Afdeling A den gewaakt, dat het produktiebedrijf in deze niet buitenspel wordt gezet. Resumerend kan worden gesteld en her haald, dat een bundeling van krachten, niet alleen tussen de grotere bedrijven, meer en meer noodzakelijk gaat worden om in de toekomst, onder andere ten opzichte van de toenemende EEG-concurrentie, staande te kunnen blijven. Het zou van veel belang zijn indien de betrokkenen het hierover in het komende jaar, althans in beginsel, eens zou den kunnen worden. L. Claassen, Secretaris INLEIDING Het bezoek, dat in de Afdeling A in 1971 ten opzichte van 1970 met ruim 1,8 was toegenomen, vertoonde over het verslagjaar weer een lichte daling en wel van 2,6 De bruto-recette bleef echter stijgen en wel met 4,6 ten opzichte van 1971, welk jaar in dit opzicht al een verheugende vermeerde ring te zien had gegeven. Een zuiver beeld geven de cijfers over 1972 evenwel niet, om dat zij ongunstig beïnvloed zijn door het verlies van twee belangrijke premièrethea ters als gevolg van brand, alsmede door de zelfde oorzaak, van twee buurtbioscopen. Dit waren achtereenvolgens City, 's-Graven- hage op 16 januari, Plaza Amsterdam op 16 april, Royal '70 en Royal op Zolder te 's-Gravenhage op 11 mei. Voegen wij bij dit verlies bovendien de opheffing in de loop van het jaar van zeven andere wijktheaters in de drie grote steden, dan is het duidelijk dat de nadelige invloed op de ontwikke ling van het bezoekcijfer niet mag worden onderschat. De praktijk heeft immers aan getoond, dat het verlies van bioscoopaccom modatie onherroepelijk leidt tot het verlies van bijna het gehele bezoekerspotentieel van de betrokken zaken, althans dat maar een gering deel van dat bezoek ten goede komt aan de overige bioscopen. Maar als we dan al optimistisch zouden willen concluderen, dat zonder de noodlottige branden het be zoekcijfer in onze afdeling op het peil van 1971 zou hebben kunnen bijven, ja dat peil zelfs zou hebben kunnen overtreffen, staat daar toch als een mene tekel de opheffing van zeven andere bioscopen, die zich door welke oorzaken ook niet meer konden handhaven, waaronder vijf zaken die tien tallen jaren als goed florerende buurtbio scopen hebben bestaan. ALGEMEEN Het Bestuur kwam achtmaal in vergade ring bijeen en de leden der afdeling vier maal. De jaarvergadering vond plaats op 25 april; de buitengewone ledenvergaderin gen werden gehouden op 2 juni, 20 novem ber en 8 december. De jaarvergadering keurde de reglementai re jaarstukken der afdeling goed en her koos de periodiek aftredende bestuursleden M. Gerschtanowitz en M. S. Schaap. Het Bestuur bestond eind van het jaar onge wijzigd uit de navolgende leden: C. J. Blad, voorzitter; M. Gerschtanowitz, vice-voorzit- ter; J. Ph. Swanink, penningmeester; Mr. P. A. Meerburg en M. S. Schaap, leden. Gedelegeerde in de Bondsraad was de heer I. Keizer. In de drie volgende ledenvergaderingen werden respectievelijk de agendapunten voor de jaarlijkse vergadering van de Bondsraad van 20 juni en de buitengewone vergadering van deze raad op 12 december besproken. Met de jaarstukken van de Bonds raad gingen de leden akkoord. Voorts werden vele punten besproken, die in de navolgende hoofdstukken worden ge memoreerd. REGLEMENTSVOORSTELLEN AAN DE BONDSRAAD Ter vermijding van doublures moge worden volstaan met het vaststellen van het feit, dat de ledenvergadering der afdeling zich kon verenigen met het voorstel tot wijziging der statuten en de reglementsvoorstellen, zoals die ongetwijfeld in het verslag van onze bedrijfsafdeling en in het Bondsjaar verslag nader worden aangehaald. Zij sloot zich aan bij een amendementsvoorstel van de Afdeling B aan de Exploitantenraad, beogend dat voor extra bijwerk, als voor gesteld, wèl extra filmhuur zou mogen wor den bedongen, maar voor bijwerk, dienende als completering van een avondvullende hoofdfilm, niet. Deze amendering werd via de Exploitantenraad door Hoofdbestuur en Bondsraad overgenomen in het voorstel tot dienovereenkomstige wijziging van het Aanvullingsreglement Bondsvoorwaarden. Tevens stelde de Afdeling de Exploitanten raad voor, een amendement tot wijziging van de redactie van artikel 3 C van het ge-

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1972 | | pagina 77