bespreken herstructurering van de belo ningsstructuur. In het begin van het jaar zijn de CAO- onderhandelingen voor het intussen verstre ken contract 1980, formeel afgerond, waarbij het niet mogelijk is gebleken de reeds ge noemde en al langdurig in bespreking zijnde herstructurering van de bestaande loontabel- len en functie-omschrijvingen tot stand te brengen. Volgens afspraak is derhalve toen volstaan met een initiële loonsverhoging van 1% per 1 januari 1981. De onderhandelingen over de CAO 1981 be gonnen pas in het najaar vanwege economi sche moeilijkheden bij enkele sektoren van de branche. De werknemersorganisatie was nauw bij de problemen betrokken en derhalve volledig op de hoogte van de stand van zaken. Het wensenpakket van de kant van de werkne mers was onder invloed van de situatie zeer beperkt en de onderhandelingsdelegaties werden het binnen de Sociale Commissie dan ook tamelijk snel eens over een klein aantal verbeteringen, te weten voortzetting van de prijscompensatie-regeling; uitbreiding van de jaarlijkse vakantie met 1 dag tot 24 dagen per jaar en verlaging van de VUT-gerechtigde leef tijd tot 62 jaar. Aan het einde van het verslag jaar werd bovendien overeengekomen dat ook vrouwen per 1 januari 1982 in de VUT- regelingen zouden worden opgenomen, het geen evenals in het bioscoopbedrijf, mogelijk werd gemaakt door een dienovereenkomstige aanpassing in het bedrijfspensioenfonds voor het film- en bioscoopbedrijf. Over de herstructurering van de loonsystema- tiek als bovengenoemd, waartoe zowel van werkgevers- als van werknemers-zijde voor stellen zijn ingediend, werd men het ook in het najaar niet eens, mede omdat dit tot kostenstijgingen zou leiden die de bedrijfstak zich op dat moment beslist niet kon veroorlo ven. In 1982 zullen besprekingen over deze door alle betrokkenen als belangrijk bestem pelde kwestie, zeker worden voortgezet. Er is gedurende het verslagjaar bij de CAO- onderhandelingen van werknemerszijde aan gedrongen op naleving van artikel 17 van de CAO, waarin het per onderneming jaarlijks uit brengen van een sociaal jaarverslag is over eengekomen. Om het inzenden van dusdanige verslagen is door het secretariaat gevraagd, maar de materie was kennelijk te nieuw om snel tot resultaten te kunnen komen. Wel is van werkgeverszijde een personeelsenquête ingesteld omdat over het medewerkers bestand onvoldoende nauwkeurige gegevens ter beschikking bleken te zijn. Hierdoor was per 31 december bekend dat in het laboratori- umbedrijf 235 CAO-medewerkers werkzaam zijn, waarvan 181 mannen en 54 vrouwen. De totale bruto loonsom bedroeg per 1 novenber ruim 7 miljoen gulden voor het CAO- personeel. In het bestuur van de VUT-stichting, dat in het begin van het verslagjaar bestond uit de heren J. C. Eekhout, A. H. A. de Groot en C. Treffers, leden-werkgevers, alsmede de heren B. van Kalkhoven, H. M. J. van der Dungen en H. Ver- ploeg, leden-werknemers, kwam eveneens enige verandering. Evenals in de Sociale Commissie trokken de heren Eekhout en De Groot zich aan werkgevers-zijde terug en wer den vervangen door de heren Mr. G. J. Wou ters en A. Mens, hoewel deze zaak formeel te gen het einde van het jaar nog niet geheel was afgerond. Aan de kant van de werknemers werd de heer H. Verploeg, die tijdelijk deze functie had waargenomen, vervangen door de heer F. van de Sterre. Wat betreft de loonontwikkeling kan, als steeds, hier worden volstaan met de vermel ding dat het minimumloon zich op dezelfde wijze ontwikkelde als aangegeven bij het soci aal verslag dat elders voor het bioscoopbedrijf is opgenomen. De prijscompensatie-regeling had eveneens een indentiek verloop voor wat de percentages betreft, met dien verstande dat hier de drempel in het begin van het jaar was gesteld op f 255,per procent op jaar basis en dat dezelfde grens werd aangehou den voor de prijscompensatie per 1 juli. Voor 1 januari 1982 werd de vloer in de prijscompen satie verhoogd tot f 275,per procent per jaar. De maximale compensatie was geduren de het gehele jaar gesteld op f 530,per pro cent, overeenkomende met f 157,68 per maand. Volgens de overheidsregelingen ten aanzien van niet CAO-personeel, was het maximum in dat geval 166,per maand. De vakantietoeslag bleef op grond van de loonmaatregel van de regering gehandhaafd op 7,5% en de minimum toeslag bleef f 1,920,Pas tegen het einde van het jaar 28

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1981 | | pagina 27