togenbosch en Oss en bracht daarover in
gevolge het bepaalde in het Reglement Re
clame tenslotte een advies uit aan het
Hoofdbestuur. Per 31 december was deze
zaak nog niet opgelost. Wel werd door een
schikking overeenstemming bereikt over een
vermeende inbreuk op de bepalingen van
genoemd reglement, tussen exploitanten in
de gemeenten Beverwijk en Heemskerk,
over welke kwestie in ons vorige jaarver
slag werd gesproken.
Met het Bestuur van de Bedrijfsafdeling
Filmverhuurders is correspondentie gevoerd
en heeft een bespreking plaatsgevonden
over het gebruik van kleine advertentiema
trijzen, zonder dat er tot dusverre een be
paalde regeling tot stand is gekomen. De
indruk bestaat, dat genoemd Afdelingsbe
stuur weliswaar toezeggingen heeft gedaan,
maar dat de individuele filmverhuurders,
althans een aantal hunner, weinig geneigd
heid tonen om op aanvrage de gewenste
kleine advertentiematrijzen ter beschikking
te stellen. In het komende jaar zal vastge
steld moeten worden of het zin heeft de
activiteiten op dit terrein te continueren.
LEDENVERGADERINGEN
Er zijn in 1971 twee ledenvergaderingen ge
houden met een voor het Bestuur uitermate
teleurstellend bezoek van respectievelijk
17 en 15 van de leden.
In de jaarlijkse ledenvergadering, gehouden
op 18 mei zijn de Afdelingsjaarstukken
goedgekeurd en werden de aftredende be
stuursleden herkozen. Er is veel aandacht
besteed aan de behandeling van de agenda
voor de vergadering van de Bondsraad, die
op 15 juni plaatsvond. Uitvoerig werd van
gedachten gewisseld over de financiële jaar
stukken van de Bond, waarbij door de
Bondspenningmeester de nodige deskundige
toelichting is gegeven. De vergadering ging
tenslotte met deze stukken akkoord, alsme
de met het voorstel tot herbenoeming van
een drietal aftredende Hoofdbestuursleden,
te weten de heren C. J. Blad, G. J. H. Du-
jardin en P. J. N. R. Ooms, hetgeen even
eens het geval was met het voorstel van het
Hoofdbestuur om de heer H. S. Boekman
te benoemen tot erelid.
Voorts is uitvoerig gesproken over de kwes
tie der kleine advertentiematrijzen en de
resultaten van het rentabiliteitsonderzoek
1958, waarvan elders in dit verslag reeds
melding is gemaakt. Ook het filmtransport
kwam opnieuw ter sprake en wel in dier
voege, dat men over het algemeen niets dan
lof heeft voor de wijze waarop Van Gend
Loos dit wekelijkse transport verzorgt.
Van de kant van verschillende filmverhuur
ders wordt echter nog steeds onvoldoende
medewerking verkregen, omdat deze niet
bereid zijn de nodige administratieve voor
zieningen te treffen, die destijds wel waren
toegezegd. Daar men niet de kans wilde
lopen, dat de regeling hierdoor in gevaar
zou kunnen komen, werd het Bestuur op
gedragen deze zaak nogmaals in de Exploi-
tantenraad aan de orde te stellen.
In de buitengewone ledenvergadering van
24 november vond de behandeling plaats
van enige reglementskwesties, die in de ver
gadering van de Bondsraad van 14 decem
ber aan de orde zouden komen. Er is na uit
voerig beraad besloten aan de Exploitan-
tenraad bepaalde amenderingsvoorstellen
te doen. Deze raad pleegt namelijk vóór
een vergadering van de Bondsraad bijeen te
komen, teneinde alle voorstellen, wensen of
suggesties van de verschillende exploitan
tenafdelingen, voorzover nodig en mogelijk,
te coördineren.
Er bestond geen bezwaar tegen het voor
stel tot verlenging van het Reglement Film
vertoning en er werden enige amendemen
ten geformuleerd op de voorgestelde wijzi
gingen van het Algemeen Bedrijfsregle-
ment. Deze golden de B-exploitaties in
plaatsen waar ook permanente bioscopen-
A zijn gevestigd, het aantal filmvoorstel
lingen door autobioscopen, de mogelijkheid
voor reisbioscopen om te komen in plaat
sen waar permanente bioscopen zijn geves
tigd, alsmede enige redactionele kwesties. Er
zijn enige suggesties gedaan in zake het nieu
we Reglement op de Technische Commis
sie en ten aanzien van het gewijzigd Film
beursreglement. Voor wat dit laatste betreft
was in voorgaande vergaderingen reeds ge
bleken, dat de Afdeling grote bezwaren
heeft tegen verlaging van de frequentie van
de filmbeurs en deze ten hoogste beperkt
zou willen zien tot de maanden juli en
augustus, met een uitzonderingsfrequentie
van eenmaal per 14 dagen.
Nadere details over de tenslotte door de
Bondsraad aanvaarde voorstellen, zijn in
het Bondsjaarverslag 1971 opgenomen,
waarnaar op deze plaats moge worden ver
wezen.
ALGEMEEN
Per einde van het verslagjaar was het aan
tal Afdelingsleden gedaald van 75 tot 71,
doordat drie bioscoopondernemingen admi-
nistatief werden overgebracht naar de Af
deling D, te weten twee ondernemingen in
Vlaardingen en een onderneming in Veen
dam, terwijl één overdracht (Assen/Zut-