Willeke van Ammelrooy en Rutger Hauer in „Het jaar van de kreeft"
(MGS-films B.V.)
Gebruikmakend van de adviezen van de Commissie-Witte en de Adviescommissie
Zedelijkheidswetgeving heeft de regering in november 1970 een wetsontwerp aan
hangig gemaakt tot vervanging van de Bioscoopwet door een Wet Jeugdfilm
keuring. De filmkeuring voor volwassenen, de gemeentelijke nakeuring en het
gemeentelijk vergunningstelsel zouden verdwijnen, maar een keuring voor jeug
digen, op basis van de leeftijdsgrenzen 14 en 18 jaar, werd gehandhaafd. Ook de
suggestie van de instelling van een vrijwillig te raadplegen filmadviescommissie
werd in het wetsontwerp van de regering opgevolgd, zij het slechts als een voor
lopige regeling voor vijf jaar.
Eveneens in november 1970 kwamen de Kamerleden Drs. E. Visser en Drs. J. J.
Voogd met een initiatief-voorstel voor een Bioscoopwet 1971, die van het rege
ringsvoorstel afweek in zoverre, dat er slechts één leeftijdsgrens (van 14 jaar) zou
zijn, dat er geen filmadviescommissie in het leven zou worden geroepen en dat
artikel 221, tweede lid, van de Gemeentewet (de bevoegdheid van de burgemees
ter om op te treden tegen vertoningen „strijdig met de openbare orde of zedelijk
heid") zou worden geschrapt.
De Voorlopige Verslagen van de Tweede Kamer aangaande het regeringsvoorstel
en aangaande het initiatief-voorstel zijn beide verschenen op 24 maart 1971. Er
bleek een zodanige verdeeldheid van opvattingen, dat een voorkeur van de
Kamer voor een van de ontwerpen niet viel af te leiden.
En toen werd het een tijdlang stil rond de filmkeuring. Op 2 augustus 1973 ver
scheen een tweede interim-rapport van de Adviescommissie Zedelijkheidswet
geving, mede gebaseerd op een uitvoerige nota van het Hoofdbestuur, van begin
1973, inzake de zijnerzijds gewenst geoordeelde herzieningen. Het rapport gaat
ten aanzien van de pornografie uit van twee hoofddoelen: het tegengaan van
onverhoedse confrontatie en de bescherming van jeugdige personen. Voor het