10 ORGANISATORISCHE CONTACTEN Binnenland In het voorgaande zijn enige instellingen genoemd, waarmede de Nederlandse Bioscoopbond contacten heeft onderhouden, waaronder de Stichting Productiefonds voor Nederlandse Films en het Bedrijfspensioenfonds voor het Film- en Bioscoopbedrijf. In dit kader willen wij met name nog gewag maken van de Stichting Bio-Kinderrevalidatie, de Stichting Nederlandse Filmstudio en de Stichting Instituut voor Opleiding van Technisch Bioscooppersoneel. De Stichting Bio-Kinderrevalidatie verricht met het Bio-Revalidatiecentrum te Arnhem en de hieraan ver bonden mytylschool en de orthopedische werkplaats een belangrijke taak ten behoeve van het minder valide kind. De Bond en het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf zijn traditioneel ten nauwste bij Bio betrok ken. Het Bestuur van Bio was eind 1984 als volgt samengesteld: J.Nijland, voorzitter, DrsJPh.Wol ff vice-voorzitter, R.Gerschtanowitz, penningmeester, Dr.J.H.Baay, G.F.de Clerck en W.van Dommelen. Als bestuursadviseurs traden op de heren Ir.J.H.Hammer en W.JJ.MartinotEconomisch directeur is Mr.W.L.A. van Tuyll van Serooskerken en Geneesheer-directeur is de heer H.G.Berghauser Pont,revalidatie-arts De Stichting Nederlandse Filmstudio exploiteert de Cïnetone Studio's te Amsterdam. De Bond heeft kort na de oorlog het basiskapitaal verstrekt met het doel een onafhankelijk studiocomplex ten dienste van de Nederlandse fiImproduktie te creëren. In de Raad van Beheer van de Stichting Nederlandse Filmstudio had den eind 1984 zitting de heren J.Nijland, voorzitter, Y.Brusse, J.M.van Heyningen, J.Th.van Taalingen, Mr.M.J.D.van der Voet, Hoofddirecteur van de Rijksvoorlichtingsdienst, en DrsJ.Ph.WolffAls toehoorder vanwege het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur fungeerde de heer Drs.A.M.HogervorstDe Raad van Beheer heeft in het verslagjaar zijn pogingen voortgezet om op het terrein van Cinetone een nieuw audiovisueel centrum tot stand te brengen, waarvan onder meer studio's en een filmlaboratorium deel zouden moeten uitmaken. De Stichting 'Cinetone' exploiteert tezamen met Meta Media het filmlabora- torïum Cineco. Namens Cinetone treden hierbij als commissarissen op de heren J.Nijland en DrsJ.Ph.Wol ff Aan het einde van het verslagjaar zijn de besprekingen hervat over een andere vorm van exploitatie van het laboratorium. De Stichting Instituut voor Opleiding van Technisch Bioscooppersoneel, die kort na de oorlog door de Bond is opgericht, heeft ook in 1984 een subsidie van de Bond ontvangen. Het Bestuur wordt gevormd door de heren Drs.W.J.A.van Roosmalen, voorzitter, G.B.de Graaf, H.Berg, H.P.J.van der Hilst, C.J.Kessler, A.Lamers, P.Knobbe (Rijksbrandweerinspectie) en L.Claassen, secretaris. De operateursexamens vonden plaats op 17 januari in Amsterdam. Er waren 55 kandidaten, waarvan er 27 met Praktijk-Certificaat (21) of -diploma (6) zijn geslaagd. Veertien kandidaten slaagden voor een deel van het examen. Bui tenland De Nederlandse Bioscoopbond neemt deel aan het werk van overkoepelende internationale organisaties op film- en bioscoopgebied. In dit kader maken wij gewag van de Union Internationale des Cinémas, de Fédération Internationale des Associations de Distributeurs de Films, de Fédération Internationale des Associations de Producteurs de Films, het Comité des Industries Cinématographiques des Communautés Européennes en de Fédération Europêenne des Industries Techniques du Cinéma. In de vergaderingen van deze organisaties werd onder meer aandacht besteed aan auteursrechtelijke vraagstukken en de ontwikkeling op audiovisueel gebied. In dit verband is het van belang melding te maken van de oprichting van het Bureau de Liaison Europeen du Cinéma, een samenwerkingsverband van genoemde organisaties. Dit nieuwe orgaan stelt zich met name ten doel gezonde economische verhoudingen tussen de verschillende exploitatievormen op filmgebied tot stand te brengen, in het bijzonder door minimum termijnen vast te stellen, die na de bioscooppremière in elk Europees land in acht genomen dienen te worden ten aanzien van de exploitatie van films door middel van video, betaaltelevisie en open net-televisie. Over het beginsel van een derge lijk systeem van protectietermijnen bestaat tussen alle groeperingen van de film- en bioscoopbranche overeenstemming. In de vergadering van de Union Internationale des Cinémas te Cannes werden de Engelse en Franse vertalingen gepresenteerd van het rapport 'Het gaat om de omzet', hetwelk is opgesteld door Drs.W.J.A.van Roosmalen en DrsJ.Ph.Wol ff

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1984 | | pagina 11