61
huurders tegen vele beslissingen van de
Rijksfilmkeuring is ook in het verslagjaar
gelijk gebleven. Allengs neemt de wrevel
over de bevoogding, die nu eenmaal aan de
ze instelling inhaerent is, toe, zowel in de
kringen van de bedrijfsgenoten als daar
buiten.
Ook heeft men zich verwonderd over beslis
singen, waarbij bepaald was, dat de film in
kwestie toelaatbaar was verklaard op voor
waarde, dat zij een hoofdtitel zou krijgen,
waarmede de Voorzitter der Rijksfilmkeuring
zich zou kunnen verenigen. De Rijksfilm
keuring kan natuurlijk elke film op elke
grond, die onder het rekbare begrip: „in
strijd met de goede zeden of de openbare
orde", valt ontoelaatbaar verklaren, al ware
het slechts omdat de titel haar niet aanstaat.
Evenwel mist de keuringscommissie de
bevoegdheid voorwaarden aan haar beslis
sing te verbinden en zij kan dus ook niet
als voorwaarde stellen, dat de film een de
Voorzitter der keuring welgevallige titel
wordt toebedeeld. Het is overigens de vraag,
of het stellen van een dergelijke voorwaarde
wel strookt met artikel 25 der Auteurswet.
In het verslagjaar heeft de Centrale Commis
sie voor de Filmkeuring 27 hoofdfilms ver
boden, waarvan er tenslotte 16 in min of
meer gecoupeerde vorm zijn toegelaten. Het
jaar daarvoor waren er 24 hoofdfilms verbo
den, waarvan er later 9 zijn toelaatbaar ver
klaard. Men kan uit deze cijfers niet de
conclusie trekken, dat de keuring liberaler
aan het worden is.
Ook de verdeling over de verschillende
leeftijdsklassen duidt daar niet op. Bij een
toeneming van het totaal aantal gekeurde
films van 421 naar 488 is het aantal in de
categorie C (achttien jaar en ouder) inge
deelde films gestegen van 160 naar 206,
in de categorie B (veertien jaar en ouder)
van 172 naar 183 en in de categorie A (alle
leeftijden) van 65 naar 99. Het aantal hoofd
films, ingedeeld in de categorie bedoeld in
artikel 1, lid 2, 2e der Bioscoopwet is geste
gen van 33 tot 58.
De willekeurige indeling van de films in
leeftijdsklassen blijft onbevredigend. Vele
Westerns worden in de categorie C ingedeeld.
Films van hetzelfde genre, veelal in serie
vorm, worden onbeperkt per televisie ver
toond. Merkwaardig is, dat de films „Room
for one more" en „Crimson pirate", die
indertijd toen zij in de bioscopen moesten
worden vertoond, alleen voor personen bo
ven veertien jaar toelaatbaar waren ver
klaard, plotseling voor alle leeftijden werden
toegelaten toen zij per televisie moesten
worden uitgezonden.
Over al deze bezwaren en grieven heeft het
Afdelingsbestuur op 29 oktober uitvoerig
met de Voorzitter der Rijksfilmkeuring van
gedachten gewisseld. Het onderhoud heeft in
ieder geval verhelderend gewerkt.
TARIEVEN VOOR HET BETITELEN
VAN FILMCOPIEËN
In het verslagjaar heeft de prijsverhoging,
welke de N.V. Haghefilm en Titra Film-
laboratorium N.V. voor het betitelen van
filmcopieën al eerder hadden afgekondigd,
de volle aandacht van het Bestuur gehad.
Onderhandelingen met de beide laboratoria
om hen tot terugkeer naar de oorspronkelijk
toegepaste berekeningswijzen te bewegen
hebben geen resultaat opgeleverd. De labo
ratoria namen het standpunt in, dat de toe
gepaste prijsverhoging noodzakelijk was om
het werk zonder verlies te kunnen verrich
ten. Het Bestuur heeft inmiddels een onder
zoek ingesteld naar de mogelijkheid om een
derde filmlaboratorium voor het vervaardi
gen van ondertitels in te zetten. Tot
resultaten had dit onderzoek bij het einde
van het verslagjaar nog niet geleid.
JUNGFRAU AUS ZWEITER HAND
Op grond van gevoerde briefwisseling maak
te een van onze leden aanspraak op levering
van deze film. Dat deze aanspraak erkend
werd, bleek uit de levering van de eerste
copie. Daarna beweerde de verkoper, dat de
producent de rechten van de film inmiddels
aan een derde had verkocht, weshalve hij
retournering van de copie eiste. Op de circu
laire, waarin de aandacht van onze leden
was gevestigd op de aanspraken van eerst-
bedoeld lid, reageerde een ander lid met de
mededeling, dat het een contract voor dezelf
de film had gesloten met iemand, die be
weerde de wereldrechten te hebben. Ook
dit lid had een copie van de film in kwestie
ontvangen.
Aan beide leden werd geadviseerd hun
buitenlandse leveranciers voor de schade
aansprakelijk te stellen.
FILMHUURSCHULDCOM MISSIE
In het verslagjaar verzond de Filmhuur-
schuld-Commissie 774 sommaties (in 1966:
464) nopens recettestaten en filmhuurbeta-
lingen, betrekking hebbende op een totaal
filmhuurbedrag van f 177.645,79 (in 1966:
f 162.021,73). De boycotmaatregel werd 23
maal uitgevaardigd tegen 22 maal in het
jaar daarvoor.