzetbelasting, waarbij de weinige gemeenten
die voor nationale speelfilms althans een ver
laagde belastingtarief hebben vastgesteld, niet
te na zijn gesproken.
Als lichtpunt staat daar tegenover, dat dank zij
het subsidiebeleid van het Ministerie van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, de
productie van talrijke korte documentaire films
mogelijk werd gemaakt.
Het Productiefonds stimuleerde verder in het
afgelopen jaar het schrijven van filmscenario's
door ook hiervoor gelden beschikbaar te stel
len.
De Nederlandse representatie op filmgebied in
het buitenland en wel met name voor wat be
treft de korte films, was wederom zeer omvang
rijk. Met in totaal 158 inzendingen werd deel
genomen aan 72 filmfestivals en er zijn daarbij
opnieuw vele lauweren geoogst. De meest ver
toonde en ook de meest bekroonde films waren