A fdellngsraad 62 van Ewijk en W. Hemelraad tijdens de buitengewone ledenvergadering, gehouden op 6 mei. De aftredende leden van de Ledenraad, de heren F. van Buren, W. J. F. van Ewijk, J. L. Paerl en P. J. Pater- notte zijn bij enkele candidaatstelling herkozen. Door het tussentijds aftreden van de heren L. Groen en J. P. M. A. Smulders ontstonden in het Hoofdbe stuur twee vacatures. Tijdens de buitengewone leden vergadering van de Bedrijfsafdeling op 9 mei zijn als officiële candidaten aangewezen de heren W. J. F. van Ewijk en C. S. Roem. Candidaat waren gesteld de heren W. J. F. van Ewijk, W. Hemelraad en C. S. Roem. Tot leden van het Hoofdbestuur zijn, tijdens de Bonds vergadering op 30 mei, gekozen de heren W. J. F. van Ewijk en C. S. Roem. De Bedrijfsafdeling heeft het betreurd, dat de Afde- lingsraad in deze vergadering de officiële candidaten van de Bedrijfsafdeling niet heeft gesteund. In tegen stelling tot wat dezerzijds als een goede traditie wordt beschouwd heeft de Afdelingsraad namelijk in het ge heel geen advies over de candidaatstelling uitgebracht. Filmbeurs Op maandag, 28 maart is geen Filmbeurs gehouden met het oog op de jaarvergadering. In verband met het feit dat maandag, 18 april 2e Paasdag was, is er filmbeurs gehouden op dinsdag, 19 april. Ook op St. Nicolaas, maandag 5 december en op tweede kerstdag, maandag 26 december is geen Filmbeurs gehouden. Personalia Na een bestuurslidmaatschap van bijna 25 jaar is de heer L. Groen als penningmeester van onze afdeling afgetreden wegens het neerleggen van zijn functie van directeur der N.V. Warner Bros. First National Pic- tures. In de ledenvergadering van 6 mei 1960 is de heer Groen omstandig dank betuigd voor de vele be langrijke diensten, welke hij de Bedrijfsafdeling en het Nederlandse filmverhuurbedrijf heeft bewezen. Omtrent de benoeming van de heer Groen tot ere-lid van de Bond moge verwezen worden naar het algemeen verslag. In dezelfde ledenvergadering is als bestuurslid afge treden de heer J. P. M. A. Smulders, zulks wegens functieverandering. Ook hem werd dank betuigd voor zijn uitnemende diensten, de Afdeling bewezen. In Memoriam Aan onze afdeling is op 12 juli ontvallen de heer A. de Hoop, eigenaar van het filmverhuurkantoor Muntfilm te Amsterdam. Hij ruste in vrede. Vooruitzichten Er is geen reden om in het jaar 1961 grote veranderin gen te verwachten. Het ziet er naar uit, althans op grond van de thans bekende gegevens, dat de achter uitgang van het bioscoopbezoek tot staan is gekomen. De zware lasten, drukkende op het bioscoopbedrijf, be lemmeren echter een gezonde ontwikkeling, waarvan ook de leden onzer Afdeling zouden kunnen profiteren. Het ligt derhalve in de verwachting, dat de Bond in 1961 op het gebied van de strijd tegen de abnormale vermakelijkheidsbelasting grote activiteit zal ontwik kelen. Onze leden zullen daaraan ongetwijfeld hun volle steun verlenen. Overigens moge een beroep op de leden worden ge daan ten volle te profiteren van de collectieve reclame campagne door hunnerzijds alle aandacht aan de ver zorging van hun reclame te besteden. H. W. HAGENBERG. Administrateur. Amsterdam, 17 februari 1961 Welke resultaten de in de tweede helft van het verslag jaar ingezette algemene publiciteitscampagne op den duur voor onze bedrijven zal blijken op te leveren, kan op dit moment nog moeilijk worden beoordeeld. Het blijft zelfs de vraag, of het effect dezer cam pagne op de curve van het bioscoopbezoek ooit met enige zekerheid vast te stellen zal zijn. In bepaalde tak ken van het bedrijfsleven, die in de regel gedurende lange tijd geen of nauwelijks enige reclame plegen te maken en dan plotseling een goodwill-publiciteit lanceren, kan men de uitwerking daarvan waarschijn lijk rechtstreeks uit het verloop der omzetcijfers af lezen, maar voor het bioscoopbedrijf, waarbij de indivi duele wekelijks herhaalde reclame altijd een onmis baar element in de bedrijfsvoering heeft uitgemaakt, en waarbij het omzetverloop bovendien steeds afhankelijk is van een groot aantal onberekenbare factoren, liggen de zaken nu eenmaal lang niet zo eenvoudig. Dit neemt overigens niet weg, dat de goed voorbereide en op deskundige wijze uitgevoerde campagne zeker niet onopgemerkt is gebleven en naar veler mening bijzonder gunstig is ontvangen. Indien wij de pers kun nen aanmerken als een graadmeter voor de publieke opinie, kan uit de reacties in de redactionele kolom men, die over het algemeen waarderend en slechts in enkele gevallen misplaatst waren, stellig worden afge leid, dat de belangstelling voor film en bioscoop gun stig is beïnvloed. Met de in het begin van het verslagjaar door het Hoofdbestuur bij de Algemene Ledenvergadering inge diende voorstellen ter zake van de financiering van het reclameproject kon onze Raad zich in overgrote meerderheid ten volle verenigen, zulks in de over tuiging dat er hier sprake was van een verantwoorde besteding der beschikbare geldmiddelen. Met de nodige door de ervaring geboden reserve mag voorts in dit verslag worden geconstateerd, dat de dalende tendens in het bioscoopbezoek, zoals die zich in de laatste jaren bij voortduring voordeed, zich in het afgelopen jaar minder sterk heeft gemanifesteerd. Daartoe hebben ongetwijfeld de weersomstandigheden het hunne bijgedragen, maar bovendien was er een redelijk aantal films, dat een goed onthaal bij het publiek vond en waarvan het de moeite waard was om er onze verscherpte exploitantenaandacht op te beproe-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1960 | | pagina 62