Nationale Bioscoopdag
BelBios
In 1994 is door de stichting een tweede Nationale Bioscoopdag georganiseerd. (De eerste vond
plaats in 1988, in het kader van het Europese jaar van de film.)
De stichting had zich voor deze dag ten doel gesteld de bioscoop onder de aandacht te bren
gen van een zo breed mogelijk publiek, in het bijzonder bij de doelgroep ouder dan 35 jaar.
Om m.n. die groepen te bereiken die weinig of niet naar de bioscoop gaan (mensen die wel van
film houden maar deze niet in de bioscoop zien) is in de pers- en publiciteitscampagne gemikt
op de inzet van media buiten de bioscoop en de reguliere bioscoopuitingen.
De campagne, waarin de beleving van film in de bioscoop centraal stond, sloot sterk aan bij de
wereldkampioenschappen voetbal die in de zomer van 1994 plaatsvonden.
Deze publiciteitscampagne richtte zich op huis-aan-huis bladen, die een kant en klare pagina aan
geleverd kregen (in 160 huis-aan-huis bladen werd aandacht aan de dag besteed), lokale radio
stations (141 stations hadden een item over de Nationale Bioscoopdag), en advertenties in lan
delijke en regionale bladen (alle landelijke bladen plaatsten in totaal 12 keer de advertentie als
zgn. stopper, hiervoor werden geen kosten in rekening gebracht, De Telegraaf vervaardigde tb.v.
de Nationale Bioscoopdag zelfs een filmspecial). Daarnaast werden in Privé, Weekend (2x), VARA-
IV Magazine, Preview, Panorama en Avrobode/Televizier artikelen en foto's geplaatst.
De publieksgroepen die reeds regelmatig naar de bioscoop gaan, werden bereikt via de in het
bedrijf gebruikelijke kanalen.
Om de Nationale Bioscoopdag tot een succes te maken was een positieve houding van bio
scoopexploitanten en bedrijfsleiders, hun inzet en enthousiasme, zeer bepalend. Centraal vanuit
de stichting werden de bioscopen daarom voorzien van de benodigde informatie en werd men
gestimuleerd om de dag tot een feestelijke gebeurtenis te maken.
Alle bioscopen ontvingen grote en kleinere posters, leaflets en persberichten t.b.v. de lokale
media.
In diverse bioscopen is een enquête verspreid om de mening van het publiek te peilen.
Hoewel de uit deze enquête verkregen gegevens niet op een professionele wijze konden worden
verwerkt, konden de volgende conclusies worden getrokken:
- het publiek bestond voor het merendeel uit jongeren;
- de Nationale Bioscoopdag heeft er niet voor gezorgd dat de niet-frequente bioscoopbezoeker
vaker dan normaal naar de bioscoop is gegaan, wel blijkt (met enige voorzichtigheid) dat de
frequente bezoeker prominenter aanwezig was dan normaal;
- de advertenties en mond-tot-mond reclame zijn de belangrijkste bronnen van informatie
geweest; ook de poster en de huis-aan-huis bladen werden veelvuldig genoemd;
- 50% van de respondenten was van plan vaker naar de bioscoop te gaan, of men dit ook
daadwerkelijk zal doen is echter allerminst zeker.
De doelstelling van de Nationale Bioscoopdag is dus gerealiseerd waar het de aandacht van
een breed publiek betreft. Het is echter onvoldoende gelukt om de groep 35+ de bioscoop te
laten bezoeken.
De stichting is voornemens ook in 1995 een Nationale Bioscoopdag te organiseren. Hiertoe is
donderdag 8 juni aangewezen. Besloten is de prijsstelling van de dag op te trekken naar 5,- en
activiteiten te organiseren zowel voorafgaand aan, als volgend op de Nationale Bioscoopdag.
In het voorjaar werd de stichting geconfronteerd met voorstellen voor de opzet van een 06-bio-
scooplijn. Deze kwamen niet geheel uit de lucht vallen omdat reeds in 1993 al met een drietal
aanbieders was onderhandeld over een dergelijk systeem.
24