12 In de vergadering van 19 december werden voorts de jaarstukken 1983 vastgesteld, alsmede de defini tieve begroting en de contributieheffing voor 1984. In dezelfde vergadering van de Bondsraad werd boven dien een voorstel van het Bestuur aangenomen tot wijziging van het Algemeen Bondsreglement betreffende het systeem van waarborgfondsen. Tenslotte machtigde de Bondsraad het Bestuur overeenkomstig zijn voorstel tot het sluiten van een associatie-overeenkomst met de Vereniging Associatie van Nederlandse Filmtheaters, zulks conform de tussen beide organisaties in principe bereikte overeenstemming. Hierin was voorzien in een geassocieerd lidmaatschap voor de instellingen die als lid van de vereniging in kwestie een film theater exploiteren. Het betreft hier professioneel geleide grotere filmhuizen. Voorts waren er regels vastgesteld, waaraan bij het leveren van filmsdoor leden-filmverhuurders van de Bond aan de bewuste film theaters dient te worden voldaan. Deze overeenkomst is op 18 maart 1985 door beide partijen getekend. Een ander gevolg van de hearing dd. 10 april, waarvan hierboven sprake is, was de instelling van de Com missie Herstructurering Afdeling Bioscoopexploitanten door de ledenvergadering van deze afdeling op 8 mei. Deze commissie, bestaande uit de heren DrsJ.A.M.Bouts, R.V.C.Cattoir, L.van Praag, V.N.Reumer, F.H.W.Weyschedé en DrsJ.Ph.Wolffbracht een rapport uit, dat is behandeld in de ledenvergadering van de Afdeling Bioscoopexploitanten dd. 28 augustus. De in deze vergadering gemaakte opmerkingen zijn door de commissie verwerkt in een herzien rapport, dat is behandeld in de ledenvergadering van de afdeling van 20 november. Op basis van deze behandeling heeft de commissie op zich genomen over enige agendapunten een aanvullend advies uit te brengen. Het Bestuur achtte het van groot belang, dat in de komende tijd structuurverbeterende maatregelen zouden worden genomen. In samenhang hiermede werd contact opgenomen met de NEHEM (Nederlandse Herstructurerings Maatschappij). Dit leidde tot voortgezet overleg, zulks na raadpleging van de betrokken vakbonden (Dienstenbond FNV en Voedingsbond FNV). De bij dit overleg betrokken functionarissen van de NEHEM hebben mede met inschakeling van het Bondsbureau een inventarisatie gemaakt van de structurele en conjuncturele problemen. Er werd ook een aantal oriënterende gesprekken gevoerd met verhuurders en bioscoopexploitanten. In de maand december werd een serie van werkbesprekingen, waarbij van bestuurszijde waren betrokken de heren J.van Dommelen, DrsJ.Ph.Wol ff en de Bondsdirecteur, afgesloten. Volgens de planning werd begin 1985 (7 maart) door de NEHEM een rapport uitgebracht over het bioscoopbedrijf, waarin aanbevelingen werden ge daan ter verbetering van de situatie van de bioscoopsector. Het Bondsbestuur wendde zich tot het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur met het verzoek een subsidie te verstrekken voor een onderzoek naar de prijsgevoeligheid van het bioscooppubliek. Het Ministerie heeft positief op dit verzoek gereageerd. Het onderzoek werd opgedragen aan een groep onderzoe kers van de Rijksuniversiteit te Utrecht, in dier voege, dat aan de werkbesprekingen ook werd deelgenomen door de Bondsvoorzitter, DrsJ.Ph.Wol ffvanwege zijn kennis op het gebied van de micro-economie. Het rap port, dat met name betrekking had op de effecten van de experimenten die door bioscoopondernemingen zijn verricht in de vorm van prijsreductie op maandagen, verscheen begin 1985 Met inachtneming van het advies van de Commissie Vestigingsnormen, bestaande uit de heren Drs.J.Ph.Wolff, voorzitter, J.van Dommelen, J.Th.van Taalingen, J.van Willigen en R.Wijsmul Ieris een concept-voorstel tot ingrijpende wijziging van het Algemeen Bedrijfsreglement opgesteld. In de ontworpen tekst staan film- voorziening en sanering centraal. Het Bestuur heeft dit concept overgenomen en aan de afdelingen voorge legd, die zich met de inhoud ervan konden verenigen. Na overleg met de voorzitters van de Commissies Nieuwe Zaken bleek het nochtans gewenst de tekst op enige punten nader te herzien. Bovendien achtte het Bestuur het met het oog op bepaalde ontwikkelingen noodzakelijk ook de bepalingen inzake de wijzigingen van de inschrijving in het Bedrijfsregister aan te passen. Nog in het verslagjaar werd een aanvang gemaakt met het concipiëren van een nader herziene tekst. Een desbetreffend voorstel zal in de loop van 1§85 aan de Bondsraad worden voorgelegd. Het streven van de Nederlandse Filmkeuring, die films uitsluitend beoordeelt op grond van toelaatbaarheid voor jeugdigen, is er vanaf haar oprichting in 1977 op gericht geweest zo min mogelijk films aan jeugdigen te onthouden. Dit wil niet zeggen, dat films die voor alle leeftijden zijn toegelaten, ook altijd voor zeer jeugdigen geschikt zijn. Omtrent dit aspect vond overleg plaats tussen delegaties van de Nederlandse Filmkeuring en het Bondsbestuur. De delegatie van de Bond bestond uit de heren Drs.W.J.A.van Roosmalen en J.Th.van Taalingen. Het leek gewenst om ouders meer duidelijkheid te verschaffen over het genre van de alle leeftijden-fiImsEen en ander leidde op 1 juli van het verslagjaar tot de introductie van een systeem, waarbij alle films die voor het gehele gezin geschikt zijn te oordelen (fami1iefilms)in de bioscoopadvertenties door een teken worden aangeduid (een vierkantje met de letters AL).

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1984 | | pagina 13