Bedrij fspensioenfonds voor het Pilm - en Bioscoopbedrijf Algemeen Enkele kerngegevens Het bestuur van het Bedrijfspensioenfonds heeft ook in 1996 de maatschappelijke veranderingen nauwlettend gevolgd en indien mogelijk in de pensioenregeling opgenomen. Aan twee onderwerpen is door het bestuur extra aandacht besteed. Ten eerste de vervanging van de Algemene Weduwen - en Wezenwet (AWW) door Algemene Nabestaanden Wet (ANW) per 1 juli 1996. Deze wet heeft tot gevolg dat in de toekomst veel minder nabestaanden aanspraak kunnen maken op een uitkering dan onder de AWW het geval was. Het bestuur van het fonds heeft besloten voor de periode 1 juli tot en met 31 december 1996 een tijdelijke regeling op risicobasis te treffen voor de nabestaanden die geboren zijn na 1 januari 1950 en geen kinderen hebben en de nabestaanden die geboren zijn na 1 januari 1950 die wel kinderen hebben. Deze tijdelijke regeling houdt in dat deze twee groepen van nabestaanden een aanvulling zullen krijgen van het bedrijfspensioenfonds met dien verstande dat rekening zal worden gehouden met een eventueel eigen inkomen. Daarnaast is aandacht besteed aan het onderwerp flexibele pensioenregelingen. Verschillende bedrijfstakken zijn overgegaan op een flexibele pensioenregeling. Het fonds heeft besloten een studiecommissie flexibele pensionering in te stellen om te onderzoeken of voor het film - en bioscoopbedrijf een flexibele pensioenregeling haalbaar is. In 1996 is de studiecommissie tweemaal bijeen geweest. Het jaarverslag over 1996 dient nog door het bestuur te worden goedgekeurd en vastgesteld. De hierna vermelde gegevens zijn afkomstig uit het voorlopige jaarverslag. Ultimo 1996 waren 113 werkgevers bij het fonds aangesloten en

Historie Film- en Bioscoopbranche

Jaarverslagen | 1996 | | pagina 46