Afdeling Bioscoopexploitanten
39
Inleiding
Helaas moet zonder voorbehoud worden geconstateerd
dat 1982 voor het Nederlandse bioscoopbedrijf een zeer
improductief jaar is geweest.
Het bezoek daalde van 26.683.565 in 1981 naai
22.005.716 bioscoopgangers in het verslagjaar, een da
ling derhalve van 17,5%. Een soortgelijk beeld geeft de
vergelijking van de bruto-recettes van beide jaren te zien
van 212.808.967,— in 1981 naar f 188.935.899,— in
1982, een teruggang van 11,2%. Overigens kan met gro
te waarschijnlijkheid worden aangenomen dat de terug
gang niet geheel van structurele aard is geweest. Een
eenmalige - concentratie van negatieve factoren speel
den zich juist in het verslagjaar af. Men denke alleen
maar aan de voor Nederland uitzonderlijk lange en warme
zomer.
Ledenvergaderingen en -activiteiten
Eén van de meest belangrijke onderwerpen voor de Bond
en dus ook voor de Afdeling Bioscoopexploitanten was de
benoeming van een nieuwe Bondsvoorzitter, de Afdeling
heeft aan deze materie twee buitengewone ledenverga
deringen gewijd op 19 januari, waarbij in eerste instantie
alleen het besluit werd genomen te opteren voor een
voorzitter uit eigen gelederen, tegen het aantrekken van
een buitenstaander en vervolgens op 2 februari, waar de
afdeling zich met grote meerderheid uitsprak voor het
steunen van de kandidatuur van Drs. J. Ph. Wolff.
Op 15 juni vond de jaarlijkse algemene ledenvergadering
plaats. Aldaar werden de jaarstukken van de Afdeling Bio
scoopexploitanten goedgekeurd.
Teven diende te worden voorzien in een aantal bestuurs-
vacatures.
In de categorie A werd bij enkele kandidaatstelling be
noemd de heer A. Denker, die hiermee de heer M. van
Praag opvolgde. De heer R. H. Gerschtanowitz werd bij
enkele kandidaatstelling opnieuw benoemd.
De heer B. F. M. A. Schiphorst werd bij enkele kandi
daatstelling benoemd in de vacature ontstaan door het af
treden van de heer L. van Praag in de-categorie B.
Drs. J. Ph. Wolff werd bij enkele kandidaatstelling herbe
noemd voor de categorieën A/B.
In de categorie C waren drie vacatures, ontstaan door het
aftreden van Drs. M. Sanders, alsmede door het periodiek
aftreden van de heren H. Miedema de Drs. O A. Voskuil.
Uit de stemming volgde benoeming, respectievelijk her
benoeming van de heren W. van Dommelen, H. Miedema
en Drs. C. A. Voskuil.
In de categorie D werd bij enkele kandidaatstelling herbe
noemd de heer V. N. Reumer en in de categorieën C/D
vond eveneens bij enkele kandidaatstelling herbenoeming
plaats van de heer H. Holman.
Tijdens deze vergadering vond tevens behandeling plaats
van de financiële stukken van de Bond. Tijdens deze ver
gadering werd wederom duidelijk dat de bioscoopexploi
tanten gaarne een andere lasten(contributie)verdeling tot
stand zagen komen.
Overigens ging de vergadering wel akkoord met het voor
stel van het Hoofdbestuur tot vaststelling van wijziging
van het Contributiereglement en het Reglement inzake
Filmexploitatierechten. Tevens werden niet-bindende
aanbevelingen verstrekt aan het Hoofdbestuur terzake
van herbenoeming van de hoofdbestuursleden R. H.
Gerschtanowitz en Drs. J. Ph. Wolff.
Tijdens deze vergadering werd eveneens ter sprake ge
bracht een actie van de Bond van Adverteerders ter redu
cering van de bioscoopreclametarieven, omdat naar de
mening van de adverteerders zowel bezoekersbereik als
vertoningscondities niet adequaat genoeg zouden zijn.
Dit heeft geresulteerd in eerste instantie in het achterwe
ge laten van een prijsverhoging en in het toezeggen dat
jaarlijks een onderzoek zal worden uitgevoerd naar het
bereik van de reclamefilmvertoningen. Het is uiteraard
van belang dat de leden de reclamefilms op zo optimaal
mogelijke wijze in hun theaters vertonen, zeker gezien het
belang van de reclame-inkomsten binnen de totale
exploitatie-opzet.
Tenslotte vond op 7 december een buitengewone leden
vergadering plaats. De vergadering ging akkoord met het
voorstel van het Hoofdbestuur Drs. J. Ph. Wolff te benoe
men tot Bondsvoorzitter.
Teven dienden twee niet-bindende aanbevelingen aan het
Hoofdbestuur te worden gedaan terzake een tweetal va
catures, ontstaan in het Hoofdbestuur. Na stemming
werd besloten het Hoofdbestuur te adviseren tot benoe
ming over te gaan van de heren A. Denker en J. van Dom
melen.
Gedurende het verslagjaar werd het Bestuur wederom
geconfronteerd met een aantal vacatures. In de categorie
A trad de heer R. H. Gerschtanowitz af en in de categorie
A/B werd afscheid genomen van Drs. J. Ph. Wolff, die in
december werd benoemd tot Bondsvoorzitter en derhalve
reglementair geen deel meer uit kon maken van het
bestuurscollege van de Afdeling Bioscoopexploitanten.
Aan het eind van het verslagjaar was in deze vacature
nog niet voorzien.
Gedurende het gehele jaar werd ook de Afdeling Bio
scoopexploitanten veelvuldig geconfronteerd met het ver
schijnsel van de illegale video-handel. Aangezien dit ech
ter in zijn totaliteit de gehele Bioscoopbond regardeert,
zal hierop in het bestek van dit afdelingsverslag niet nader
worden ingegaan.
Dagelijks Bestuur en Bestuur
Het Dagelijks Bestuur kwam gedurende het verslagjaar
negen keer bijeen: op 6 januari, 13 januari, 11 februari, 3
maart, 17 maart, 8 april, 2 juni, 8 juni en 1 december. Het
Bestuur kwam twee keer bijeen: op 13 mei en 1 decem
ber.
Ook dit jaar was een groot aantal vergaderingen gewijd
aan de CAO-onderhandelingen in nauwe samenwerking
met de leden-werkgevers binnen de Sociale Commissie,
met name de vergaderingen van 13 januari, 17 maart, 8
april en 2 juni. Deze materie werd door het Bestuur be
handeld tijdens de vergadering van 13 mei.
De DB-vergadering van 11 februari was gemeenschappe
lijk met het Bestuur van de Afdeling Filmverhuurders. Als
enige agendapunt werd behandeld de opvolging van de
Bondsvoorzitter.
Tenslotte werd zowel door Dagelijks Bestuur als Bestuur
uitvoerig aandacht besteed aan het voorstel van het
Hoofdbestuur tot het instellen van een (nieuw) Diploma
reglement. Het Hoofdbestuur werd medegedeeld dat on
der voorbehoud van een aantal wijzigingen en toevoegin
gen men in principe zich kon verenigen met het instellen