Aandeel van de Nederlandse speelfilms in de
landelijke bruto-recette, 1967-1976
4. „Dood van een non", premièredatum: 29
april, produktie: Ciné Vog Films/N.V. Cine-
centrum, regie: P. Collet en P. Drouot
(co-produktie België);
5. „André van Duin's Pretfilm", première
datum: 12 augustus, produktie: Joop van
den Ende;
6. „Wan pipel", premièredatum: 19 augustus,
produktie: Scorpio Films B.V., regie: P. de
la Parra;
7. „Max Havelaar", premièredatum: 9 septem
ber, produktie: Fons Rademakers' Produc
tie B.V., regie: F. Rademakers;
8. „It's me", premièredatum: 25 november,
produktie: Nico Crama, regie: F. Zwartjes.
Voorts was de film „Bloedverwanten" van Jaap
van Rij Filmproduktie B.V., regie: W. Lindner,
die in co-produktie met Frankrijk was gemaakt,
in de tweede helft van het jaar gereed, maar
hij kwam in 1976 nog niet in roulatie.
Per het einde van het verslagjaar waren zes
films in produktie, te weten: „Rembrandt" van
Jos Stelling Film Produkties B.V., regisseur:
Jos Stelling, „Soldaat van Oranje" van Rob
Houwer Film Holland B.V., regisseur: Paul Ver
hoeven, „Een stille liefde" van Renê van Nie
Dessafilms B.V., regisseur: René van Nie, „Het
debuut" van Van Heyningen Solleveld Film
Theater Productie B.V., regisseur: Nouchka
van Brakel, „Blindgangers" van Horizon Films
v.o.f., regisseur: Ate de Jong.
Tenslotte werd gewerkt aan de film „De peet
moeder", die door Kees Manders is geprodu
ceerd en onder regie stond van Tom Manders.
Voor het komende jaar is dus weer een rede
lijk aantal films te verwachten, temeer indien
in aanmerking wordt genomen, dat tegen het
einde van het verslagjaar nog tenminste vijf
projecten voor de vervaardiging van een hoofd
film in een voorbereidend stadium verkeerden.
Blijkens de begroting van het Departement van
Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk is
het subsidie voor de Nederlandse hoofdfilmpro-
duktie voor 1977 verhoogd van 3.280.000
(voor 1976) tot/3.700.000—
30
25
20
15
10
23
16,5
2,2
0 6
1.7 1,5
11
18,3
8,6
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
8
l