Afdeling Het Oosten ging tot 10% bereikt, terwijl in Oude Pekela de Raad der Gemeente besloot om in 1967 geen belasting te heffen, zulks teneinde het voortbestaan van de bioscoop mogelijk te maken. Verdere verlagingen werden aan genomen in Appingedam, Delfzijl en Uit huizen. Doch in geen van deze drie ge meenten is het zover, dat deze verlaging reeds van kracht is. In Hoogeveen is de belasting verlaagd tot 15% en voor art. 1 en Nederlandse films tot 0%. Het ere-lid van de Bond, de heer G. J. Milius te Hoogezand heeft besloten zijn bioscoop per 1 januari 1968 te sluiten, na een exploitatie van 50 jaren. Een van de oudste bioscopen van ons land is verdwenen. Het pand kreeg een andere bestemming. In zijn kwaliteit van ere-lid van de Bond blijft de heer Milius met ons verbonden. Het Luxor theater te Groningen, jaren lang een vertrouwd adres voor trade-shows, is niet meer. Eind augustus werden de voor stellingen gestaakt. Toch verloor Groningen geen bioscoop, daar de heer Voskuil uit Bus- sum in het Concerthuis een bioscoop ging openen van diezelfde naam. Deze opening vond plaats op 20 december met een gezel lige ontvangst in de middaguren en een voorstelling voor genodigden des avonds. Een hevige brand legde in enige uren Dommering's Cinema te Winschoten in de as. Daar deze zaal ook als schouwburg werd gebruikt, betekende deze ramp een ernstig verlies voor het culturele leven in Winschoten en omgeving. Tijdens zijn vakantie overleed op 81-jarige leeftijd de heer B. Dommering te Winscho ten op 17 augustus. De heer Dommering bekleedde voor de oorlog bestuursfuncties in het bioscoopbedrijf. Hij ruste in vrede. De Bondsvoorzitter, de heer Joh. Miedema, nam tijdens een druk bezochte receptie op 24 april afscheid als Voorzitter van de Bond. Velen uit de film- en bioscoopwereld waren gekomen om de scheidende Voorzit ter de hand te drukken. Het was een mani festatie van eenheid, van één grote familie. Dit verslag mag ik dan eindigen met de hoop uit te spreken, dat de voorgestelde komende veranderingen van de Bond zo zullen uitpakken als men ervan verwacht. G. Schepel, secretaris Het jaar 1967 kenmerkte zich door weinig activiteiten van onze afdeling. Er werd in dit jaar twee keer vergaderd en wel op 1 maart en op 12 april. In de eerste vergadering werd onder meer besproken de candidatuur voor het Hoofd bestuur en de vergadering van 12 april was geheel gewijd aan de bespreking van de agenda van de jaarlijkse algemene leden vergadering van onze Bond. Op het gebied van de vermakelijkheidsbe- lasting werd door de leden van onze afde- 74 ling niet veeï vooruitgang geboekt. Tegen het einde van het jaar kwam het bericht van de overheid, dat met ingang van 1 januari 1969 de vermakelijkheidsbelasting voor bios copen zal worden afgeschaft. In dit jaar hebben een aantal leden van onze afdeling de gelederen van onze Bond verlaten. Het zijn de heren Jansen uit Deventer, de heer Veldhuizen en de heer Bruins uit Apel doorn, die hun zaken overdeden aan andere bedrijfsgenoten. De heer Obdeyn uit Losser heeft zijn exploitatie geheel gestaakt. De heren A. Jansen uit Deventer en P. Veldhuizen uit Apeldoorn hebben geruime tijd deel uitgemaakt van ons Afdelingsbe stuur. De heer Jansen een reeks van jaren als secretaris en lid van de Afdelingsraad en de heer Veldhuizen als penningmeester en lid van het bestuur van Bio-Vacantieoord. Zij hebben zich doen gelden als voortreffe lijke bestuursleden. Wij wensen hun allen toe, dat zij met hun families, nog vele jaren in goede gezondheid van het leven mogen genieten. In het achter ons liggende jaar was de samenstelling van ons afdelingsbestuur als volgt: J. Nijland, voorzitter R. Nassette, vice-voorzitter H. Miedema, secretaris J. Thedinga, penningmeester J. H. H. van der Mars, lid In de Afdelingsraad werd onze afdeling vertegenwoordigd door de heren J. Nijland, J. Thedinga en H. Miedema. In de Ledenraad had voor onze afdeling zitting de heer H. Miedema. Moge, met de op handen zijnde mogelijk heid tot wijziging van onze organisatie, het jaar 1968 voor U allen een gunstige ont wikkeling met zich brengen. H. Miedema, secretaris

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1967 | | pagina 73