ontwikkelde constructie als uitgangspunt zijn daarop nieuwe Statuten ontworpen en op basis hiervan een nieuw Algemeen Bondsreglement en nieuwe afdelings reglementen. Bij het ontwerpen van de regelingen is het Hoofdbestuur uitgegaan van de hand having der samenwerking tussen de bedrijfstakken bioscoopexploitatie, filmver huur, filmproduktie en filmfabricage in één organisatie. Met dit principe als uit gangspunt zijn bij de verdere uitwerking met name herzieningen aangebracht ten aanzien van het stelsel van de algemene ledenvergadering, het stemrecht, de afdelingsvorming, de verkiezing van afdelingsbestuurders en de afvaardiging van de verschillende bedrijfsgroeperingen naar de overkoepelende organen, alsmede ter zake van de taak en de samenstelling van het Hoofdbestuur. In de voorstellen is, wat de algemene ledenvergaderingen aangaat, het bestaande dualisme opgeheven, krachtens hetwelk bepaalde zaken zijn onderworpen aan de „gewone" ledenvergadering, bedoeld bij de artikelen 26 en 27 der Statuten, en andere zaken aan de Ledenraad in de zin van artikel 30 der Statuten. Deze beide instituten zijn vervangen door de Bondsraad, waarin de bedrijfstakken naar gelang van hun rol in het interne zakelijke verkeer zijn vertegenwoordigd. Met betrekking tot het stemrecht is in de daarvoor in aanmerking komende Bonds colleges een zodanig stelsel ontwikkeld, dat naast numerieke meerderheid ook de medewerking vereist is van elk der daarin vertegenwoordigde bedrijfsgroeperingen ofwel van het merendeel dezer groeperingen, hetzij van een economisc/e meer derheid. Hiermede wordt uitgesloten, dat een bepaalde groepering door een over heersende positie naar aantal of omzet de besluitvorming eenzijdig zou kunnen bepalen. Het systeem van bedrijfsafdelingen is thans ook van toepassing op de bioscoop- exploitatie. De aldus geformeerde bedrijfsafdeling zal op hetzelfde niveau aan de organisatorische arbeid deelnemen als de reeds bestaande bedrijfsafdelingen voor de filmverhuur en voor de filmproduktie en -fabricage. De nieuwe bedrijfsafdeling is onderverdeeld in vier afdelingen, waarin uit een oogpunt van bedrijfsproblema- tiek vergelijkbare gemeenten zijn samengebracht. Deze afdelingsvorming komt in de plaats van de huidige lokale en provinciale indeling, die voor een gerichte benadering van de onderscheiden problemen van de bioscoopexploitatie minder doelmatig is. Als ledenvergadering van de bedrijfsafdeling der bioscoopexploi tanten zal een raad fungeren, die, wat samenstelling betreft, een zo perfect mo gelijke afspiegeling is van de exploitatiesector, hetgeen ook voor de besluitvorming van belang is. 34 De afvaardiging naar de overkoepelende organen is zodanig geregeld, dat de be drijfssectoren in al haar verscheidenheid automatisch in de hogere organen zijn gerepresenteerd. Deze vertegenwoordiging geschiedt voornamelijk door de betrok ken afdelingsbestuurders, zij het, dat daarnaast op beperkte schaal gelegenheid is geschapen voor een vertegenwoordiging door niet-bestuursleden. De nieuwe structuur brengt met zich, dat de taak van het Hoofdbestuur als hoog ste bestuurscollege nog meer op beleidszaken zal zijn toegespitst dan reeds het geval is. Met het oog hierop dient het Hoofdbestuur van de behandeling van zaken die ook langs andere weg kunnen worden opgelost, te worden ontlast. De verwezenlijking hiervan is mogelijk door de systematiek van de afdelingsvorming, door een effectievere regeling van de autonomie der afdelingen en door het dele geren van werkzaamheden aan het Bondsbureau. Het systeem van de door stroming van basis naar top is ook ten opzichte van het Hoofdbestuur doorge voerd. De leden van het Hoofdbestuur komen voort uit de Bondsraad, in welk

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1967 | | pagina 34