Afdeling Het Centrum
Afdeling Het Noorden
stellingen bleken te bestaan. Met betrekking
tot de gekozen oplossing, waarbij de Bonds
directeur overeenkomstig art. 19 der
statuten met de waarneming van het Voor
zitterschap werd belast, sloot onze afdeling
zich aan bij het door de Afdelingsraad in
te nemen standpunt; de candidatuur van
ons bestuurslid M. Gerschtanowitz als lid-
exploitant van het Hoofdbestuur werd door
onze afdeling ondersteund.
Dat het Hoofdbestuur er inmiddels in is
geslaagd om na kennisneming van het rap
port der Studiecommissie Organisatiestruc
tuur nog vóór het einde van het verslagjaar
de voorstellen tot herziening van de Bonds
statuten en de daarmede samenhangende
reglementen in gereedheid te brengen, stemt
tot grote voldoening.
Het aantal bioscopen onzer afdeling bleef
in het verslagjaar onveranderd. Behalve de
exploitatie-overdracht van Colosseum valt
nog de heropening van het volledig ver
nieuwde vooroorlogse Arena Theater te
vermelden. Het afdelingsbestuur bood bij
deze uitbreiding van het moderne Rotter
damse theaterpark gaarne zijn gelukwen
sen aan.
Dit verslag moge worden besloten met het
uitspreken van het vertrouwen, dat het
nieuwbegonnen jaar de door de tijd achter
haalde heffing der vermakelijkheidsbelasting
zal uitluiden en dat een vernieuwde 50-jari-
ge Nederlandse Bioscoop-Bond tot stand zal
komen, die krachtiger dan ooit de belangen
van zijn leden zal weten te behartigen.
Naar te voorzien is zal zulks het einde be
tekenen van onze zelfstandige Rotterdamse
afdeling, maar onze leden zullen ongetwij
feld gaarne hun krachten geven aan de
nieuw te formeren afdeling, waarin zij met
hun Amsterdamse en Haagse bedrijfsgeno-
ten op vruchtbare wijze hopen samen te
werken.
M. Gerschtanowitz, secretaris
Veel reden om met tevredenheid op het
afgelopen jaar terug te zien is er helaas
nog niet. Het bezoekersaantal daalt nog
steeds, terwijl de bedrijfskosten blijven stij
gen. Het wordt hierdoor voor vele exploi
tanten steeds moeilijker om hun bedrijven
voldoende rendabel te houden.
Onbegrijpelijk is het standpunt van de film
verhuurders, dat men niet wenst mede te
werken om tot redelijker filmhuurcondities
voor de kleinere exploitaties te komen.
Enerzijds vindt men de opbrengst van deze
theaters niet belangrijk, doch zodra over
een tegemoetkoming wordt gesproken, kan
men voor deze „onbelangrijke" zaken geen
enkele concessie doen.
Een lichtpunt is de mogelijkheid, dat de
vermakelijkheidsbelasting met ingang van
1 januari 1969 zal verdwijnen met welis
waar een belangrijke verhoging van de om
zetbelasting.
In het afgelopen jaar ontvielen ons Mevr.
S. M. C. Bakker-Blansjaar te Den Helder
en Mevr. P. van Os-Kuiper te Hoorn.
Het bestuur heeft in dit jaar wederom op
een prettige wijze regelmatig contact gehad.
J. van Willigen, secretaris
73
Wanneer de voortekenen niet bedriegen,
dan zal dit verslag het laatste zijn, dat uit
de Afdeling Het Noorden komt. Immers
wanneer de herstructurering een feit zal
zijn, dan zal onze afdeling niet meer be
staan. Het bestuur dat thans nog „zit" zal
op zijn gegaan in een ander bestuur of
indien dit niet mogelijk is, zal er voor deze
leden geen bestuursfunctie meer overschie
ten. Ook de leden van de afdeling zullen
in verschillende afdelingen worden onder
gebracht, al naar gelang hun jaaromzet.
Enfin dit verslag is er niet om vooruit te
lopen op de dingen die gaan gebeuren, maar
om te memoreren wat er zoal in 1967 is
geschied.
Om kort te gaan, het bestuur bleef aan in
dezelfde samenstelling:
H. Zondervan, voorzitter; C. E. N. Ploeger,
vice-voorzitter; G. Schepel, secretaris; H.
Holman, penningmeester en J. S'. Thedinga.
In de Afdelingsraad werden wij vertegen
woordigd door de heren Holman, Schepel
en Zondervan en in de Ledenraad door de
voorzitter.
De Afdeling kwam in het afgelopen jaar
twee keer bijeen, n.1. op 15 februari en op
14 april.
Op het stuk van de vermakelijkheidsbelas
ting is in de gemeente Veendam een verla-