Afdeling A 54 Er zijn in 1977 meer dan 800 nieuwe-en aangepaste TV-commercials geproduceerd, waarvan naar raming ongeveer 55% door de bij onze organisatie aangesloten filmproduktiebedrijven zijn vervaardigd. Getaxeerd wordt, dat het buitenlandse aandeel in deze produkties ongeveer 30% is gebleven. Nauwkeurige gegevens, die van de STER moeten komen, waren bij het samenstellen van dit verslag nog niet beschikbaar. De reeds gesignaleerde verschuiving van filmproduktie in de richting van band/dia en/of video-produkties zette zich geleidelijk voort. Er was nog steeds geen sprake van een omwenteling en er waren ook geen tekenen, die erop wezen dat een zeer grondige verschuiving op dit terrein voor de deur zou staan. LEDENTAL Het aantal leden steeg van 32 tot 35, doordat René van Nie Dessafilms B.V., Maggan Films B.V. en Fuga Filmpro- dukties B.V. van de Lijst van Geen Bezwaar overgingen naar het Bondslidmaatschap. Per het einde van het jaar waren nog enkele lidmaat- schapsaanvragen bij de Commissie Nieuwe Zaken in be handeling. Het aantal laboratoria en studio's bleef gehand haafd op 11. Lijst van Geen Bezwaar Er zijn in 1977 ingevolge adviezen van het Afdelings bestuur door het Hoofdbestuur 5 filmproduktiebedrijven op de Lijst van Geen Bezwaar geplaatst, namelijk: - Pim Korver Film te Rotterdam; - Hollandia Filmprodukties B.V. te Amsterdam; - Jacques Meijer Productions B.V. te Landsmeer; - Vasana B.V. i.o. te Amsterdam en - The Filmworkshop te Amsterdam. Het aantal bedrijven dat op de Lijst van Geen Bezwaar was geplaatst, steeg aldus van 20 tot 25. Dit aantal wordt ten opzichte van het ledenbestand door het Afdelingsbe- raad gegeven het Bondslidmaatschap aan te vragen. stuur te hoog gevonden en zoals reeds elders in dit ver slag is vermeld, werd een aantal bedrijven de dringende IN MEMORIAM Op deze plaats moet melding worden gemaakt van het overlijden van Jhr. J. J. van Raab van Canstein, di recteur van Renovo Film C.V.. in aprii op 77-jarige leef tijd. Hij overleed in Zwitserland en zijn teraardebestelling heeft later in alle stilte in ons land plaatsgevonden, zodat het bestuur geen gelegenheid had om hem als een van de zeer markante figuren uit de Afdeling, de laatste eer te be wijzen. Verder moet in dit kader melding worden gemaakt van het overlijden van ons oud-lid, de film-pionier Otto van Neijenhoff, die na een langdurige ziekte op 7 februari in 's-Gravenhage, in de leeftijd van 78 jaar, is gestorven. Het bestuur was bij de crematie vertegenwoordigd. VOORUITZICHTEN Wij kunnen slechts constateren, dat de vooruitzichten voor alsnog onzeker zijn. Bij de produktie van hoofdfilms is weliswaar ten opzichte van het vorig jaar een toenemende activiteit te bespeuren, maar de risico's nemen tol. De produktie van korte films en andere av-media is voor een groot deel gebonden aan de landelijke economie en de voorspellingen op dit terrein zijn nogal verdeeld. Op organisatorisch gebied blijft er steeds veel werk aan de winkel. Het lopend av-onderzoek van Economische Zaken wordt niet alleen nauwlettend gevolgd, maar er wordt daarin via ons lidmaatschap van de stuurgroep, ook daad werkelijk geparticipeerd. Het periodiek overleg met de NBF en andere organisaties wordt voortgezet en er zal in het komende jaar extra aandacht geschonken moeten worden aan het lidmaat- schapsbeleid binnen de Afdeling. Voorts valt een herstruc turering van de Afdeling te verwachten, als gevolg van de gerechtvaardigde wensen van de hoofdfilmproducenten om meer zelfstandigheid binnen de organisatie te verkrij gen. L. Claassen, Secretaris Algemeen Het Bestuur heeft in het verslagjaar vijfmaal vergaderd. Daarnaast zijn er twee ledenvergaderingen gehouden: de jaarlijkse vergadering van 7 april en de buitengewone le denvergadering van 14 november 1977. Tijdens de jaarlijk se ledenvergadering werden de heren Mr. P. A. Meerburg, J. Pellikaan en Jhr. W. F. van Raab van Canstein, die periodiek aftredend waren, herkozen tot lid van het bestuur. De heer C. A. Koppies werd herkozen als gedelegeerde van de afdeling in de Bondsraad. Tevens werden in deze vergadering de rekening en verantwoording van het finan ciële beheer in 1976, alsmede de begroting voor 1977 goedgekeurd. Voorts besloot men tijdens deze vergadering een herbenoeming van Mr. P. A. Meerburg als lid-bioscoop- exploitant van het Hoofdbestuur te steunen. In de buiten gewone ledenvergadering van 14 november 1977 gingen de leden akkoord met een aantal voorstellen van het Hoofd bestuur aan de Bondsraad inzake de wijziging van het Algemeen Bedrijfsreglement, het Reglement op de Film vertoning, het Reglement van de Bedrijfsafdeling Bioscoop exploitanten, de Bondsvoorwaarden en het Contributie reglement. De samenstelling van het Bestuur is thans als volgt: de heren Mr. P. A. Meerburg, voorzitter, M. S. Schaap, vice-voorzitter, J. Pellikaan, penningmeester, R. H. Gerschtanowitz en Jhr. W. F. van Raab van Canstein. Gedelegeerd lid van de Bondsraad was de heer C. A. Koppies. Zeer betreurenswaardig was het feit, dat de penningmeester, de heer J. Pellikaan, in de loop van het verslagjaar ernstig ziek werd, zodat hij niet meer aan de beraadslagingen in de afdeling kon deelnemen. Het afde lingsbestuur heeft de heer Pellikaan uiteraard een spoedig herstel toegewenst.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1977 | | pagina 52