en filmverhuurders, zodat zelfs de verhaal- mogelijkheden in een later stadium soms blijken te ontbreken. Met het oog hierop diende het Hoofdbestuur bij de vergadering van de Bonds raad dd. 2 mei 1977 een voorstel in, waarmede werd beoogd, dat de leden-filmverhuurders bij de exploitatie van Nederlandse hoofdfilms de verplichting krijgen om de contributie van de producenten bij de licentiebetaling in te houden. Het ingehouden bedrag diende, volgens dit voorstel, door de ieden-filmverhuurders recht streeks aan de Bond te worden voldaan onder gelijktijdige inzending van een afschrift van de licentie-afrekening. Voormeld wijzigingsvoorstel werd ongeamendeerd door de Bondsraad aan vaard. Bij de vergadering van de Bondsraad dd. 13 december 1977 diende het Hoofdbestuur opnieuw een voorstel tot wijziging van het Con tributiereglement in. Dit wijzigingsvoorstel had betrekking op de automatisering van de Bonds administratie en de consequenties daarvan voor de inning van de Bondsbijdragen. Op dit Hoofdbestuursvoorstel werd een amendement ingediend door de Bedrijfsafdeling Filmver huurders, waarmede de Bondsraad ten dele akkoord ging. Het aldus geamendeerde voorstel werd door de Bondsraad aangenomen. d. Reglement op de Filmvertoning Het feit dat het technisch mogelijk was gewor den om door gebruikmaking van het doorkop- pelingssysteem een filmkopie gelijktijdig door middel van verschillende projectoren van bio scopen, behorende tot één bioscoopcomplex, te projecteren, bracht bepaalde bezwaren met zich. De filmkopieën zouden ten gevolge van dit systeem meer dan normale schade kunnen ondervinden. Ook zou dit systeem kunnen worden gehanteerd om een belangrijke pre- mièrefilm in plaats van in een passend te oor delen grote bioscoop, te gaan vertonen in een aantal kleine bioscopen, waardoor afbreuk zou worden gedaan aan de vereiste première presentatie van een zodanige film. Op grond van vorenstaande overwegingen heeft het Hoofdbestuur bij de buitengewone vergadering van de Bondsraad van 13 december 1977 een voorstel ingediend tot wijziging van bovenge meld reglement, waarmede werd beoogd de doorkoppeling te beperken tot twee permanente bioscopen. Op dit voorstel werd een amende ment ingediend door de Bedrijfsafdeling Bioscoopexploitanten, waarmede naast een technische aanpassing het inbouwen van een dispensatiemogelijkheid op de door het Hoofd bestuur voorgestelde bepaling werd beoogd. De Exploitantenraad was namelijk van mening, dat men niet voorbij diende te gaan aan het feit, dat er in bepaalde gemeenten geen grote bio scopen zijn gevestigd, maar wel bioscoopcom plexen, bestaande uit kleine theaters. Voor der gelijke gemeenten zou het argument met be trekking tot de première-presentatie natuurlijk niet opgaan, zodat aldaar dispensatie zou moe ten kunnen worden verleend. De Bondsraad ging met het geamendeerde wijzigingsvoorstel akkoord. e. Reglement van de Bedrijfsafdeling Bioscoopexploitanten Artikel 24 C van het Reglement van de Be drijfsafdeling Bioscoopexploitanten beoogt de bruto-omzet van een bioscoop die niet onafge broken is geëxploiteerd, met het oog op de afdelingssamenstelling te herleiden als ware hij gedurende de volle tijd in exploitatie geweest. Met het wijzigingsvoorstel, dat werd ingediend bij de buitengewone vergadering van de Bonds raad van 13 december 1977, beoogde het Hoofdbestuur bijzondere omstandigheden, die volgens de bestaande reglementstekst aanlei ding zouden geven tot voormelde herleiding, nader te definiëren. Een dergelijke nadere definiëring was tevens van belang voor de toe passing van het Algemeen Bedrijfsreglement. Dit wijzigingsvoorstel werd ongeamendeerd door de Bondsraad aanvaard. f. Filmbeursreglement De Filmbeurs paste door velerlei oorzaken niet meer in de praktijk van de filmhandel. Mede gelet op de adviezen van de Bedrijfsafdeling Bioscoopexploitanten en de Bedrijfsafdeling Filmverhuurders besloot het Hoofdbestuur aan de Bondsraad voor te stellen het Filmbeurs reglement in te trekken. Ter continuering van een periodiek informeel contact tussen de leden werd met ingang van januari 1977 op de eerste dinsdag van iedere maand een contactmiddag georganiseerd, waarover elders in dit verslag uitvoeriger wordt bericht. Conform het Hoofd bestuursvoorstel werd door de Bondsraad in zijn vergadering van 2 mei 1977 besloten het bovengemelde reglement in te trekken. 38

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1977 | | pagina 37