Eveneens in de jaarvergadering ging de
Exploitantenraad akkoord met de rekening
en verantwoording over 1974 en de begro
ting voor 1975 van de Bedrijfsafdeling
Bioscoopexploitanten en van de Bioscoop
bond als geheel. Tevens ging de Raad ak
koord met de voorstellen van het Hoofd
bestuur aan de Bondsraad inzake de af
drachten en voorschotten ten behoeve van
het Productiefonds.
De Voorzitter van de Bedrijfsafdeling Bio
scoopexploitanten, de heer M. Gerschtano
witz, stelde zich niet herkiesbaar. In de
jaarvergadering werd bij acclamatie de heer
J. van Willigen gekozen als zijn opvolger,
Afdeling B, dat bij monde van de heer Drs.
zulks op voordracht van het bestuur van de
J. Ph. Wolff verklaarde, dat de heer Van
Willigen als pur sang exploitant en als
Hoodbestuurslid met de grootste anciënni
teit en grote bestuurlijke ervaring het meest
voor de verkiezing in aanmerking kwam.
Doordat de heer Van Willigen door zijn be
noeming tot Voorzitter van de Bedrijfsaf
deling Bioscoopexploitanten qualitate qua
ging deel uitmaken van het Presidium en
dus ook van het Hoofdbestuur, ontstond er
een vacature van lid-exploitant van het
Hoofdbestuur. De Exploitantenraad heeft
besloten ter vervulling van deze vacature
aan de Bondsraad een niet-bindende voor
dracht te doen ten gunste van de heer R. H.
Gerschtanowitz; deze voordracht is door de
Bondsraad gehonoreerd.
Ook het bestuur van de Bedrijfsafdeling
Bioscoopexploitanten werd tijdens de jaar
vergadering van de Exploitantenraad gewij
zigd samengesteld. Door de benoeming van
de heer Van Willigen tot Voorzitter kon de
heer R. Nassette reglementair geen deel
meer uitmaken van dit college. In zijn
plaats werd op voordracht van de Afdeling
B benoemd de heer Drs. J. Ph. Wolff. Een
tweede vacature in dit college was ontstaan
door het vertrek van de heer C. J. Blad,
die zich uit zijn funkties in de Raad terug
trok. Op voordracht van de Afdeling A
werd in zijn plaats benoemd de heer Mr.
P. A. Meerburg.
Aan het einde van de jaarvergadering heeft
de nieuwe voorzitter de grote verdiensten
van de vertrekkende leden van de Exploi
tantenraad, de heren C. J. Blad en M.
Gerschtanowitz, geschetst. De Raad onder
streepte deze lof door enthousiast akkoord
te gaan met het voorstel van het Hoofdbe
stuur aan de Bondsraad om de heren C. J.
Blad en M. Gerschtanowitz (samen met de
heer J. P. M. A. Smulders) te benoemen tot
ereleden van de Nederlandse Bioscoopbond.
Deze benoemingen werden kort daarop een
feit.
Er traden nog enige andere wijzigingen op
in de samenstelling van de Raad. In het
bestuur van de Afdeling A en in de Raad
werd de heer C. J. Blad opgevolgd door Jhr.
W. F. van Raab van Canstein. De heer F. H.
W. Weyschedé trok zich terug als bestuurs
lid van de Afdeling B en werd als zodanig
opgevolgd door de heer H. W. M. Janssen.
Diens plaats als gedelegeerd lid van de Raad
voor de Afdeling B werd ingenomen door
de heer O. B. W. Douwes Dekker. In de
vacature van gedelegeerd lid vanwege de
Afdeling A (ter opvolging van de heer I.
Keizer) werd de heer C. A. Koppies benoemd.
Tijdens het verslagjaar, op 16 augustus, ver
loor de Raad door plotseling overlijden
de heer B. A. Holtslag, die sedert 1973 een
gewaardeerd lid van de Raad was geweest.
In de daardoor ontstane vacature werd tij
dens het verslagjaar niet meer voorzien,
evenmin als in de vacature in de afvaardi
ging van de Afdeling C, ontstaan als gevolg
van de benoeming van de heer Van Willigen
tot Voorzitter.
Aan het einde van het verslagjaar was de
Exploitantenraad samengesteld als volgt:
J. van Willigen, voorzitter;
R. H. Gerschtanowitz, Mr. P. A. Meerburg,
Jhr. W. F. van Raab van Canstein, M. S.
Schaap en J. Ph. Swanink namens de Afde
ling A; J. van Dommelen, H. W. M. Jans
sen, R. Nassette, L. van Praag en Drs. J. Ph.
Wolff namens de Afdeling B;
H. Miedema, F. A. van Opbergen, G. Sche
pel en Drs. C. A. Voskuil namens de Afde
ling C (een vacature);
C. Geerts en H. Holman namens de Afde
ling D (een vacature).
Het Bestuur van de Bedrijfsafdeling Bio
scoopexploitanten bestond uit de heren J.
van Willigen, Voorzitter; H. Miedema, Vice-
Voorzitter, C. Geerts, Penningmeester, Mr.
P. A. Meerburg en Drs. J. Ph. Wolff, leden.
Gedelegeerden in de Bondsraad volgens ar
tikel 37 van het Reglement der Bedrijfsaf
deling waren de heren C. A. Koppies (A),
O. B. W. Douwes Dekker (B), H. Berg (C)
en S. M. Spanjaart (D). Secretaris was de
heer Drs. P. M. H. Cuijpers.
SLOTOVERZICHT
Als gebruikelijk adviseerde de Raad het
Hoofdbestuur met betrekking tot de jaar
lijkse benoeming van leden in de verschei
dene reglementaire commissies.
De Bedrijfsafdeling heeft op bestuurlijk ge
bied een jaar achter de rug dat zich ken
merkte door een vrij groot aantal mutaties,
waarbij de plaats van een aantal oudere,
ervaren bestuurders werd ingenomen door