18
woordigers van C.I.C.E. en U.E.S.C. In deze vergadering is een voorstel bespro
ken voor het sluiten van een akkoord. De beide organisaties spraken als hun me
ning uit, dat een economisch onafhankelijke Europese produktie van een vol
doend aantal speelfilms van goede kwaliteit en een modern theaterpark slechts
bestaanbaar zijn bij voldoende recettes. Teneinde dit te kunnen bewerkstelligen
is een aantal maatregelen onmisbaar, waarvan de belangrijkste zijn de volledige
afschaffing van de vermakelijkheidsbelasting en de heffing van een deel van de
recettes voor de vorming van een fonds ter financiering van de Europese film-
produktie. In de ontwerpovereenkomst zijn deze maatregelen nader uitgewerkt. De
vergadering achtte zich echter nog niet in staat deze overeenkomst goed te keuren.
De besprekingen in Cannes werden ook door de heren Joh. Miedema, CS. Roem
en J. G. J. Bosman bijgewoond.
UI-E.C.
De internationale unie van bioscoopexploitanten Union Internationale de 1'Exploi-
tation Cinématographique (U.I.E.C.) heeft op 23 oktober te Milaan een algemene
vergadering gehouden, die door afgevaardigden van elf landen werd bijgewoond.
De Nederlandsche Bioscoop-Bond was op de algemene vergadering niet vertegen
woordigd in verband met het feit, dat met de overheid belangrijke besprekingen
moesten worden gevoerd.
Tijdens de vergadering werden enige resoluties aangenomen. In één daarvan zegde
de U.I.E.C. steun toe aan het plan van het Bureau International du Cinéma
(B.I.C.) de overkoepelende organisatie van de verschillende internationale ver
enigingen van het film- en bioscoopbedrijf tot het houden van een internationale
campagne ten gunste van de afschaffing van de vermakelijkheidsbelasting.
In een tweede resolutie, die betrekking had op de verhouding tussen het bioscoop
bedrijf en de televisie, verzoekt de U.I.E.C. de internationale raad voor bioscoop
en televisie (Conseil International du Cinéma et de la Télévision) een studie op te
zetten gericht op de afbakening van de werkterreinen van bioscoop en televisie
teneinde de mogelijkheden te zoeken tot het scheppen van een evenwichtige ver
houding tussen bioscoop en televisie op het gebied van ontspanning en vermaak.
In een derde resolutie verzoekt de U.I.E.C. de leden-organisaties tenslotte zich
krachtig te verzetten tegen de eventuele instelling van een systeem van draad
televisie en het exclusieve gebruik daarvan op te eisen voor het bioscoopbedrijf
met uitsluiting van alle andere publieke gelegenheden.
B.I.C.
Het overkoepelende orgaan van het internationale film- en bioscoopbedrijf, het
Bureau International du Cinéma (B.I.C), hield in 1963 drie vergaderingen: op
23 en 24 april in Milaan, op 22 mei in Cannes en op 24 oktober weer in Milaan.
De beide eerstgenoemde vergaderingen werden namens de Nederlandsche Bio
scoop-Bond bijgewoond door de heren Joh. Miedema, C S. Roem en J. G. J.
Bosman.
Tijdens de eerste vergadering in Milaan werden drie resoluties opgesteld. In de
eerste motie, die handelde over de verhouding tussen bioscoop en televisie werd
de wens kenbaar gemaakt, dat de televisie geen films zal uitzenden, die voor ver
toning in de bioscopen zijn vervaardigd. Zolang dit beginsel nog niet kan worden
toegepast verlangt het B.I.C beperking van het aantal filmvoorstellingen in de