REGLEMENT OP HET NAAMREGISTER
Ter inschrijving in het register werden aangeboden 355 filmnamen tegen 359 in
1970. Onder deze titelopgaven bevonden zich 47 wijzigingen van ingeschreven ti
tels. Het netto-titelaanbod was derhalve 308 (tegen 300 in 1970). Er deden zich
slechts enkele gevallen voor van protest tegen verondersteld onrechtmatig gebruik
van filmnamen, die door bemiddeling van het Bondsbureau werden geregeld. In
één geval is de inschrijving van een titel, die te platvloers werd bevonden, gewei
gerd.
INTERNATIONALE F1LMWEEK ARNHEM
De achtste filmweek sedert de instelling van deze tweejaarlijkse manifestatie in
1955 heeft traditioneel in Arnhem plaatsgevonden, welke stad een uitnemend ont
vangstcentrum is en bovendien qua bioscoopsituatie belangrijke voordelen biedt.
Met het stelsel van de filmweken wordt beoogd de verschillende aspecten van het
medium film, zoals dat zich in de bioscoop manifesteert, periodiek te belichten en
wel door een concentratie van evenementen op filmgebied. Door middel van film
premières wordt een inzicht verschaft in hetgeen de actuele bioscoopprogrammering
aan belangwekkende filmwerken heeft te bieden, waarbij de film niet alleen als
cultureel expressiemiddel, doch ook als recreatie- en communicatiemiddel aan bod
komt. Daarnaast wordt de filmdiscussie gestimuleerd door congressen, het scheppen
van ontmoetingscentra en dergelijke, een en ander volgens de formule die in het
verleden met succes is gehanteerd.
De Arnhemse filmweken worden mogelijk gemaakt door de financiële steun van
het Rijk, de gemeente Arnhem en de Nederlandse Bioscoopbond, die voor gelijke
delen in de kosten bijdragen. Van Bondswege wordt jaarlijks een begrotingspost
vastgesteld ter dekking van de helft van het Bondsaandeel in de kosten van de
filmweek. Als verantwoordelijke organiserende instelling fungeerde wederom de
Stichting Internationale Filmweek Arnhem, waarin de drie subsidiegevers samen
werken. Het stichtingsbestuur werd gevormd door de heren J. G. J. Bosman, G. J.
van der Molen, Hoofd van de Afdeling Film van het Departement van Cultuur,
Recreatie en Maatschappelijk Werk, en Drs. R. P. M. Voorhoeve, verbonden aan
de Afdeling Culturele Zaken van de gemeente Arnhem. De heer Bosman nam het
voorzitterschap van de stichting waar. De uitvoerende taken werden ook nu weer
in handen gelegd van het Bondsbureau onder de leiding van de Bondsdirecteur, de
heer J. Th. van Taalingen.
De filmselectie geschiedde door een commissie, bestaande uit de heren J. Hes,
Directeur van het Nederlands Filminstituut, B. Huising, filmcriticus, A. Koolhaas,
directeur van de Nederlandse Filmacademie, F. Rademakers, filmproducent, J. Th.
\an Taalingen en J. van Willigen, lid van het Hoofdbestuur van de Bond. Mevrouw
L. Rademakers fungeerde als plaatsvervangend lid. De heer H. W. Hagenberg,
directeur van het Bondsbureau, trad op als secretaris.
De oganisatoren van de Filmweek Arnhem 1971 hebben zich speciaal ten doel
gesteld cm meer nog dan voorheen een zo groot mogelijk publiek te interesseren
in het filmmedium. Daartoe werden naast de gebruikelijke festivaltheaters Rem-
brandt en Saskia ook de overige bioscopen ter plaatse ingeschakeld met een ge
varieerde programmering, waarbij gezien het experimentele karakter voor deze
eerste maal uitsluitend nog belangrijke filmreprises werden vertoond. De des
betreffende bioscopen Luxor, Palace en Studio A vertoonden iedere dag een andere