het einde van het jaar met een ontwerp
voorstel, waarin voor wat de productiezaken
betreft een andere oplossing was gevonden.
Over deze kwestie is het overleg nog gaan
de.
Met betrekking tot de Filmweek Arnhem
moet worden gerapporteerd, dat in tegen
stelling tot de voorgaande filmweken door
de Afdeling niet afzonderlijk acte de pré-
sence is gegeven. De werkcommissie, be
staande uit de heren T. de Wit, J. Hendriks
(N.V. Cinecentrum) en J. van Rhijn
(Cineurope N.V.) had namelijk voorgesteld
een industriële filmmanifestatie op te ne
men in een der middagvoorstellingen van
het Rembrandt Theater te Arnhem. Toen
bleek dat hiervoor geen ruimte in het Arn
hem-programma vrij gemaakt kon worden,
althans niet in het Rembrandt Theater,
werd van het plan afgestapt en was het
inmiddels te laat geworden om nog op
andere wijze een representatieve bijdrage
aan de Filmweek te leveren.
Tenslotte valt onder deze rubriek nog te
vermelden, dat met de kwestie der co-pro-
ductie-accoorden, waarover ook reeds in
voorgaande verslagen werd geschreven, geen
voortgang is gemaakt, dat met de A.N.V.V.
is gesproken en gecorrespondeerd inzake
het herhaaldelijk verlenen van belangrijke
filmopdrachten aan niet-leden van de Afde
ling en dat een voorstel van de Bedrijfs
afdeling Filmverhuurders in studie is om te
komen tot een uniform licentiecontract
voor de verkoop van Nederlandse films naar
het buitenland.
INTERNATIONALE CONTACTEN
In de vergaderingen van de Internationale
Producenten Federatie (F.I.A.P.F.) en in
de Europese Federatie voor Filmtechnische
Bedrijven was de Bond, respectievelijk de
Afdeling ook in 1965 door de heer C. S.
Roem vertegenwoordigd.
De Technische Federatie vergaderde dit
jaar niet en omtrent de gang van zaken bij
de F.I.A.P.F. zijn de nodige gegevens opge
nomen in het Bondsjaarverslag, waarnaar op
deze plaats moge worden verwezen.
DE PRODUCTIE
Er kwam in 1965 slechts 1 Nederlandse
hoofdfilm in première, te weten „Op de
bodem van de hemel" van Jan Vrijmans
Cineproductie op 18 juni, ter gelegenheid
van de Filmweek in Arnhem. De film kreeg
een daverende pers, doch de bedrijfsresul
taten waren daarmede niet in overeenstem
ming. Per het einde van het jaar waren de
films „10.32" van de Nederlandse Filmpro
ductie Maatschappij, „De dans van de
reiger" van Fons Rademakers en „Een
ochtend van zes weken" van Cineurope
N.V. vrijwel vertoningsgereed, de premières
zullen echter in 1966 plaats vinden.
Op het gebied van de jeugdfilms kwam bij
Rex Film een avondvullende film gereed, te
weten „Vrijbuiters van het woud" en twee
korte jeugdfilms. In voorbereiding waren:
„Sjors en Sjimmie en de gorilla" en „Het
geheimzinnige laboratorium".
Evenals in voorgaande jaren heerste ook in
1965 in de sector van de korte films een
grote bedrijvigheid. Het onderstaande over
zicht geeft hiervan een beeld.
Nederlandse Filmproductie in 1965
Categorie
gereed
Hoofdfilms
1
Jeugdfilms
1
Documentaires (vrij)
4
Opdrachtfilms
66
Reclamefilms
43
Televisiefilms
49
Televisiespots
428
Voor de goede orde zij hierbij opgemerkt,
dat in bovengenoemd aantal televisiespots
er vele zijn begrepen die voor het buiten
land bestemd waren.
In productie respectievelijk in voorbereiding
zijn de hoofdfilms „De stem van het water"
van Bert Haanstra Filmproductie en „het
gangstermeisje" van Jan Vrijman's Cinepro
ductie, alsmede de twee elders genoemde
jeugdfilms van Rex Film.
BEKRONINGEN
Ook in 1965 werden op binnen- en buiten
landse filmevenementen door Bondsleden
weer diverse successen geboekt, hoewel in
mindere mate dan voorheen. Het aantal
zogenaamde vrije films dat door de leden
werd vervaardigd, blijft namelijk, helaas, een
dalende lijn vertonen en het waren juist
deze films waarmede vroeger de meeste
lauweren werden geoogst.
Volgens de beschikbare gegevens werd in
1965 via het Ministerie van Cultuur, Re
creatie en Maatschappelijk Werk met 121
films aan 59 internationale filmfestivals en
-manifestaties deelgenomen. Er zijn daarbij
15 prijzen of eervolle vermeldingen verwor
ven, terwijl in enkele gevallen nog onzeker
heid bestaat over de toekenning van onder-
65