Filmbeurs
Het overleg met het Bestuur van de Bedrijfsafdeling Bios
coopexploitanten leidde tot instelling van een gezamenlijke
commissie ad-hoc, die het Hoofdbestuur advies uitbracht.
De commissie was tot de conclusie gekomen, dat de we
kelijkse Filmbeurs zou moeten worden vervangen door een
maandelijkse contactmiddag, waar de leden elkaar infor
meel konden ontmoeten, en waar bovendien eventueel
mogelijkheid zou zijn voor filmbookers om desgewenst be
paalde afspraken te maken met exploitanten. Deze con
tactmiddag zou steeds moeten aanvangen met de verto
ning van een bij loting aan te wijzen film. Als gelegenheden
voor deze contactmiddag werden aanbevolen Cinema
Oscar te Amstelveen en Cinema International te Amster
dam. De voorstellen werden ook voorgelegd aan de leden
vergadering der Bedrijfsafdeling Filmverhuurders, die het
Hoofdbestuur aanbeval deze middag in het vervolg niet
meer op maandag, doch op dinsdag te houden en deze
bij voorkeur te beleggen in een meer bij het centrum van
Amsterdam gelegen lokaliteit.
Het Hoofdbestuur besloot aan de hand van deze en andere
adviezen, de Filmbeurs te vervangen door een maandelijk
se contactmiddag, steeds te houden op de eerste dinsdag
van elke maand in de Cinema International aan het August
Allebeplein te Amsterdam en wel voor de eerste maal op
4 januari 1977. Dit punt werd vanwege de betere parkeer-
mogelijkheid toch het meest geschikt geacht.
Diverse onderwerpen
Voor de leden-filmverhuurders was een gunstige ontwikke
ling, dat het Bondsorgaan „Film" met ingang van 16 de
cember in totaal gewijzigde opzet veertien-daags zou gaan
verschijnen en tevens de taak van advertentieblad zou over
nemen van de wekelijkse uitgave van het Weekblad voor de
Cinematografie, dat de laatste jaren in feite was veranderd
in een advertentieblad van zeer geringe omvang voor het
film- en bioscoopbedrijf. Dit blad had tot aan januari
van dit jaar ruim 54 jaar bestaan. Het is vooral in vroeger
jaren een bron van informatie geweest voor het film- en
bioscoopbedrijf.
De contacten met het Centraal Bureau Krijgsmacht over de
basisprijs voor 16 mm.-kopieën en het aandeel van de ver
huurders in de entreeprijzen die militairen in hun kampe
menten voor het bijwonen van filmvoorstellingen moeten
betalen, leidden tot aanpassing van deze tarieven.
Intussen worden overeenkomstig reeds gedane aankondi
gingen, de plaatsen waar nog met 35 mm.-filmkopieën
wordt gewerkt, verminderd en zal binnen niet al te lange tijd
het leeuwedeel van de vertoningen geschieden via het 16
mm.-formaat.
Aan de gevaren verbonden aan de kabeltelevisie werd
in verschillende vergaderingen aandacht gewijd. Deze aan
gelegenheid was echter in de eerste plaats een kwestie van
Hoofdbestuursbeleid, dat wegens de negatieve houding
van de Vereniging van Kabeltelevisie-exploitanten een actie
ging voorbereiden.
In het contact met de Exploitantenraad hadden klachten
van exploitanten en filmverhuurders over de behandeling
van film- en reclamemateriaal weer de aandacht, wes
halve besloten werd, dat beide organen hun leden opnieuw
zouden adviseren de uiterste zorg aan deze materialen te
besteden.
Terzake van de overeenkomst met de N.O.S. over de leve
ranties van films ten behoeve van televisie-uitzendingen,
nam onze afdeling het standpunt in, dat het geen aanbeve
ling verdient het aantal bioscoopfilms uit te breiden, in
aanmerking nemende de nadelige invloed van filmverto
ningen via de televisie op het bioscoopbezoek. Het was
daarom teleurstellend later te moeten vernemen, dat de be
sprekingen met de N.O.S. toch weer tot een uitbreiding
van het aantal leverbare hoofdfiirr l per jaar hadden ge
leid.
Enige titelvertalers hadden zich tot het Bestuur gewend met
het verzoek om een onderhoud aan de hand van een uit
voerig document met nieuwe vertaaltarieven.
Het geheel gaf het Bestuur geen aanleiding om hierop in
te gaan, afgezien nog van het feit, dat onze leden in het
algemeen van oordeel waren dat de honorering van de titel
vertalers normaal moet worden geacht.
Het Bestuur en het Secretariaat hadden voorts bemoeiingen
met tal van andere onderwerpen, zoals de berekening van
de filmvrachten, klachten over fouten bij het filmvervoer,
enige meningsverschillen tussen leden en buitenlandse
producenten, etc.
Ledenmutaties en personalia
In het afgelopen jaar deden zich geen mutaties in de lid
maatschappen voor.
De heer D. J. van Leen, erelid van de Bond, trad af als
gedelegeerde van de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders in
de Bondsraad wegens zijn hoge leeftijd. De heer Van Leen
heeft zich vele jaren lang als bestuurslid en gedelegeerde
zeer verdienstelijk gemaakt voor de Bedrijfsafdeling Film
verhuurders, en vervulde daarnaast ook nog vele andere
functies in diverse Bondscolleges. Op deze plaats zij hem
nogmaals hulde gebracht daarvoor.
De heer L. J. Paerl trad af als bestuurslid na een lange
staat van dienst, maar bleef bij het bestuurswerk betrokken
doordat hij zich herkiesbaar had gesteld als gedelegeerd
lid in de Bondsraad.
Ons erelid, de heer Hans Boekman, werd op 22 januari
80 jaar. Het Bestuur wenste hem van harte geluk met het
bereiken van de leeftijd der sterken en verzuimde niet, hem
een attentie aan te bieden.
Vooruitzichten
Uit de inhoud van het verslag blijkt reeds, dat ook het
komende jaar alle aandacht zal vragen voor het oplossen
van problemen die nu eenmaal met de bedrijfsvoering en
het organisatiewerk gepaard gaan. De filmverhuurders zul
len alert moeten blijven op de dreigingen die u-itgaan van
het toenemend clandestien exploiteren van filmauteurs-
rechten, de kabeltelevisie, de filmkeuring voor volwasse
nen, die men kennelijk via een achterdeur weer tracht
binnen te halen, enz.. Het is verheugend, dat vele bioscoop
ondernemers van hun vertrouwen in de toekomst blijk-
geven via de vestiging van nieuwe bioscopen overal in den
lande, hetgeen voor de filmverhuurders een vergroting van
hun afzetgebied betekent.
A. H. Pieterse, Secretaris
50