Toepassing van statuten, reglementen en besluiten Artikel 18 der Statuten Krachtens artikel 18 der Statuten is het Hoofd bestuur bevoegd disciplinair op te treden tegen leden die Statuten, reglementen of besluiten van de Bondsraad hebben overtreden danwei in strijd hebben gehandeld met de -algemene belangen of de waardigheid van het Neder landse film- en bioscoopbedrijf. Als beroeps instantie fungeert conform de wettelijke voor schriften op het gebied van de disciplinaire rechtspraak het College van Appèl, welk col lege eind 1977 was samengesteld uit de heren Drs. F. L. Schimsheimer, voorzitter, C. J. Blad en D. J. van Leen, leden, alsmede G. J. H. Dujardin, Mr. J. M. van der Flier, Mr. M. A. Graftdijk en Mr. W. B. H. A. Heskes, plaats vervangende leden. Mej. Mr. C. A. Krietemeyer was wederom secretaris van het College van Appèl. Het Hoofdbestuur heeft in 1977 een lid-bioscoopexploitant de straf van boete van 1.000,^ opgelegd wegens overtreding van het Reglement op de Recette-administratie, terwijl een lid-filmverhuurder de straf van boete van 7.500,werd opgelegd wegens overtre ding van het Reglement inzake Filmexploitatie- rechten. Voorts kregen twee leden-filmpro- ducenten, respectievelijk wegens overtreding van een besluit van de Bedrijfsafdeling Film- produktie en overtreding van het Reglement op de Lijst van Geen Bezwaar, de straf van waarschuwing. Deze straf werd ook opgelegd aan een lid-filmverhuurder wegens overtreding van het Reglement inzake Filmexploitatierech- ten, en twee leden-bioscoopexploitanten, respectievelijk wegens overtreding van het Re glement op de Lijst van Geen Bezwaar en over treding van het Algemeen Bedrijfsreglement. Lijst van Geen Bezwaar In 1977 werd weer een groot aantal aanvragen bij het Bondsbureau ingediend terzake van de levering van films ten behoeve van filmvoorstel lingen in besloten kring door niet-leden. In 2017 gevallen werd de plaatsing op de Lijst van Geen Bezwaar toegestaan. De leveranties via het Nederlands Filminstituut, dat krachtens reglementaire bepaling op de Lijst van Geen Bezwaar is geplaatst, zijn in genoemd aantal niet begrepen, evenmin als de filmleveranties ten behoeve van de militaire kampementen, welke leveranties geschieden uit hoofde van een met het Centraal Filmbureau Krijgsmacht getroffen regeling. De voorziening van de Nederlandse televisie met bioscoopfilms vond wederom plaats met inachtneming van het gentlemen's agreement met de N.O.S. en de omroepverenigingen. Hier voor zij verder verwezen naar vorenvermeld hoofdstuk „Televisie". Filmvernietiging Overeenkomstig het Reglement inzake het toe zicht op de vernietiging van filmkopieën dient elk lid dat het exploitatierecht op een hoofdfilm of bijfilm voor Nederland bezit, een kopie van zodanige film die wegens expiratie van bedoeld recht of om andere redenen voor vernietiging in aanmerking komt, aan het Bondsbureau ter vernietiging aan te melden. De vernietiging ge schiedt bij de gemeentelijke vuilverbranding te Amsterdam onder toezicht van het Bondsbu reau. In het verslagjaar werden 268 kopieën van hoofdfilms vernietigd (601 in 1976) en 51 ko pieën van korte films (528 in 1976). Ten be hoeve van de licentiehouders en -gevers wer den in al deze gevallen certificaten van ver nietiging afgegeven. Reglement op het Naamregister Er werden 224 titels voor hoofdfilms ter inschrij ving aangeboden tegen 319 in 1976. Van de ingeschreven filmnamen werden er 10 gewij zigd. Geconstateerd moet worden, dat meer dan voorheen de buitenlandse filmtitels voor gebruik in Nederland worden aangewend. In enige gevallen konden kwesties tussen film verhuurders betreffende rechten op filmtitels door bemiddeling van het Bondsbureau worden opgelost. In één titelkwestie werd op grond van het Reglement op het Naamregister door een filmverhuurder een verzoek ingediend bij het Hoofdbestuur tot weigering van de inschrijving van een door een collega aangeboden titel. Dit verzoek is in het verslagjaar nog niet afge daan. 39

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1977 | | pagina 38