terugloop in het aantal vervaardigde films.
Daar desondanks het economische klimaat
in de produktiesektor aanzienlijk is ver
slechterd, kan dit betekenen dat ditmaal veel
sterker dan voorheen het accent is gevallen
op minder kostbare produkties.
De Nederlandse filmproduktie in 1971
Categorie gereed
Hoofdfilms 4 3)
Jeugdfilms 1(2)
Korte speelfilms 6 3)
Documentaires en opdrachtfilms 68 57)
Reclamefilms 13 17)
Televisiefilms 430 (372)
Televisiecommercials 559 (742)
Nederlandse journaals 52 52)
Wereldnieuws 52 52)
Ter nadere informatie diene, dat in het
bovengenoemde aantal televisiefilms 242 af
leveringen zijn opgenomen van de bekende
Fabeltjeskrant, 14 afleveringen van de
Woefs en de Lamaars, alsmede aan aantal
gefilmde televisieprogramma's of program
ma-onderdelen. Verder zijn voor het bui
tenland nog 80 afleveringen van de Fabel
tjeskrant vervaardigd, die in bovengenoemd
aantal van 430 televisiefilms zijn begrepen.
De talrijke opnamen die Telefilm (behoren
de tot de Cinecentrum-Groep) maakte voor
de nieuwsrubrieken van de NOS en de an
dere zendgemachtigden zijn niet in de telling
opgenomen. Voor wat betreft de documen
taires en opdrachtfilms kan worden vermeld,
dat in het genoemde aantal van 68 stuks
9 films zijn begrepen die ten behoeve van
het buitenland zijn gemaakt, terwijl in het
aantal van 559 TV-commercials 101 films
voor het buitenland zijn begrepen.
In 1971 zijn er 20 (24) korte films met subsi
die van het Ministerie van C.R.M, tot stand
gekomen, waarvan er 6 door of met be
hulp van Bondsleden werden vervaardigd.
3 films uit de produktie van 1971 zijn via
filmverhuurkantoren in bioscooproulatie ge
komen.
Van genoemd ministerie is vernomen, dat
gedurende het verslagjaar met 90 korte
en 1 lange film aan 48 internationale
filmfestivals werd deelgenomen, waarbij in
totaal 15 prijzen of eervolle vermeldingen
zijn verworven. Ook op andere festivals zijn
dit jaar prijzen behaald, maar wij beschik
ken over onvoldoende gegevens om hierom
trent met enige volledigheid te kunnen rap
porteren. Er zij derhalve volstaan met de
vermelding, dat op het 13e Internationale
Festival voor Industriële Films, dat in Bar-
celona plaatsvond, een van de twee hoofd
prijzen werd toegekend aan een Nederland
se inzending, te weten de film "Light", die
in opdracht van de NV. Philips werd ver
vaardigd door de NV. Multifilm onder
regie van Hattum Hoving. Dit kan een zeer
belangrijke bekroning worden genoemd.
HET LEDENTAL
Het aantal leden-producenten daalde met
niet minder dan 6, doordat, overeenkomstig
een advies van het Afdelingsbestuur, in 1971
een zestal zogenaamde "slapende" filmpro-
duktiebedrijven wegens verlies van de ver
eisten door het Hoofdbestuur van het lid
maatschap vervallen zijn verklaard. Dit be
trof de filmproduktiebedrijven Cineurope
NV., NV. Haghefilm, Helicon Films, Ne
derlandse Filmproductie Maatschappij NV.,
Sapphire Film Productie NV. en Standaard-
films Productie Maatschappij NV. Tot het
lidmaatschap werd toegelaten Parkfilm
N.V., welke onderneming tot dusverre op de
Lijst van Geen Bezwaar was geplaatst.
Het aantal filmlaboratoria daalde van 12
tot 11, doordat de desbetreffende inschrij
ving van de NV. Filmfabriek Profilti op
haar verzoek werd geschrapt. Een aanvra
ge van Cineco CV. om toelating tot het
lidmaatschap was per het einde van het ver
slagjaar nog niet rond, evenmin als aanvra
gen van BIZ Productions NV., Geesink
Filmproduktie CV. en Scorpio Films NV.
In totaal telde de Afdeling per 31 decem
ber 46 leden tegen 52 in 1970.
LIJST VAN GEEN BEZWAAR
In 1971 werd slechts één produktiebedrijf
op de Lijst van Geen Bezwaar geplaatst, te
weten Sluizer Films NV., terwijl zoals ge
zegd Rob du Mée-Parkfilm NV. van de
Lijst van Geen Bezwaar overging naar het
lidmaatschap. Er waren tegen het einde van
het verslagjaar nog een tweetal aanvragen
in behandeling. Als gevolg van het voren
staande bleef het aantal produktiebed rijven
dat op de Lijst van Geen Bezwaar was ge
plaatst gehandhaafd op 11.
Toen tegen het einde van het verslagjaar
in het Hoofdbestuur de vraag aan de orde
kwam of in het Reglement op de Lijst van
Geen Bezwaar verandering moest worden
gebracht, heeft het Afdelingsbestuur in over
weging gegeven om in ieder geval het sys
teem waarop de in deze rubriek bedoelde
plaatsingen op de Lijst van Geen Bezwaar
steunt, ook in de toekomst te handhaven. Er
is daarbij een nota overgelegd, waarin de
geschiedenis sedert 1962, toen onzerzijds
een desbetreffend voorstel bij het Hoofdbe-