Nieuwe zaken en Bedrijfsregister Ruiter, Hilversum, leden; J. Ph. van der Linden, plaatsvervangend lid en H. W. Hagenberg, secretaris. Er kwam een vacature door het aftreden van de heer J. H. van Straaten wegens functieverandering. Er was ook een vacature van het tweede plaatsvervangend lid. Bij het einde van het verslagjaar was in beide vacatures nog niet voorzien. Er zijn in het verslagjaar geen geschillen aanhangig, gemaakt. GEMENGDE RAAD VAN BEROEP De samenstelling van de Gemengde Raad van Beroep was in 1969 als volgt: C. S. Roem, 's-Gravenhage, voorzitter; D. J. van Leen, Wassenaar, plaatsvervangend voorzitter; W. F. Dubbeldeman, B. W. G. van Royen, J. Smit, allen te Amster dam, en G. F. Turèl, Bussum, leden, J. Nijland, Den Dolder, A. van Bloemendaal, Groningen, Mr. Dr. J. C. C. Haar, 's-Gravenhage, en A. F. Wolff, Bilthoven, plaatsvervangende leden, Mr. W. van Heuven, Secretaris. In het verslagjaar werd geen hoger beroep ingediend. Ter behandeling lag nog een in een vorig jaar aanhangig gemaakt hoger beroep, ingediend door een bioscoop exploitant contra een bioscoopreclame-exploitant. De Gemengde Raad van Beroep bekrachtigde het vonnis van de Gemengde Commissie van Geschillen, waarbij de bioscoopexploitant was veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding aan de bioscoopreclame-exploitant op grond van zijn ontijdige opzegging van de tussen partijen bestaande overeenkomst. De samenstelling van de Commissie Nieuwe Zaken bleef wat haar vaste leden aan gaat, ongewijzigd. Het Hoofdbestuur moest echter voorzien in een reeds bestaande vacature van plaatsvervangend lid-exploitant en in een zelfde vacature, ontstaan doordat de heer W. Hulshoff-Pol niet herbenoembaar was, door zijn uittreden uit het bioscoopbedrijf als bestuurder van enige ondernemingen. Als nieuwe plaatsver vangende leden-bioscoopexploitanten werden benoemd de heren I. Keizer te Rot terdam en R. Nassette te Arnhem. Aan het eind van het verslagjaar zag de Commissie er als volgt uit: Mr. B. Bou- man, Voorzitter; Drs. F. L. Schimsheimer, plaatsvervangend Voorzitter, C. J. Blad en M. J. W. Peters, leden-bioscoopexploitanten; I. Keizer, R. Nassette en J. van Willigen, plaatsvervangende leden-exploitanten; L. J. Paerl en J. P. M. A. Smul ders, leden-filmverhuurders; H. N. de Haan, R. A. H. Herzet en G. J. J. M. Rau- camp, plaatsvervangende leden-filmverhuurders/producent. Secretaris was de heer A. H. Pieterse. WERKZAAMHEDEN COMMISSIE NIEUWE ZAKEN Evenals het voorafgaande jaar kwam de Commissie in 1969 vijf maal bijeen en wel onder leiding van Mr. B. Bouman. Er werden negen aanvragen ingediend, be treffende de voorgenomen exploitatie van vijf permanente bioscopen-A, één per manente bioscoop-B, een filmfabriek (laboratorium) -bedrijfstak c, een filmpro ductiezaak-bedrijfstak c, alsmede een filmverhuurkantoor- bedrijfstak a. De Commissie verleende toestemming als bedoeld in artikel 7 van het Algemeen Bedrijfsreglement aan de Firma Schaap en De Jong te Midsland (Terschelling) tot

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1969 | | pagina 23