voorkennis van dat verhuurkantoor en kennelijk zonder het oogmerk met betrekking tot de bewuste voorstellingen tot afrekening van filmhuur over te gaan. Een lid-bioscoopexploitant werd de straf van boete ten bedrage van 250,opge legd wegens overtreding van het Contributiereglement en het Bumareglement. Het lid in kwestie was namelijk gedurende zeer lange tijd achterstallig met de betaling van Bondscontributie en Bumabijdragen. Voor dezelfde overtreding van het Con tributiereglement en het Bumareglement, zij het in minder ernstige mate, werd ten aanzien van een ander lid-bioscoopexploitant voorlopig volstaan met het opleggen van de straf van waarschuwing. STICHTING NEDERLANDS FILMINSTITUUT In de reeks „Verkenningen" van de Stichting Nederlands Filminstituut was onder de titel „De intocht van de levende photographie in Amsterdam" een studie gepu bliceerd van Drs. A. H. B. Briels, Adjunct-Directeur van het instituut, betreffende de allervroegste geschiedenis van film en bioscoop in de hoofdstad. Ter herdenking van het feit, dat blijkens deze studie 75 jaar geleden in Amsterdam werd begonnen met het exploiteren van een bioscoop, heeft het Hoofdbestuur een herziene herdruk van het werk aangeboden aan leden van de regering, leden van de Eerste en Tweede Kamer en tal van relaties, alsmede aan de leden van de Bond. In de Raad van Beheer van het Filminstituut was de Bond vertegenwoordigd door de heren J. G. J. Bosman, tevens secretaris-penningmeester, J. Nijland, C. S. Roem en B. J. Schimmel. STICHTING BIO-VACANTIEOORD Het Hoofdbestuur heeft de Stichting Bio-Vacan/tieoord, waarin de charitatieve werkzaamheid van het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf is gebundeld, in 1971 wederom een subsidie verleend van 2.500, Het is verheugend, dat het bioscooppubliek in het verslagjaar wederom zijn grote sympathie heeft getoond voor het werk ten behoeve van het minder valide kind, dat door het Bio-Revalidatiecentrum te Arnhem met de daaraan verbonden mytyl school wordt verricht. De zomercollecte in de bioscopen bracht 259.282,85 op tegen 268.000,in 1970. De opbrengst van de Kerstcollecte aan het einde van het verslagjaar bedroeg 384.744,66, hetgeen aanzienlijk meer was dan de op brengst van de Kerstcollecte einde 1970, te weten 275.000, Het Hoofdbestuur heeft zich per circulaire tot de leden-bioscoopexploitanten ge wend teneinde er bij hen op aan te dringen om, indien als gevolg van een beperkte personeelsbezetting moeilijkheden rijzen met betrekking tot het houden van de Bio- collecte in de bioscopen, te trachten door de inschakeling van familieleden, kennis sen, schooljeugd of anderszins, zo goed mogelijk aan de collecte te blijven mede werken. In dit verband dient melding te worden gemaakt van het feit, dat het Hoofdbestuur bij gelegenheid van de officiële opening van het nieuwe gebouw van de Nederlandse Filmacademie te Amsterdam een bedrag van 10.000,beschikbaar heeft gesteld voor de vervaardiging door de studenten van de Filmacademie van een korte film over het revalidatiecentrum in Arnhem, welke film, mits kwalitatief voldoende, ter ondersteuning van de bioscoopcollectes van het Bio-Vacantieoord in de bioscopen zal worden vertoond.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1971 | | pagina 49