Afdeling Filmverhuurders 51 Inleiding In het verslagjaar daalde het bezoek in vergelijking met het jaar 1980 met 4,5%; de bruto-recettes daalden slechts met 0,1 ten opzichte van het jaar daarvoor. Het gemiddelde filmhuurpercentage steeg van 37% in 1980 tot 37,4% in het verslagjaar, doch lag hiermee nog steeds beduidend onder de gemiddelde filmhuurpercen- tages van 1979 en 1978, welke respectievelijk 38,3% en 39,2% bedroegen, Bestuurs- en Ledenvergaderingen Het Bestuur kwam in het afgelopen jaar driemaal bijeen. Voorts vonden een tweetal besprekingen plaats van ge noemd college met het Dagelijks Bestuur van de Afdeling Bioscoopexploitanten, en wel op 28 april en 6 oktober 1981. Het Bestuur was op 31 december 1981 als volgt samen gesteld: A. J. J. Duyvesteyn, voorzitter; Drs. W. J. A. van Roosma len, vice-voorzitter; J. Arkenbout, penningmeester; R. L. Paerl, P. Silvius, B. H. Wilton en R. Wijsmuller, leden. Als secretaris fungeerde de heer A. C. Nieuwland. De periodiek aftredende bestuursleden J. Arkenbout, A. J. J. Duyvesteyn, R. L, Paerl en P. Silvius werden bij enkele kandidaatstelling in de jaarvergadering van 22 april herko zen. In verband met zijn benoeming tot vice-voorzitter van de Nederlandse Bioscoopbond besloot de heer P. Silvius in hetverslagjaar af te treden als voorzitter van de Afdeling Filmverhuurders. In zijn plaats werd tot voorzitter geko zen de heer A. J. J. Duyvesteyn. De heer Drs. W. J. A. van Roosmalen werd benoemd tot vice-voorzitter, welke functie voordien werd vervuld door de heer A. J. J. Duyvesteyn. Voorts herbenoemde het Bestuur de heer J. Arkenbout als penningmeester. Aan het einde van het verslagjaar hadden in het Hoofd bestuur zitting de heren J. Arkenbout, P. Silvius, B. H. Wil ton en R. Wijsmuller. De heer P. Silvius maakte tevens deel uit van het Dagelijks Bestuur. Er werden twee ledenvergaderingen gehouden, namelijk de jaarvergadering van 22 april en een buitengewone le denvergadering op 26 november. In de jaarvergadering kwamen aan de orde de reglementaire jaarstukken, welke werden goedgekeurd. Daarin vond ook plaats de voorziening in de vacatures, ontstaan door het periodiek aftreden der bestuursleden. De jaarlijkse ledenvergadering kon zich voorts verenigen met de voorstellen van het Hoofdbestuur aan de jaarver gadering van de Bondsraad, de financiële Bondsjaarstuk ken alsmede het Bondsjaarverslag. Verder besloot zij tot het uitbrengen van niet-bindende aanbevelingen tot her benoeming van de heren B. H. Wilton en R. Wijsmuller als leden-filmverhuurders in het Hoofdbestuur. De overige punten zijn opgenomen onder andere hoofden in dit verslag. Wijzigingen Statuten en Reglementen De Afdeling besprak een voorstel van het Hoofdbestuur tot wijziging van het Algemeen Bedrijfsreglement. Dit voorstel impliceerde dat het Hoofdbestuur om redenen van rechtsgelijkheid van oordeel was, dat bij een samen loop van aanvragen voor permanente bioscopen in een zelfde gemeente iedere aanvrager, ongeacht of deze in de desbetreffende gemeente reeds een bioscoop exploi teert of krachtens een in gewijsde gegane beslissing gaat exploiteren, te allen tijde het recht moet hebben te wor den gehoord met betrekking tot de andere aanvrage(n). Door de voorgestelde wijzigingen werd tevens de weder zijdse mogelijkheid van hoger beroep automatisch gerea liseerd. De ledenvergadering kon zich met dit voorste! verenigen. Filmhuurschuld-Commissie De Filmhuurschuld-Commissie bestond tot 22 april uit de heren Silvius, Duyvesteyn en Arkenbout in hun kwaliteit als voorzitter, vice-voorzitter en penningmeester. Als se cretaris fungeerde de heer A. C. Nieuwland. Mevrouw S. H. Dilg-Timmermans fungeerde als uitvoerend secretaris. De Commissie verzond het respectabele aantal van 438 sommaties (tegen 38 in 1980) tot het inzenden van recet- testaten of het betalen van de verschuldigde filmhuur. In 15 gevallen werd de straf van uitsluiting toegepast, welke steeds onmiddellijk werd ingetrokken, nadat de betrokken bioscoop-exploitant aan zijn verplichtingen had voldaan. Aan het einde van het verslagjaar bestond de Filmhuurschuld-Commissie uit de heren A. J. J. Duy vesteyn, Drs. W. J. A. van Roosmaten en J. Arkenbout. Rapportering terzake van aanvragen bij de Commissie Nieuwe Zaken Ook in het afgelopen jaar werd het Bestuur betrokken bij de behandeling van aanvragen voor de vestiging van nieu we bioscopen, ingediend bij de nieuwe zakencommissies. Ten aanzien van 18 aanvragen, waarbij toestemming werd gevraagd tot het gaan exploiteren van in totaal 32 bi oscopen, werd een positief advies uitgebracht aan de Commissie Nieuwe Zaken, mede omdat de bewuste aan vragen in grote lijnen aan de voorschriften voldeden. Ten aanzien van een aanvrage voor drie bioscopen te Amsterdam bracht het Bestuur een negatief advies uit. De aanvrage werd ook door de Commissie Nieuwe Zaken niet gehonoreerd, waarop door de aanvraagster beroep werd aangetekend bij de Commissie Beroep Nieuwe Za ken. Het beroep werd in het verslagjaar nog niet afge daan. Diverse Onderwerpen Aan de leden is opgaaf gedaan van de omzetpercentages der kantoren, geldende per 1 juli 1981, zulks met het oog op het eventueel opstellen van lijsten met voorkeurskan didaten en het stemmen op toekomstige ledenvergaderin gen. Ook dit jaar werd weer de brochure 'Wordt Verwacht' uit gereikt, die een overzicht geeft van de films die in het dan komende seizoen door de leden-filmverhuurders zouden worden uitgebracht. De uitreiking vond plaats op 1 okto ber in de 'Windjammer bar' van het Marriott Hotel te Amsterdam.

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1981 | | pagina 48