men van allerlei aard voor, die veelal een
gevolg waren van een gebrek aan begrip
van de kant van de opdrachtgevers voor
organisatorische of produktietechnische pro
blemen aan de zijde van de producent.
Daarbij kwam nog de toenemende do-it-
your-self mentaliteit bij de reclamebureaus.
De wijze leuze: „schoenmaker, houd je bij
je leest" werd dikwijls totaal uit het oog
verloren, met alle gevolgen van dien. Een
ernstige grief vormde voorts de bijzonder
trage wijze van betaling door talrijke op
drachtgevers, waardoor dikwijls ernstige
moeilijkheden ontstonden.
De Televisie Commissie, respectievelijk het
bestuur heeft het voornemen om in het ko
mende jaar, zo mogelijk in overleg met de
VEA en de Bond van Adverteerders, naar
een grondige verbetering van deze onbevre
digende situatie te streven.
INTERNATIONALE CONTACTEN
Over de vergaderingen van de Internatio
nale Producenten Federatie zijn in het ver
slag van de Nederlandse Bioscoopbond de
nodige gegevens opgenomen, zodat wij
daarnaar op deze plaats mogen verwijzen.
DE PRODUKTIE
Er kwamen in 1969 zes Nederlandse hoofd
films in première tegen vier in 1968. In
chronologische volgorde betrof het de films
„Monsieur Hawarden", produktie: Rob du
Mée/Parkfilm N.V., op 20 maart; „Ibiza,
zon en zonde", produktie: Kappa Film Pro
ductie, op 28 augustus; „Bezeten", produk
tie: Scorpio Films N.V., op 9 oktober; „De
blanke slavin", produktie: Gijsbert Versluys
Filmproduktie, op 13 november; „Drop
Out", produktie: Scorpio Films N.V., op 16
december en „Laten we lief zijn voor el
kaar" (werktitel Professor Columbus), pro
duktie: Rob Houwer Film Holland N.V.,
op 31 december.
Helaas moet wederom worden gerappor
teerd, dat de commerciële resultaten die met
deze films werden geboekt teleurstellend
waren, met uitzondering van de film „Be
zeten", die zowel in ons land als in het bui
tenland goed werd ontvangen.
De film „Champagne Rosé is dead" van
M. M. Chanowski Productie Maatschappij
N.V. kwam in 1969 in Nederland niet in
roulatie en de film „Een winterdag" (Za
greb) van Spectrum Film, was per het einde
van het jaar nog niet gereed. In produktie
was een filmversie van de Fabeltjeskrant en
er werden voorbereidingen getroffen voor
nog een aantal nieuwe speelfilms.
Rex Film produceerde in 1969 twee nieuwe
jeugdfilms, getiteld „Twee jongens en een
oude auto" en „Een Nederlandse Robinson
Crusoë", terwijl er per het einde van het
verslagjaar wederom twee nieuwe films in
produktie waren.
De activiteiten op het terrein van de korte
films waren groter dan in 1968, hetgeen
blijkt uit onderstaand overzicht, waarin de
cijfers voor 1968 tussen haakjes zijn ge
plaatst.
De Nederlandse flimproduktie in 1969
Categorie
Hoofdfilms
Jeugdfilms
Korte speelfilms
Documentaires en opdracht
films
Reclamefilms
Televisiefilms
Televisiecommercials
Nederlandse journaals
Wereldnieuws
Gereed
6 4)
2 2)
5 1)
82 (65)
17 (25)
381 (±200)
895 (±800)
52 (53)
52 (53)
Ter verduidelijking zij hierbij aangetekend,
dat in het grote aantal televisiefilms 273
afleveringen zijn opgenomen van de beken
de Fabeltjeskrant, die wordt vervaardigd
door M. M. Chanowski Filmproductie
Maatschappij N.V. Verder zijn onder de te
levisiefilms niet alleen complete documen
taires en reportages opgenomen, maar ook
verfilmde titels en aankondigingen voor
programma-onderdelen. De honderden jour-
naalopnamen die werden gemaakt voor het
televisienieuws door de N.V. Multifilm en
de N.V. Interfilm, samenwerkende in Tele-
film, zijn niet in de telling verwerkt.
Van het Ministerie van C.R.M, is verno
men, dat met 85 korte en 18 lange films
werd deelgenomen aan 49 internationale
filmfestivals, waarbij in totaal 14 prijzen of
eervolle vermeldingen werden verworven.
Detailgegevens staan ons op dit gebied in
onvoldoende mate ter beschikking.
HET LEDENTAL
Het aantal leden-producenten steeg in 1969
met 1, van 41 tot 42, doordat Paul Huf
Film Associates N.V., die voorheen op de
Lijst van Geen Bezwaar was geplaatst door
het Hoofdbestuur tot het lidmaatschap van
de Bond werd toegelaten. Het aantal film-
laboratoria en filmstudio's werd eveneens
met 1 uitgebreid en steeg van 11 tot 12,
doordat Bert Haanstra Filmproductie over
eenkomstig haar verzoek werd ingeschre
ven voor de bedrijfstak geluid, die onder de
filmlaboratoria ressorteert.
In totaal telde de afdeling aldus 54 leden.