VOORWOORD
1992 was voor het Nederlandse film- en bioscoopbedrijf een moeizaam jaar. De ontwikkeling
van de bezoekcijfers toonde een daling ten opzichte van voorgaande jaren, waarmee de sinds
1985 te constateren trend van een stabilisering van het bezoek rond 15 miljoen, werd
onderbroken. De sterke start van 1993 geeft weer goede hoop voor de toekomst, maar laat
onverlet dat het bedrijf alle zeilen zal moeten bijzetten om ook op langere termijn een sterke
positie in de uitgaans- en mediamarkt te behouden.
Voor de bedrijfsorganisatie was 1992 een jaar van historische betekenis. Na een jarenlange
voorbereiding die zowel van besturen als van bureau zeer veel energie vergde, kon eindelijk
worden overgegaan tot de omzetting van de Nederlandse Bond van Bioscoop- en Film-
ondernemingen in de Nederlandse Federatie voor de Cinematografie. Het is nu aan de
aangesloten verenigingen om de NFC als koepelorganisatie en het bureau als uitvoerend
orgaan in staat te stellen de belangen van de branche op een zo adequaat mogelijke wijze
inhoud te geven.
De contacten met de nationale overheid zijn optimaal. De betrokkenheid van de Minister van
Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur met onze bedrijfstak bleek zeer duidelijk uit haar
Kunstenplan. Het is verheugend dat de leden van de NFC besloten de door de Minister in haar
Kunstenplan gelanceerde voorstellen te ondersteunen met een substantiële eigen bijdrage.
De NFC staat in 1993 op een kruispunt van wegen. Met ieders inzet zal de juiste weg worden
ingeslagen, waarover in het verslag over 1993 wellicht juichend zal worden gerapporteerd. Op
een tweetal conferenties te Noordwijk (waarover elders in dit verslag uitgebreid wordt
gerapporteerd) zijn hiertoe reeds een aantal belangrijke aanzetten gegeven.
H.J.A. Tijssen
algemeen secretaris
