44 Regeling inzake vrachttarieven Het Hoofdbestuur en de N.V. Nederlandsche Spoorwegen hebben in 1962 een collectieve regeling tot stand gebracht inzake vrachttarieven voor filmmateriaal dat als expresstukgoed wordt verzonden. Deze regeling, welke sindsdien van jaar tot jaar is geprolongeerd, is laatstelijk verlengd tot 1 september 1966. De ver rekening met de leden loopt over het Bondsbureau en geschiedt op basis van de door hen ingezonden duplicaat-vrachtbrieven. Nationale Herdenking De Nationale Herdenking van allen burger zowel als militair die sedert 10 mei 1940 in het belang van het koninkrijk zijn gevallen, is in het verslagjaar gehouden op dinsdag 4 mei. De plechtigheden vingen aan om 18.00 uur. Het Hoofdbestuur heeft de leden, na gepleegd overleg met de Commissie Nationale Herdenking te 's-Gravenhage, verzocht bij de exploitatie van hun zaken op passen de wijze rekening te houden met het karakter van de herdenkingsavond. In het bij zonder heeft het Hoofdbestuur de leden geadviseerd tijdens de plechtigheden van 18.00 uur tot 21.00 uur geen lichtreclame te bezigen. Contact met de afdelingen en de leden Het contact met de afdelingen, inzonderheid met de Afdelingsraad, de Bedrijfs afdeling Filmfabrikanten en Filmproducenten en de Bedrijfsafdeling Filmverhuur ders, heeft in het verslagjaar weer voor een belangrijk deel betrekking gehad op de voorbereiding en wijziging van reglementen en besluiten. Voorts dienden de afdelingen het Hoofdbestuur van advies terzake van de samenstelling van de Bondscolleges en de benoeming van vertegenwoordigers van de Bond in andere colleges. Bij vele afdelingsvergaderingen was het Hoofdbestuur vertegenwoordigd. Het Hoofdbestuur heeft met de leden individueel onder meer contact gehad over aangelegenheden de vermakelijkheidsbelasting op bioscoopvoorstellingen betref fende. In vele gevallen werden de leden-bioscoopexploitanten concepten verstrekt voor bij de gemeentebesturen in te dienen verzoeken om belastingverlaging. Tevens heeft het Hoofdbestuur bemiddeld bij kwesties tussen de leden onderling. Artikel 15 der Statuten Krachtens artikel 15 der Statuten is het Hoofdbestuur gerechtigd om een lid dat de Statuten of reglementen heeft overtreden dan wel heeft gehandeld in strijd met de algemene belangen en de waardigheid van het Nederlandse film- en bio scoopbedrijf of de goede naam van de Bond, een der in dat artikel genoemde straffen op te leggen. Van beslissingen waarbij een straf wordt opgelegd, kan het betrokken lid in hoger beroep gaan bij het College van Appel, welk college in meerderheid bestaat uit personen die niet behoren tot het film- en bioscoopbedrijf, noch betrokken zijn bij de Bond. In het College van Appel hadden in het verslagjaar zitting de heren Mr. D. Bijdendijk, voorzitter, Drs. F. L. Schimsheimer, vice-voorzitter, Mr. R. H. Dijkstra, Mr. M. Geerling en P. Nassette, leden, alsmede de heren E. Alter, Mr. J. M. van der Flier, Mr. M. A. Graftdijk, Mr. W. B. H. A. Heskes en C. van Liere, plaatsvervangende leden. Mej. Mr. C. A. Krietemeyer was wederom secretaresse van het College van Appel.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1965 | | pagina 44