buitenlandse resultaten kan aannemen, dat
zij ook in ons land uitzonderlijk goede resul
taten zullen opleveren. Het gevolg is, dat
verschillende films, die wel op het 70mm-
formaat zijn opgenomen, maar waarvan
men niet die grote resultaten verwacht, in
ons land alleen met 35mm-copieën in om
loop worden gebracht. Op die manier gaan
de grote voordelen van het 70mm-systeem
zowel wat beeld- als geluidkwaliteit betreft
verloren, hetgeen dubbel te betreuren is,
omdat ons land een relatief groot aantal
met 70mm-apparatuur uitgeruste bioscopen
telt. Toen het Bestuur dan ook vernam, dat
er in Antwerpen een ongetitelde 70mm-co-
pie werd vertoond met afzonderlijke titel-
projectie, heeft het ter plaatse een onder
zoek laten instellen. Daarbij I leek, dat er in
de cabine van de Antwerpse bioscoop naast
twee 70mm-projectoren twee 35mm-appa-
raten waren opgesteld. Op de laatstgenoem
de apparaten liep een 35mm-filmstrook,
waarop uitsluitend de titels waren afge
drukt, zodanig, dat de titels steeds op de
juiste plaats werden geprojecteerd aan de
onderzijde van het beeld, afkomstig van de
70mm-projector. De snelheid van de
35mm-projector was uiteraard afgestemd op
die van de 70mm-apparatuur.
Het Antwerpse systeem is echter alleen te
gebruiken in zeer grote cabines waar ruimte
is voor de vier projectoren en zulke grote
cabines zijn er in ons land vrijwel nergens.
Het Bestuur heeft zich daarop tot de Tech
nische Commissie gewend met verzoek na te
gaan of er een andere oplossing voor het ti-
telprobleem der 70mm-films te vinden is.
Na lange voorbereiding is er althans op pa
pier een goede en waarschijnlijk weinig kost
bare methode ontwikkeld om de titels via
een speciaal filmbandje steeds op het juiste
tijdstip en de juiste plaats op het filmbeeld
te projecteren. Aan de verdere ontwikkeling
van deze methode wordt gewerkt.
WENSEN OP HET GEBIED VAN HET
RECLAMEMATERIAAL
Bij een samenkomst op 23 juni heeft een de
legatie uit het Bestuur der Afdeling C sug
gesties gedaan om twee- en driekoloms ad
vertentiematrijzen ter hoogte van 80 a
85mm aan de theaterexploitanten beschik
baar te stellen. Er werd voorts aange
drongen op het leveren van kleurenfotoma
teriaal bij kleurenfilms met vermelding van
de filmtitel en er werd bezwaar gemaakt
tegen foto's en litho's met Italiaanse tekst
bij Engels gesproken films.
Het Bestuur van de Afdeling C nam voorts
in overweging een enquête in deze afdeling
in te stellen, teneinde zich nader over de
verlangens ten aanzien van het reclamema
teriaal te oriënteren.
Ons Bestuur heeft nagegaan in hoeverre de
leden-filmverhuurders bereid waren aan de
verlangens van het Bestuur der Afdeling C
gevolg te geven. Uit de antwoorden valt op
te maken, dat de cliché's met de afmetingen
als door het Bestuur van de Afdeling C ge
wenst weinig effect zullen sorteren, omdat
zij slechts voor enkele theaters van nut
kunnen zijn.
Verder valt uit de antwoorden op te maken,
dat de leden-filmverhuurders reeds zoveel
mogelijk kleurenfoto's bij kleurenfilms le
veren, maar dat zij op dit punt afhankelijk
zijn van de buitenlandse producenten, die in
dit opzicht andere opvattingen huldigen.
Dat er bij Engelse versies van Italiaanse
films nog al eens Italiaanse litho's worden
verstrekt, is te wijten aan de matige tot
slechte kwaliteit van het Engelse materiaal.
Overigens werden vele klachten geuit over
de slordige en ruwe wijze, waarop vaak met
het fotomateriaal en de litho's wordt omge
sprongen. Ook klaagde men over het niet-
retourneren van niet-gebruikte matrijzen.
Desalniettemin bleek de wil te bestaan om
zoveel mogelijk met de door de Afdeling C
geuite wensen rekening te houden.
Van het resultaat van deze enquête is de
Voorzitter der Afdeling C op 27 oktober
door een delegatie uit het Bestuur, bestaan
de uit de heren P. J. N. R. Ooms en H. W.
Hagenberg, in kennis gesteld.
Verder overleg over het foto- en reclame
materiaal in het algemeen lijkt ons dringend
noodzakelijk, enerzijds om de filmverhuur
ders beter te oriënteren over de wensen en
verlangens van de exploitanten en de exploi
tanten van de beperkingen, waarmede de
filmverhuurders worden geconfronteerd, an
derzijds om te komen tot een betere behan
deling van het kostbare foto- en ander re
clamemateriaal.
CENTRALE FILMOPSLAGPLAATS
Met het oog op kostenbesparing heeft het
Bestuur een plan ontworpen voor het in
richten van een gemeenschappelijke opslag
plaats van films en reclamemateriaal ten be
hoeve van de leden. Het daaraan verbonden
personeel zou ook tot taak hebben films te
controleren op lassen, beschadiging van
start- en eindstukken enz. Ook het verzen-
dingsgereed maken der pakken films en re
clamemateriaal zou vanuit dit centrale punt
geschieden. De verdere uitwerking van het
plan zal in 1970 geschieden.