Nederlandse filmproductie
Hoewel in het jaarverslag over 1966 werd gerapporteerd, dat er tegen het einde
van dat jaar reeds vijf speelfilms in productie respectievelijk voorbereiding waren,
zijn er in 1967 toch slechts vier Nederlandse hoofdfilms in première gekomen
tegen zes in 1966.
In chronologische volgorde waren dit de films: „Liefdesbekentenissen", productie:
Scorpio Films, regie: W. Verstappen, premièredatum: 16 februari;
„Paranoia", productie: Parnasse-Producties, regie: A. Ditvoorst, premièredatum:
20 april.
„Ongewijde aarde", productie: Skelfilm, regie: J. van der Heyden, premièredatum:
11 mei;
„De verloedering van de Swieps", productie: R. du Mée/Parkfilm N.V., regie:
E. Terpstra, premièredatum: 14 juni.
De film „To grab the ring" van John Rosinga's Telefund Holland N.V. kwam
gedurende het verslagjaar nog niet in première.
Bij Rex Film in Schinnen kwamen een lange en een korte jeugdfilm gereed, res
pectievelijk getiteld: „Indianenoverval in de dodenpas" en „Drie jongens en een
hond".
Tegen het einde van het verslagjaar waren nog vier hoofdfilms in productie respec
tievelijk voorbereiding, te weten: „De vijanden" van Jan Vrijmans Cineproductie,
„Monsieur Hawarden" van Rob du Mée/Parkfilm N.V., „Een Winterdag" (Zagreb)
door Louis van Gasteren, Spectrum Film, „Columbus" door Rob Houwer Film
Holland N.V., alsmede drie jeugdfilms bij Rex Film, voorlopig getiteld: „Sjors in
het land der reuzen", „De man met het zwarte masker" en „Robinson Crusoë
Junior".
In de sector van de korte films werd zoals te verwachten was, de voornaamste
plaats ingenomen door de productie van televisiereclamefilms. Van de ruim 1200
in 1967 uitgezonden nieuwe commercials werden er circa 1000 door onze leden
vervaardigd. Bovendien waren er nog 345 zogenaamde aanpassingen, zijnde
televisiecommercials waarin in een later stadium kleine veranderingen zijn aan
gebracht. Ook het merendeel van deze aanpassingen is door leden vervaardigd.
Dit nieuwe medium leverde dus zeer veel werk op, hetgeen naar alle waarschijn
lijkheid ook in de toekomst het geval zal blijven.
Hoewel door deze ontwikkeling de productie van andere korte films lager was
dan voorheen - hetgeen naar gehoopt wordt als een tijdelijk verschijnsel moet
worden gezien - kwamen er volgens de beschikbare gegevens toch nog 188 films 15
gereed, zijnde in hoofdzaak opdrachtfilms, reclamefilms, instructiefilms en televisie
films.
In 1967 werd door bemiddeling van het Ministerie van Cultuur, Recreatie en
Maatschappelijk Werk met 107 inzendingen aan 51 internationale festivals of
manifestaties deelgenomen, waarbij in totaal 11 prijzen of eervolle vermeldingen
zijn behaald.
Per het einde van het verslagjaar was bekend dat het Ministerie van C.R.M, op
zijn begroting voor 1968 een bedrag van ƒ850.000,had geplaatst voor de
subsidiëring van de vervaardiging van korte films tegen 800.000,in het
voorgaande jaar en dat de subsidie voor de vervaardiging van Nederlandse hoofd
films via het Productiefonds was verhoogd van 1.075.000,tot 1.125.000,
Tenslotte moet helaas worden gerapporteerd, dat ook dit verslagjaar geen op
vallende artistieke- of commerciële gebeurtenissen op nationaal filmproductiegebied