4. aan artikel 12 (vakantie) lid 2 van de CA.O. wordt een nieuwe bepaling toege voegd, luidende: Werknemers, die tenminste tien jaar onafgebroken bij dezelfde werkgever in dienst zijn of die onafgebroken vijftien jaar in het Nederlandse film- en bioscoop bedrijf bij verschillende werkgevers werkzaam zijn geweest, hebben boven de gewone vakantie als vermeld in het eerste lid (drie weken) recht op een extra week vakantie; 5. voor het werken op Nieuwsjaarsdag, de Kerstdagen en de dag, die door de over heid als nationale feestdag wordt aangemerkt, ook als deze dagen op zondag vallen, en voor het werken op de beide Paas- en Pinksterdagen wordt een toeslag van 50% op het op die dagen volgens de CA.O. verdiende loon uitgekeerd; 6. toekenning van een bijdrage van 20.000,van de werkgevers gezamenlijk aan de vakbonden voor 1972. Aangezien zowel het Hoofdbestuur van de Nederlandse Bioscoopbond als de bestu ren van de Algemene Bond Mercurius en de Katholieke Bond A.V.G. dit voorstel hebben aanvaard, is de dienovereenkomstig gewijzigde CA.O. voor het bioscoop bedrijf op 1 april 1972 in werking getreden. Het prijsindexeringscijfer medio juni bleek ten opzichte van het december-cijfer met 4,44% gestegen te zijn, dat is onder de limiet van 5%, zodat er per 1 oktober geen verhoging behoefde plaats te vinden. Eind september bleek de stijging van het index cijfer echter te zijn opgelopen tot 5,8%. Aangezien de limiet per 1 oktober was be paald op 4% betekende dat een loonsverhoging per 1 januari 1973 van 1,8%. Met het oog op komende onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden van het bio scooppersoneel in de periode na 1 april 1973 hebben de leden-werkgevers in de Sociale Commissie, zulks mede als uitvloeisel van een bespreking met het Hoofd- Scène uit „Bij de beesten af' van Bert Haanstra (Bert Haanstra Filmproduktie).

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1972 | | pagina 20