275,per 1 januari 1982. In beide geval len bedroeg het maximum f 450,per procent per jaar; 2. De VUT-regeling werd per 1 januari 1982 toegankelijk verklaard voor mannen èn vrouwen, hetgeen mogelijk was door een aanpassing van de reglementen van het Bedrijfspensioenfonds. De daarmede ge paard gaande premieverhoging werd ge compenseerd door een. dienovereen komstige premieverlaging aan de zijde van het Bedrijfspensioenfonds; 3. De onafgebroken dagelijkse werktijd is te ruggebracht van 2 uur naar 1 Vz uur (arti kel 10 van de CAO); 4. De leeftijd van 58 jaar voor oudere werk nemers is in de artikelen 10 en 11 gewij zigd in 55 jaar, hetgeen betrekking heeft op overwerk, respectievelijk nachtarbeid; 5. De werktijdverkorting voor oudere werk nemers heeft ten aanzien van 61- en 63- jarigen een kleine correctie ondergaan en wel uit praktische overwegingen; 6. Het overwerk is gemaximaliseerd op 20 uur per 4 weken, ingaande 1 januari 1982. 7. Aan de feestdagen, waarop volgens arti kel 12 toeslagen betaald moeten worden, zijn toegevoegd: Sint Nicolaas- en Oude jaarsavond, beide vanaf 1 januari 1982; 8. De uitzonderingsregel voor nachtarbeid tussen 24.00 en 01.00 uur op vrijdag en/of zaterdag, is opgeheven met dien verstan de dat voor dat uur van 1 januari 1982 af een toeslag van 50% geldt. Deze toesla gen kunnen naar keuze van de werkne mer ook in vrije tijd vergoed worden; 9. De vakantierechten zijn per 1 januari 1982 wederom met één dag uitgebreid, waarbij van werkgeverszijde de aanteke ning is gemaakt dat het nu voorlopig afge lopen moet zijn met verdere uitbreiding van de vakantierechten; 10. Er werd een correctie aangebracht in arti kel 19 met het oog op het feit dat als ge volg van een wetswijziging geen zieken geld meer wordt vergoed bij overwerk; 11. Er is op voorstel van de werknemers een nieuw artikel 26 geïntroduceerd, onder de titel 'anti-discriminatieclausule', terwijl op voorstel van de werkgevers een nieuw ar tikel 27 is opgenomen, inhoudende dat het de werkgever is toegestaan ter bevor dering van de goede gang van zaken in zijn onderneming, een bedrijfsreglement vast te stellen; 12. Er is een aantal wijzigingen aangebracht in de functie-omschrijvingen, terwijl de loontabellen zijn gesplitst en aangepast. Daarbij dient te worden aangetekend dat de cassières uit de categorie van werkne mers zijn gelicht die onder het wettelijk minimumloon vallen; 13. Het administratief personeel heeft thans een eigen loontabel gekregen, waarbij speciaal is overeengekomen dat hier een leeftijdsaftrek van 7,5% per jaar met in gang van 22 jaar mag worden toegepast, zulks in tegenstelling tot hetgeen voor an dere werknemers geldt, met uitzondering van degenen die onder het minimumloon vallen; 14. Er is overeengekomen de werkgeversbij drage aan de vakbonden voor 1981/1982 te stellen op f 33.000,— 30.000,—). Het vorenstaande laat zien dat er in 1981 sprake is geweest van een fiks wijzigingspak ket, om welke reden de onderhandelaars zijn overeengekomen een nieuw CAO-boekje te doen samenstellen, omdat in de bestaande tekst te veel veranderingen aangebracht zou den moeten worden. De produktie van het boekje werd door het Bondsbureau verricht. Er is zoveel mogelijk naar gestreefd te blijven binnen hetgeen van overheidswege is toe gestaan, respectievelijk aanbevolen. Dit laatste was overigens bittere noodzaak, aan gezien de bedrijfsresultaten in het afgelopen jaar sterk zijn teruggelopen. Bij sommige ondernemingen heeft dit er toe geleid, dat het personeelsbestand niet onaan zienlijk moest worden ingekrompen. Voorts dient nog te worden gerapporteerd dat, teneinde de vinger zoveel mogelijk aan de pols te kunnen houden, door de onderhande lingsdelegaties werd besloten opnieuw een personeelsenquête te houden. Hieraan werd zowel door het Hoofdbestuur als door het be drijf goede medewerking verleend, waardoor de enquêteresultaten nog juist voor het einde van het verslagjaar beschikbaar kwamen. Daaruit bleek dat het personeelsbestand met ongeveer 150 personen is teruggelopen van 3000 tot 2967 mede in aanmerking genomen de toevoeging van het administratief perso neel (114), terwijl de loonsom sedert het on derzoek van 1979 was gestegen met ruim 25%. Verder konden in de personeels-, respectieve lijk leeftijdsopbouw geen grote verschuivin- 25

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1981 | | pagina 24