3% te verhogen, zodat de verhoging dan in totaal 5 zou bedragen; 3e. het aantal gemeenteklassen van vijf tot drie te beperken en de gemeenteklas- aftrek van 1,75 te verlagen tot 0,90 per week. Hangende dit voorstel is er een beschikking van het College van Rijksbemidde- laars verschenen betreffende een algemene loonmaatregel, warmede tevens be oogd werd een zekere tegemoetkoming in de ten laste van de werknemers komende premieverhoging ingevolge de Algemene Ouderdomswet en de Algemene Wedu wen- en Wezenwet in 1965. Volgens deze beschikking waren de werkgevers ver plicht van 1 januari 1965 af aan de werknemers boven het rechtens geldende loon een bijslag uit te keren van 2 echter met een minimum van 4,61 per week. Begin mei deden de werknemersorganisaties nieuwe voorstellen tot wijziging van de CA.O. Deze voorstellen gingen veel verder dan de 5 -loonsverhoging, welke de Sociale Commissie aanvankelijk had voorgesteld. Langdurige en moeizame besprekingen in de Sociale Commissie leidden half juli tot een compromis, dat niettemin een forse verhoging over de gehele linie in hield, hetgeen gezien het verschijnsel dat als „loonexplosie" voor het gehele be drijfsleven is gekenschetst, niet te vermijden was. Het heeft nog een maand langer geduurd, eer de organisaties van werknemers en werkgevers het compromis konden aanvaarden. De nieuwe C.A.O., die met terugwerkende kracht op 1 juli van het verslagjaar in werking is getreden, wijkt op verschillende punten van de vorige af. In de eerste plaats was het aantal ge meenteklassen verminderd van vijf tot drie en de gemeenteklasaftrek van 1,75 tot 0,90 per week per klasse. De functies van derde operateur, kassier en kaart verkoopster in journaaltheaters zijn vervallen. Voor de caissières, ouvreuses, garde robejuffrouwen, portiers en controleurs is de leeftijd van tenminste 23 jaar vereist voor het recht op de lonen van de nieuwe loontabellen. Voor ieder jaar dat deze werknemers jonger zijn dan 23 jaar, geldt een aftrek van 4 In de nieuwe loon tabellen zijn minimum- en maximum-lonen vermeld met inbegrip van de bijslagen voor compensaties A.O.W. en A.W.W. en de huurverhogingen 1960, 1962 en 1964. Hoewel in de loontabellen reeds minimum lonen zijn vermeld, geldt daar bovenuit nog een afzonderlijk gegarandeerd minimum inkomen voor operateurs, portiers en controleurs van 23 jaar of ouder van 110,per week bij een nor male wekelijkse arbeidstijd ongeacht de gemeenteklassen. Onder dezelfde voor waarden bedraagt het gegarandeerde minimum inkomen voor caissières 100, per week. De zogenaamde extra vacantie, waarop een werknemer na één jaar dienstverband recht heeft, is uitgebreid van drie tot vijf dagen; na een dienstver band van tien jaar of langer wordt de extra vacantie uitgebreid van vijf tot zeven dagen. De nieuwe loontabellen vertonen drastische verhogingen. Zo werd het maxi mum loon van eerste operateurs belast met de leiding in de cabine in de eerste ge meenteklasse verhoogd van 118,43 tot 133,80 (exclusief de ongewijzigde diplo matoeslag van 12,per week). Het minimum loon voor ouvreuses werd ver hoogd van ƒ65,61 tot ƒ88,80 en van caissières van ƒ82,05 tot 100,per week; voor portiers van 83,73 tot 110, Ook op enige andere, minder belangrijke, punten, zoals kosten van vermaking van uniformkleding, de verrekeningstermijn voor verval en dergelijke, is de C.A.O. gewijzigd. Eerst begin oktober kwam bericht van de Stichting van de Arbeid, dat de ge wijzigde C.A.O. was goedgekeurd. Overeenkomstig het advies der Sociale Commissie adviseerde het Hoofdbestuur be gin augustus de leden-bioscoopondernemers om gebruik te maken van de vergun- 21

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1965 | | pagina 21